Het ademhalingsstelsel bestaat uit de longen en luchtwegen. Met het ademhalingsstelsel
neemt het lichaam stoffen op en geeft het stoffen af: gaswisseling.
De neusholte is bekleed met neusslijmvlies, de buitenste laag cellen bestaat uit
trilhaarepitheel. Neusharen houden grote stofdeeltjes tegen, kleine stofdeeltjes en
ziekteverwekkers blijven plakken in het slijm. Beweging van trilharen brengt slijm naar de
keelholte, vervolgens wordt het samen met speeksel doorgeslikt. Het reukzintuig keurt de
nieuwe lucht op vreemde geurtjes.
In de keelholte bevinden zich de huig en het strotklepje, tussen de keelholte en luchtpijp zit
het strottenhoofd met stembanden. In de wand van de luchtpijp en de bronchiën zitten
kraakbeenringen die zorgen voor stevigheid. De bronchiën vertakken zich in bronchiolen,
deze wanden hebben spierringen. Door de samentrekking van de spieren kunnen de
bronchiolen zich verwijden of vernauwen, dit wordt gedaan door het autonome zenuwstelsel.
Aan het uiteinde van de fijnste bronchiolen zitten de longblaasjes (alveoli). Deze zijn maar een
cellaag dik en zijn aan de binnenkant bedekt met een dun laagje vocht (alveolair vocht).
In de longen vindt diffusie plaats van een gas naar een vloeistof: vanuit de alveolaire lucht
naar het alveolaire vocht. Vanuit het alveolaire vocht vindt diffusie plaats naar het bloed in de
longhaarvaten. De diffusie wordt veroorzaakt door het verschil in partiële gasdruk tussen het
alveolaire vocht en het bloedplasma. Door het verschil in partiële koolstofdioxidedruk vindt
diffusie plaats van het bloedplasma naar het alveolaire vocht.
Diffusie is afhankelijk van diffusieoppervlak, diffusieafstand en het concentratie- en
drukverschil. Dit is vastgelegd in de wet van Fick. Door de bouw en werking van het
ademhalingsstelsel worden de factoren die diffusiesnelheid vergroten gunstig beïnvloedt.
∆c
n=D× A ×
∆x
n: diffusiesnelheid.
D: diffusiecoëfficiënt.
A: diffusieoppervlak.
delta c: concentratieverschil.
delta x: diffusieafstand.
In bloedplasma kan maar een kleine hoeveelheid zuurstof oplossen. Zuurstof in het bloed
wordt voor het grootste deel gebonden aan hemoglobine in de rode bloedcellen. Een
hemoglobinemolecuul bestaat uit een groot eiwit globine en vier heemgroepen die
ijzeratomen bevatten. Elk ijzeratoom is in staat een zuurstofmolecuul te binden. Hierdoor
ontstaat oxyhemoglobine, dit is een evenwichtsreactie. Oxyhemoglobine noem je verzadigde
hemoglobine. Myoglobine komt voor in de spieren en is te vergelijken met hemoglobine.
Hoeveel zuurstof vrijkomt is afhankelijk van de pO2, deze is afhankelijk van de activiteit van
cellen. Het verband tussen de pO2 van het interne milieu en het percentage verzadigde
hemoglobine wordt weergeven in een verzadigingskromme. Een klein deel van de
uitgescheiden koolstofdioxide wordt vervoerd als CO2, het meeste wordt vervoerd als
waterstofcarbonaationen
Basisstof 2 - longventilatie
Om de pO2 en pCO2 constant te houden moet lucht ververst worden: longventilatie. Elke long
is omgeven door een vlies, het longvlies ligt tegen de longen aan en is ermee vergroeid. Het
borstvlies is vergroeid met de ribben en het middenrif. In de interpleurale ruimte, de ruimte
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur JulieSlagman. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €5,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.