Profiel jeugdcriminologie
Voorbereiding examen
- Kijk video’s in voorbeeldvragen – goed opiniestuk schrijven
o Opinion essay
o Verdedigen van je standpunt, onderbouwen met argumenten
- Herbekijk alle documentaires
o Alexandra
o Couleur de peau: Miel
Les 4/10: De beleving van plaatsing (onderzoek)
VERPLICHTE LITERATUUR = Luyten, I.*, Nuytiens, A.* (*shared first authors), Christiaens, J. &
Dumortier, E. (2018). Voicing young and older adult care-leavers in Belgium: How the experience of
being in care shapes narratives of the self. Longitudinal and Life Course Studies, 9 (1), 80-100.
http://dx.doi.org/10.14301/llcs.v9i1.456 (canvas)
Plaatsing
- Zowel MOF en VOS
- Als gevolg van een gerechtelijk maatregel (JRB) of buitengerechtelijke
beslissing (integrale jeugdhulp)
- Residentiële maatregel: waar beslist wordt om kind of jongere uit
omgeving weg te halen
- Dan komen ze terecht in; Instelling, home, pleeggezin, MPI (Medisch-
Pedagogisch Instituut) of MFC (multi-functioneel centrum), Vlaams
detentiecentrum,... (dus niet uitsluitend instellingen!)
Beleving van plaatsing
- Beleving = ervaring = subjectief
o Hoe hebben jongeren en kinderen dat ervaren om beroofd te worden vna hun
vrijheid?
- Wat is er reeds over geweten?
o Non-fictie boeken, (auto)biografieën (niet-wetenschappelijke werken maar niet on
relevant!)
o Wetenschappelijk onderzoek, wetenschappelijke literatuur
o ‘Voicing’ onderzoek; stem geven aan zij die vaak niet gehoord worden, kwetsbare
groepen, lang de belangrijkste pijler geweest, zit ook iets pervers in, alsof ze geen
stem hebben voor men het onderzoekt, belangrijk om als onderzoeker een nederige
positie in te nemen, is niet dat die jongeren zonder onderzoek geen stem hebben!
- Constructivistische visie → belang ervaringen en betekenisverlening
o Niet zoeken naar DE waarheid
o Gaat net over hoe het geconstrueerd wordt door diegenen die het ondergaan
o Is variërend tussen zij die het meemaken
Hoe beleving van plaatsing onderzoeken?
Op het moment van de plaatsing zelf
- In de instellingen zelf door bv. jongeren interviewen op moment van de plaatsing
1
, o Bv. in gevangenis van Beveren; hoe ervaar je je detentie?
- Ideaal?
o Is een goede vraag, beleving kan bevraagd worden maar het gaat over minderjarigen
in een kwetsbare positie, dus op dat moment binnen komen en vragen stellen kan
ook zorgen voor een overbelasting, het is niet de bedoeling te verzamelen wat je wil
verzamelen en de jongeren ontredderd achter te laten
- Minderjarigen/jongeren
o Overbelasting
o Informed consent = van groot belang!
Informed consent: geïnformeerde toestemming: 3 elementen
- Toestemming door iemand die daartoe in staat is, die toestemming kan geven
o !Discussie kinderen; kunnen kinderen wel toestemming geven?
▪ Want seksuele toestemming is 16 jaar?
▪ Is er een bepaalde leeftijd waarbij je informed consent kan vragen?
▪ Wat met zwakbegaafden, geïnterneerden,... ?
o Subjectieve invulling van ‘in staat zijn’ → wie schat dat in?
▪ Ouders, verzorgers, voogden,... ?
▪ mogelijks tegengestelde belangen! -> bv onderzoek naar klachtrecht, hoofd
van instelling zal sneller zeggen dat ze niet in staat zijn toe te stemmen?
o Soms ‘passieve’ informed consent
▪ In de praktijk vaak, respondenten praten zonder expliciet informed consent
te geven, dus achteraf niet echt een schriftelijke houvast
- Voldoende informatie over het onderzoek = noodzakelijk
o Ondertekenen van het informed consent formulier → schriftelijke toelating wordt
gegeven
o Uitleg over onderzoek mondeling en/of op papier (evt. ‘ik beaam dat ik voldoende
informatie heb gekregen,...) →respondenten (deelnemers) correct informeren
o ! Taal aanpassen aan doelpubliek; zeker met kinderen en jongeren, overlopen!
o Maar niet zo zwart wit
o Mondeling versus schriftelijk
- Vrijwillige toestemming
o Geen dwang
▪ Klinkt vanzelfsprekend in theorie, maar in bepaalde instelling ga je via
belangrijke gatekeepers (mensen die die je toegang bieden tot de instelling)
▪ Kunnen toch druk uitoefenen om deel te nemen aan onderzoek
▪ Bv. als directeur zegt ‘je moet dat doen die stagiaire heeft u nodig!’ is dat
dan nog vrijwillig?
▪ Belangrijk om duidelijk te maken dat men op ELK moment kan beslissen zich
terug te trekken uit hun deelname aan het onderzoek
o Dubbele relatie (bv. arts, psycholoog, criminoloog PSD...) of statusverschil
(volwassene-kind) →kan zich verplicht/geïntimideerd voelen
▪ Moeilijk om gelijkwaardigheid te creëren
▪ Respondent is jonger dus automatisch een soort machtsverhouding
▪ Prof: hoogzwanger en niet goed frans -> zorgde automatisch voor een
andere balans
▪ Als onderzoeker kwetsbaarheid laten zien zorgt ook voor ‘levelering’ van de
verhouding
2
,Achteraf (retrospectief onderzoek) -> volwassenen
- Volwassenen bevraagd over hun ervaring op jonge leeftijd
- Voordeel: ook zicht op (beleving van) de impact, (lange-termijn) gevolgen,... (hoe heft die
plaatsing invloed gehad op hun verdere leven? Volgens de respondenten zelf?)
