Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting Cellulaire En Moleculaire Biologie - Deel 1 (Hfst 1-6) €5,49   Ajouter au panier

Resume

Samenvatting Cellulaire En Moleculaire Biologie - Deel 1 (Hfst 1-6)

 64 vues  1 achat

CelBiologie: Bach 1: Bio-Ingenieur - Deel 1: Hfst 1-6 -Deel 2: Hfst 7-14

Aperçu 3 sur 24  pages

  • 1 septembre 2022
  • 24
  • 2022/2023
  • Resume
Tous les documents sur ce sujet (39)
avatar-seller
simondestoop
Biologie- deel 1
1) Wat is leven?
*Cel = basiseenheid van het leven, een organisme bestaat uit 1 of meerdere
cellen.
Cellulaire organisatie
 Alle organismen bestaan uit cellen
 Cellen zijn de basiseenheid van het leven
 Cellen ontstaan uit cellen: een cel kan zich delen in 2 dochtercellen
 Er zijn prokaryote en eukaryote (kern) cellen
 Er zijn eencellige en meercellige eukaryoten
 Te klein voor blote oog  microscopie
Bv: dierlijke cel: 20µm, bacterie: 2µm, plantencel: 20x30µm, kernonderdelen: nm
1.3 Microscopie
Resolutie = minimumafstand tussen 2 punten zodat die nog als afzonderlijke
punten te zien zijn
 menselijke oog: 100µm
lichtmicroscoop: 100nm
Lichtmicroscopie
 via lenzensysteem voldoende vergroting en contrast realiseren
 subcellulaire organellen zichtbaar maar geen fijne details van celstructuur
‘bright field’ microscoop: licht passeert cel: detectie van verschillende
celdelen is afhankelijk van contrast door absorptie van het licht via verschillende
celcomponenten (soms celkleuring voor meer contrast)
Fasecontrastmicroscopie: faseverschuivingen in de lichtbundel door
verstrooiingen en diffractie wanneer het licht doorheen regio’s met verschillende
densiteit of dikte gaat  worden omgezet in intensiteitsverschillen
Fluorescentiemicroscoop : molecule wordt gemerkt met een fluorescent label
of fluorescent eiwit en het absorbeert licht van een bepaalde golflengte
(excitatiespectrum) en stuurt een langere golflengte (emissiespectrum) terug


Elektronenmicroscopie
Elektronen ipv fotonen en elektromagneten ipv lenzen
0.1 nm resolutie; levende cellen observeren is niet mogelijk
Transmissie-elektronenmicroscoop: op dunne stralen met sectionering
(inbedden in een soort was en snijden in kleine coupes met behulp van een
diamanten mes), is gebaseerd op elektronenverstrooiing op zware atoomkernen
Scanning elektronenmicroscoop: wel een groot of dik object, beeld wordt
gevormd door interactie van het object met een elektronenbundel te volgen,
interactie wordt groter door het object te bedekken met een metaalfilm

,1.4 Eigenschappen van het leven
1) Cellulaire organisatie: elke cel is begrensd door een semi-permeabele
membraan (selectieve uitwisseling van moleculen).
2) Homeostase: (intern milieu wordt constant gehouden in wisselend extern
milieu).
3) Metabolisme: (biochemische processen transformeren energie voor cellulaire
activiteit, groei en voortplanting).

4) Groei (groter worden van cel/organisme).
5) Ontwikkeling (differentiatie van cellen, geprogrammeerde veranderingen
tijdens de groei, cellen bevatten een genetisch programma dat ze uitvoeren in
interactie met hun omgeving)
6) Reactie op stimuli (aanpassingsvermogen van organisme op korte termijn; cel
reageert op interne of externe stimuli door bv te delen, apoptose uit te voeren,
metabolische activiteit aan te passen,… ; receptoren voelen stimuli aan en geven
signaal door en reageren)
7) Voortplanting: (een organisme produceert nakomelingen en zorgt zo voor het
voortbestaan van de soort)
8) Erfelijkheid: ( de informatie voor de eigenschappen van de soort ligt
opgeslagen in het DNA en wordt zo doorgegeven aan de nakomelingen)
9) Aanpassing door evolutie: (mutaties in het erfelijk materiaal creëren variatie,
‘’survival of the fittest’’
1.5 Virussen, viroïden en prionen
Als leven= erfelijke informatie bevatten: virus is ook leven (dit is niet zo)
Als leven= cel als basis: virus is geen leven
Virussen
 DNA of RNA als genetische informatie beschermd door een eiwitmantel
 Vermenigvuldiging door kaping vh metabolisme van gastheecel (=plant, dier,
micro-organisme)
Viroïden
 Rna molecule; verwekkers van bepaalde plantenziekten
Prionen
 infectieuze, abnormale opgevouwen eiwitten die in cellen kunnen
binnendringen en daar de normale eiwitten omvormen tot een abnormale vorm
vb: ziekte van Creutzfeld-Jacob
 prionen: lang een mysterie want hadden schijnbaar geen erfelijk materiaal <->
gen ligt in het genoom



2) Moleculen van cellen

, 2.1 Koolstofketens en water
70% : water (cohesief via H-bruggen (=stabiele T), polair oplosbaar)
30%: anorganische ionen (oplosbaar) & organische moleculen (vetten, suikers,
eiwitten
1% maar cruciaal: osmoregulatie, celsignalisatie & cofactor voor enzymen
Organische moleculen behoren tot één van de 4 klassen: lipden, koolhydraten,
proteïnen en nucleïnezuren.  centrale C-atoom:
bindingen met N, C, O en H-atomen.
De verbindingen van een C-atoom zijn assymetrisch = chiraal (ruimtelijk
verschillende vormen)  stereo-
isomeren ontstaan bv : D- & L-glucose: D-vorm vooral in de natuur (OH-groep
rechts)
2.2 Organisatie en polymerisatie
 Glucose  polysachariden (bv cellulose)  bv. celwand
 Aminozuren  proteïnen  bv. membraan
 Glycerol, vette zuren, steroïden  lipiden
 Nucleotiden  nucleïnezuren  bv. chromosoom
2.3 Enkelvoudige suikers en polysachariden
Koolhydraten: Omvatten zowel enkelvoudige suikers (glucose, fructose) als
complexe polysachariden.
= voedingsstoffen van de cel: afbraak = energie + bouwstenen voor syntheses
van andere moleculen
Suikermolecule: - aldehyde: =O is eindstandig
- keton: =O op C-keten
1. Monosachariden: - hexosen: glucose, fructose en galactose (6 koolstof-
atomen)
- pentosen: ribose en deoxyribose
Stereo-isomeren op C1: -D-glucose in zetmeel en glycogeen, (OH op C1 naar
onder) & -D-glucose in cellulose (OH op C1 naar boven).
!! menselijke enzymen kunnen -1,4- en -1,6 verbindingen tussen monomeren
verteren , -1.4-verbindingen niet.
2, Disachariden: - maltose (=glucose + glucose)
- lactose (=galactose+glucose)
- - sucrose (=fructose+glucose)
3.Polysachariden:
*zetmeel = -1,4-glucosepolymeer: amylose(onvertakt) +
amylopectine(vertakt via -1,6-verbindingen. =>(opslag in plantencel).
*glycogeen = opslag in dierlijke cel (analoge structuur als amylopectine)

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur simondestoop. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €5,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

72841 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€5,49  1x  vendu
  • (0)
  Ajouter