Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting Microbiologie (IR.PROF.EVELINE PEETERS) (WORD) €15,39   Ajouter au panier

Resume

Samenvatting Microbiologie (IR.PROF.EVELINE PEETERS) (WORD)

1 vérifier
 90 vues  4 fois vendu

Samenvatting microbiologie 2e bachelor semester 2 gegeven door Ir.Prof.Eveline Peeters in 2020. Omvat module 2 tot en met 12 (module 11 werd overgeslaan). Heb het ook verkocht in 2022 en heeft goede reviews gekregen aka hebben mevrouw Peeters omvergeblazen op het examen. Don't come at me voor...

[Montrer plus]

Aperçu 4 sur 113  pages

  • 24 août 2022
  • 113
  • 2019/2020
  • Resume
Tous les documents sur ce sujet (2)

1  vérifier

review-writer-avatar

Par: blueheart • 7 mois de cela

avatar-seller
sarahvanvolsem
Sarah Vanvolsem – Bio-ing 2e bachelor - 2020


Module 2
Celmembranen en celwanden – Oppervlaktestructuren en inclusies – Microbiële motiliteit

MICROBIËLE STRUCTUUR EN MEMBRAANSTRUCTUUR 1
BACTERIËLE MEMBRAANSTRUCTUUR 1
ARCHAEALE MEMBRAANSTRUCTUUR 2
MEMBRAANFUNCTIE 3
NUTRIËNTENTRANSPORT 3
BACTERIËLE CELWANDSTRUCTUUR 5
ARCHAEALE CELENVELOPPE 8
CELOPPERVLAKTESTRUCTUREN 8
CELINCLUSIES 9
GASVESIKELS 10
FLAGELLA EN ZWEMMOTILITEIT 10
GLIJDENDE MOTILITEIT 12
CHEMOTAXIS EN ANDERE VORMEN VAN TAXIS 12


Microbiële structuur en membraanstructuur

Prokaryote cellen hebben geen kern, golgi-apparaat, bevatten plasmiden en een celwand.
Sommige eukaryoten bevatten ook een celwand.
Membraanstructuur? Zeer dunne structuur die de cel omgeeft, het scheidt het cytoplasma van
de omgeving. Ondanks zijn ‘zwakke structuur’ heeft het een zeer belangrijke functie, nl zijn
selectiviteit.

Bacteriële membraanstructuur (Ex)

Cytoplasmatisch membraan van alle bacteriële cellen bestaan uit een dubbele fosfolipidenlaag,
die proteïnen bevat. Fosfolipiden bestaan uit hydrofobische en hydrofiele componenten, nl
staarten en koppen. De staarten bestaan uit vetzuren en de koppen uit een glycerol molecule
waarvan de 3 C-atoom gebonden is aan een fosfaatgroep waar andere 1/meerdere functionele
groepen aan kunnen binden zoals suikers bv.

Er is een variatie qua saturatiegraad van vetzuren, op deze manier karakteriseren we de 
soorten vetzuren en kunnen we prokaryoten onderscheiden. Verestering tussen vetzuur en
glycerol.

-> Het cytoplasmatisch membraan bevat proteïnen, kunnen zowel integraal zijn → ingebed
in het membraan (hebben hydrofoob karakter aan hun uiteinde en een hydrofiel karakter in het
midden + vormen transmembranaire helices) als perifeer → zitten losjes op het membraan, ze
interageren vaak met integrale proteïnen (ook in zeer belangrijke cellulaire processen zoals
energie metabolisme en transport).




1

,Sarah Vanvolsem – Bio-ing 2e bachelor - 2020




-> Mg2+ en Ca2+ stabiliseren het membraan door de vorming van ionische bindingen met
negatieve ladingen van fosfolipiden.

-> Vloeibare structuur  mozaïc structuur

-> Zwakke structuur wordt versterkt door sterol achtige moleculen (geen echte quoi), deze w
ook hopanoïden genoemd. Sterolen zijn planaire moleculen die de membranen van eukaryote
cellen versterken (voorbeeld: cholesterol).




Archaeale membraanstructuur (Ex)

Archaeale en bacteriële membranen zijn verschillend en toont aan dat er geen homologie is. Ze
zijn dus apart ontstaan.

Gelijkenissen: Hydrofiel/hydrofoob karakter; bevatten soms glycerol (kunnen ook suikers, of
een varieteit van  molec zijn); bevatten soms ook een fosfaatgroep.