- MAAR: het is moeilijk om de impact van reeds bestaande kwetsbaarheden te scheiden van de
impact van de zorgervaring zelf (Verbruggen et al, 2018)
o Onderscheid moeilijk aan te duiden
o Maar wel onderzoeken hoe men betekenis geeft aal hun plaatsing en beleving
o Wat heeft het bijgedragen in hun leven als volwassene?
- Geheugen: vertekeningen
o Bv. zeer korte tijd slechte begeleiding die grote indruk nalaat -> beleving van
plaatsing sterk beïnvloed hoewel duur zeer kort was
o Vergeten
o Verleden ↔ heden
o Impact van het heden -> Interpretatie verleden wordt beïnvloed door het heden!
▪ Bv. bevraagd na 25 jaar plaatsing super slechte situatie zal perceptie op
invloed van plaatsing anders zijn dan indien men in een goede betere situatie
zit, is ook belangrijk bij interpretatie van de interviews
- Permanente (re)constructie van levensverhaal
o In het vertellen van uw eigen levensverhaal construeer je iets, kan je ook een
bepaalde versie van maken (erger of niet)
o Dus is een permanente constructie en reconstructie van levensverhaal: wie ben ik?
Wie was is? Wie wil ik zijn?
- Interview binnen 10 jaar: andere resultaten? Tijds- en context gebonden
- Invloed discours justitiële actoren / hulpverlening op discours
o Het specifieke taalgebruik van mensen die als kind in de strafrechtelijke keten
geraakt zijn, sterk de terminologie gebruiken die voorkomt in hun dossiers, wat over
hen gezegd werd opgenomen en gebruikt in de reconstructie van hun levensverhaal
o Wat mensen over hen zeggen
Hoe zulk onderzoek uitvoeren?
→ Opzoeken personen
- Bestaande cohorte (cf. Jaspers, 2018) (bv. uithandengegeven jongeren) ↔ Geen bestaande
cohorte (Luyten, 2018)
- Tijdsintensief
- Hoe doe je dat?
o Organisaties (bv. Cachet vzw)
- Vaak POS/VOS
o Of het een of het ander is moeilijk om te vinden
o Onderscheid is niet zo éénduidig
o Vaak vanuit VOS delicten plegen
o Wat met zij die van de radar verdwenen zijn? Hoe vinden we die?
- Meest problematische situaties sneller terug te vinden ↔mensen die het goed doen; hoe
vinden we die?
Ethische aspecten!!
- Doctoraat professor Jaspers: voorafgaand onderzoek dossier analyse
3
, o 15 jaar later -> prof beleving toetsen van diezelfde cohorten
- 17 Up (brief: ‘controlegroep’)
o Facebook
o Tussenpersoon (bv. opvoeder uit verleden)
o Er zijn ook ethische complicaties en real life gevolgen van het voeren van onderzoek
- Kan je als onderzoeker zomaar via facebook iedereen afschuimen? Mensen die je vind in
records van jeugdinstellingen, kan je die opzoeken op facebook? Om te zien wat ‘ervan
geworden is’?
Resultaten uit onderzoek
Aantal thema’s die terugkomen in de literatuur
België: DELENS-RAVIER & THIBAUT (2003); JASPART(2011) → vooral onderzoek naar MOF!!!
- Routine, zeer strikt ritme in de instellingen ervaren ze als beperkend
- Repetitieve dagindeling; elk blokje is opgedeeld (vroeg opstaan, ontbijten, ….)
- Verplichte deelname aan alle onderdelen zorgt voor frustraties
- Jongeren kunnen dagindeling niet beïnvloeden; voelen zich niet als inspraak hebbend
o Pedagogische insteek; zorgt voor rust
o Maar in praktijk is beleving eerder irritatie
- Leidt tot ergernis, afstompend
Ce qu’on fait aujourd’hui, on le fait demain (Mohannad, 17 ans)
Verlies van autonomie : alles wordt beslist in hun plaats, weinig ruimte voor spontaniteit en initiatief
- // Totale institutie (Goffman)
o Tijd en ruimte volledig geregeld door instelling, maar ook de omgang met anderen
(cf. verbod>2 samen op de kamer te zitten of rond te hangen)
o wonen/werken/VT alles in 1 instelling
- ↔ minder ‘temps vide’ (vrijetijd)dan in gevangenis, ziekenhuis,... (naast gestructureerde
activiteiten ook veel isolatie en inactiviteit)
Ici, on n’est pas en autonomie, on est géré par des horaires. Les gens qui sont autour de nous nous
gèrent. Bon c’est vrai, il y a encore une certaine autonomie dans le sens où on peut descendre les
escaliers ou les monter. (Manu, 17 ans)
- Jongeren geven aan weinig privacy te hebben, weinig alleen
o Daardoor opgenaaid gevoel door constante controle
o Contant toezicht, wordt omschreven met woorden als ‘verstikkend’
o Weinig aandacht voor hun als individu
- Het individuele wordt opgeslorpt door het collectieve, ze gaan op in de massa
- Weinig aan problematiek gewerkt wordt, wordt niet gewerkt aan de basis
o Jongeren hebben het gevoel dat het puur gaat over de symptomen te monitoren
- Lijkt op de “pains of imprisonment”? (verlies autonomie)
o Jongeren trekken zelf parallellen
o Beleving ↔‘educatieve’ finaliteit; staat haaks op waarom een instelling zo
functioneert? Veel van die maatregelen zijn wel te begrijpen vanuit een educatieve
finaliteit
4