1
Samenvatting Pedagogie:
o De beschreven kenmerken van onze huidige maatschappij weergeven:
1. Ontwikkeling van wetenschap en techniek (smartphones/internet)
2. Beroepen zijn erg gespecialiseerd (afstudeerrichtingen)
3. Onderwijs en informatieaanbod neemt toe (leerplicht 1914, radio,
tijdschriften, tv-programma’s)
4. Grote materiële welstand (gevarieerd consumptiegoederen, sociale
voorzieningen bv. Soorten pasta)
5. Streven naar maximalisering van de productie (voorzieningen onder 1
naam)
6. Toename vrije tijd
7. Multiculturele samenleving
8. Milieubewustzijn
9. Onzekerheden en crisissen (economische, financiële, politieke
onzekerheden, vergrijzing)
= Deze kenmerken hebben invloed op onze opvoeding(sdoelen), we dienen de
opvoedeling zo op te voeden dat ze meekunnen in de huidige maatschappij:
Het is belangrijk dat we hun de kans geven met techniek te leren omgaan,
computers en internet leren te gebruiken, milieubewust te leven, …
Het is belangrijk hen te ondersteunen en kritisch inzicht te ontwikkelen,
zodat ze zich kunnen afzetten tegen bepaalde aspecten van de maatschappij.
o Het begrip opvoeding omschrijven:
In relatie staan van opvoeders en opvoedeling, waarin de opvoeder zich als
persoon/ mens-zijn presenteert, een klimaat creëert dat persoonlijkheidsgroei
bevordert en een leefsituatie zo hanteert dat deze optimale kansen bieden op
zelfontplooiing.
=
In een geheel van dagdagelijkse interacties toont het kind zich met zijn
orthopedagogische vraag (vraag naar een bepaalde pedagogische aanpak) ,
die afhankelijk is van zijn temperament, genetische bagage en persoonlijkheid,
geven opvoeders/ ouders een orthopedagogisch antwoord ( gestuurd door
eigen geschiedenis, persoonlijkheid en erfelijke aanleg. Dit gebeurt in een
bepaalde context.
,2
o Model van Hellinickx:
Basis wat is opvoeden? (Middelste kader)
Het kind met genetische factoren, neurobiologische factoren, temperament en
persoonlijkheid een pedagogische vraag stelt en de opvoeder die met haar
persoonskenmerken en opvoedingsgeschiedenis die een antwoord geven.
Subsysteemkenmerken:
Factoren binnen het gezin die een rol kunnen spelen binnen de opvoeding:
- Partner-relaties
- Siblings
- Gezinsorganisatie: afgrenzingsprocessen, cultuur
- Gezinsstructuur
- Gezinsdynamiek
Dit dynamisch proces heeft een functioneel karakter.
o De 3 niveaus beïnvloedende factoren van opvoeding omschrijven:
1. Opvoeder en opvoedeling
Pedagogische vraag > pedagogisch aanbod
= dagelijkse interacties
2. Bepaalde context: Het gezin
Hoe is de partnerrelatie?
Hoe is de onderlinge interactie tussen de siblings?
Gezinsorganisatie: afgrenzingsprocessen, cultuur
Gezinsstructuur: nucleair gezin (=traditioneel gezin), éénoudergezin,
stieffamilie
3. Context ruimer bekeken: Buurt, maatschappij
- Huisvestiging
- Familie & vrienden
- Buurt
- School
- Hulpverlening
- Kerk
, 3
o Wat betekenen de volgende begrippen? + voorbeelden
Empirisme:
Persoon kan omgevormd worden tot elke persoon, opvoeding is almachtig. =
invloed van het milieu/opvoeding maakt de mens.
Bv. De mens komt als een onbeschreven blad ter wereld en wordt volledig
gevormd door de opvoeding.
Nativisme:
De mens is erfelijk gedetermineerd, alles ligt hieraan vast.
De mens is niet opvoedbaar. = het is wat het is
Bv. De mens is vanaf de geboorte volledig bepaald.
Personalisme:
De mens is vrij, het geeft zichzelf vorm, kan zichzelf realiseren.
= niets of niemand kan invloed hebben, de mens wordt op eigen krachten
mens. Bv. De mens bepaalt zichzelf.
Naturalisten:
De ontwikkeling van de mens verloopt volgens natuurlijke neigingen, niet
beïnvloedbaar van buitenaf. = steun vermenen aan het natuurlijke
ontwikkelingsproces.
Pessimistisch:
Er is geen opvoeding nodig
o De convergentiewet van Stern uitleggen.
Een wisselwerking van erfelijkheid en milieu/opvoeding.
Ze werken wederkerig op elkaar in.
Hij noemt de aanlegfactoren de mogelijkheden van de mens, om deze te
ontwikkelen is een milieu/opvoeding nodig.
De stelling komt neer op dat:
- Milieu/opvoeding en erfelijkheid zijn allebei van invloed
Mate van invloed verschilt van geval tot geval
- Milieu/opvoeding geeft gestalte aan de erfelijke factoren
Een kind met aangeboren intelligentie dat niet gestimuleerd wordt,
zal niet helemaal kunnen ontwikkelen.