Verschillen: Ze bevatten een etherverbinding en geen esterverbinding; Ze kunnen cyclische
structuren bevatten in hun hydrofoob gedeelte, wat is dat hydrofoob gedeelte nu?
Wel ze bevatten geen vetzuren zoals bacterïen en eukaryoten, ze bevatten herhalende units
van isoprene (om de 5 C’s is er een methylgroep aanwezig):
C20? → fytanyl keten
C40? → bifytanyl keten
Ipv herhalende units van isoprene te bevatten, bevatten bv Thaumarchaeota crenarchaeol als
hydrofoob gedeelte, deze bevat 5 en 6 C-ringen.


2

,Sarah Vanvolsem – Bio-ing 2e bachelor - 2020


Ze kunnen zowel een dubbele of monolaag vormen (of een mix van beiden).




Membraanfunctie (EX)

Cytoplasmatisch membraan heeft 3 grote functies:

1. Permeabiliteitsbarrière: Voorkomt lekken en werkt als poort voor het transport van
nutriënten in de cel, en afvalproducten uit de cel. Voor geladen moleculen is passieve
diffusie bijna onmogelijk want de concentratie binnen de cel is groter dan buiten de cel
→ Hiervoor heb je energie nodig, hier w dan gdn aan actief transport (tegen de gradiënt
in). Water heeft een hoge permeabiliteitssnelheid, deze kan dus steeds door het
membraan, soms wordt er gebruikt gemaakt van aquaporines (kanalen).

2. Vasthechting van proteïnen: Vele cellulaire proteïnen zijn verankerd in het membraan,
bv proteïnen betrokken bij transport, energetisch metabolisme en chemotaxis.

3. Energieconservaties: Membraan is ook de site waar generatie en dissipatie van de
proton motive force plaatsvindt.

Nutriëntentransport (EX)

Er zijn 3 belangrijke klassen van transportsystemen in prokaryoten (vereisen alle 3 energie,
meestal onder de vorm van proton motive force dissipatie of ATP):

1. Eenvoudig transport
Wordt gedreven door de proton motive force en bestaat uit één enkele
transmembranaire transport proteïne.
De ! reacties hier zijn symport reacties, waar een deeltje en een proton co-
getransporteerd worden in dezelfde richting, en antiport reacties, waar een deeltje en
een proton in tegengestelde richting geco-transporteerd worden.



3

, Sarah Vanvolsem – Bio-ing 2e bachelor - 2020


Voorbeeld: E.coli metaboliseert lactose, deze wordt
getransporteerd naar de cellen van de bacterie dmv lac
permease! Dit kost energie, door lactose samen met een
proton binnen te brengen, wordt er iets minder energie
verbruikt (symport reactie). Eens binnen de cel wordt lactose
afgebroken en wordt energie gebruikt voor ATP-synthese.

Voorbeeld: Natrium-proton antiporter.

2. Groepstranslocatie
Verschilt van eenvoudig transport op 2 manieren:

− Het getransporteerd deeltje wordt chemisch gemodifieerd.
− Energie niet afkomstig van proton motive force, maar van een energie-rijke
component, vooral afkomstig van de hydrolyse van fosfoenolpyruvaat.

Voorbeeld: Best bestudeerde groepstranslocatie systeem is de fosfotransferase-
systeem in E.coli. Het systeem bestaat uit 5  proteïnen en transporteert glucose,
fructose en mannose.
Proces? De suikers die we willen transporteren worden gefosforyleerd tijdens het
transport. Vooraleer de suiker getransporteerd wordt, worden de 5 proteïnen op hun
beurt steeds gefosphoryleerd en gedephosphoryleerd in een cascade tot enzyme IIc
bereikt wordt. Deze fosforyleert de suiker tijdens het transport. Dit is een uniport
reactie.




3. ABC-systeem
= ATP-bindingscassette systemen

Er zijn wel meer dan 200  soorten systemen gevonden in
prokaryoten. Ze zijn vaak betrokken in opname van
organische verbindingen (suikers, aminozuren),
anorganische verbindingen (sulfaat, fosfaat) en
sporemetalen.
Kenmerk: hoge substraat affiniteit, dus kunnen ze substraat
aanwezig in kleine concentratie makkelijk opnemen.
Proces? Gramnegatieve bacteriën bevatten een
periplasmatische bindingsproteïne die interageert met
het deeltje dat getransporteerd wordt. Het transporteren
maakt gebruik van de hydrolyse v ATP. Grampositieve
bacteriën (en vele Archaea) bevatten verankerde
substraatbindende proteïnen (omdat ze geen
periplamsa hebben). Dit is een uniport reactie.


4

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur sarahvanvolsem. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €15,39. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

80467 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!

Récemment vu par vous


€15,39  4x  vendu
  • (1)
  Ajouter