1 Taalontwikkelingsstoornissen: indeling en definities
1.1 Wat is een taalontwikkelingsstoornis?
- Verborgen stoornis, niet zichtbaar
- Verwerven van mondelinge taal opvallend trager en moeizamer
Definitie van ASHA (Amerikaanse logopedistenvereniging) (2020):
American Speech-language-Hearing Association
1) Significant tekort in de ontwikkeling en het gebruik van taal in al zijn modaliteiten
Het niet tijdig halen van taalmijlpalen
2) Problemen met taalbegrip en/of taalproductie in de verschillende taaldomeinen
3) Mogelijk voor het leven
4) Symptomen kunnen veranderen doorheen de tijd
TABEL MINIMUM SPREEKNORMEN
Leeftijd Minimum spreeknorm; zaken die minimum al ontwikkeld moeten zijn
0-12 maanden Het kind ontwikkelt (non-)verbale taalvoorwaarden:
• Huilen, lachen en kraaien;
• Oogcontact;
• Spelen met de lippen, de tong en het verhemelte;
• Spelen met de stem;
• Luisteren naar de stem van een ander en kijken naar het mondbeeld;
• Brabbelen in een steeds gevarieerder patroon;
• Imiteren;
• Beurtnemen.
12-18 maanden Het kind begrijpt opdrachten met twee woorden. (jas aandoen)
Het kind kan één of meer lichaamsdelen aanwijzen. (neus)
Het kind kan veel en gevarieerd brabbelen met af en toe een herkenbaar woord.
18-24 maanden Het kind gebruikt 5 tot 10 woorden.
2-2;6 jaar Het kind begrijpt zinnen met drie woorden.
Het kind gebruikt tweewoorduitingen waarbij de woordopbouw nog onvolledig is.
2;6-3 jaar Het kind gebruikt driewoorduitingen waarbij de woordopbouw nog onvolledig is.
3-3;6 jaar Het kind gebruikt drie- tot vijfwoorduitingen.
Ongeveer de helft van wat het kind zegt, is verstaanbaar. (dit neemt later steeds toe)
3;6-4 jaar Het kind vertelt spontaan wel eens een verhaal.
50-70% van wat het kind zegt, is verstaanbaar.
4-5;6 jaar Het kind kan een verhaal navertellen aan de hand van plaatjes.
Het kind gebruikt enkelvoudige zinnen waarbij nog problemen met meervoudsvormen en
vervoegen mogen bestaan.
75-90% van wat het kind zegt, is verstaanbaar.
> 5;6 jaar Het kind gebruikt goed gevormde, ook samengestelde zinnen.
Het kind is goed verstaanbaar.
Het taalgebruik is concreet.
1.2 Wat is de prevalentie? – prevalentie van taalontwikkelingsstoornissen
= Geeft aan hoeveel kinderen met een taalontwikkelingsstoornis er zijn op een bepaald moment
, - 5-10% van de schoolgaande kinderen heeft een taalontwikkelingsstoornis
1.3 Indeling van taalontwikkelingsstoornissen
Primaire taalontwikkelingsstoornis (TOS)
o Staat op zichzelf; geen duidelijke verklaring voor de taalachterstand
HC 2
Secundaire taalontwikkelingsstoornis
o Gevolg van een of meerdere problemen in ander ontwikkelingsdomein
DOOR:
1) Problemen in de sensorische ontwikkeling: horen OF zien
2) Problemen in de motorische ontwikkeling
3) Problemen in de cognitieve ontwikkeling: verstandelijke beperking
4) Problemen in de sociaal-emotionele ontwikkeling: autismespectrumstoornis OF selectief mutisme (5)
1 sensorische ontwikkeling
Permanent gehoorverlies: 0,1% van de kinderen
Nood aan hulpmiddelen om beter te horen
Extra stimulatie bij ontwikkeling spraak en taal
Welke factoren bepalen mee de taalontwikkeling?
o Leeftijd van vaststellen
o Ernst van het gehoorverlies
o Oorzaak van het gehoorverlies
o Gebruik van gehoorversterkende hulpmiddelen
o Aanwezigheid van medische aandoening
o Communicatieaanbod vanuit de omgeving
slechtziend of blind Mits optimaal taalaanbod zelden taalproblemen
Vaak kwetsbaar op sociaal-emotioneel en communicatief vlak (minder interactie met anderen bv)
Impact op taalontwikkeling mogelijk
2 motorische ontwikkeling
Bij geïsoleerd motorisch probleem doorgaans normale taalontwikkeling
o Geen volledige arm ≠ taalprobleem
3 cognitieve ontwikkeling: verstandelijke beperking
Wanneer spreek je over een verstandelijke
beperking?
o IQ o Cognitief functioneren
o ≥ 130 o Hoogbegaafd
o 115-130 o Hooggemiddeld functioneren
o 85-115 o Gemiddeld functioneren
o 71-85 o Zwakbegaafd functioneren
o ≤ 70 o Verstandelijke beperking
Zeker de helft van groep verstandelijke beperking ontwikkelen ook een taalontwikkelingsstoornis
Oorzaken van een verstandelijke beperking?
o Vaak genetisch (syndroom)
o Zuurstoftekort bij geboorte
o Overmatig alcoholgebruik tijdens zwangerschap
4 sociaal-emotionele ontwikkeling: ASS (autisme spectrum stoornis)
Een complexe neurologische ontwikkelingsstoornis
, o Aanhoudende tekorten in sociale communicatie en interactie
o Beperkte, repetitieve patronen van gedrag, interesses of activiteiten
Symptomen al in vroege kindertijd aanwezig en leiden tot ernstige beperkingen in (sociaal)
functioneren
Prevalentie: 1% van de schoolkinderen
40% heeft verstandelijke beperking
Groot deel kampt met taalontwikkelingsstoornis
o Kwalitatieve tekorten in verbale en non-verbale communicatie
Welke tekorten op vlak van taal laten kinderen met ASS zien:
Problemen op het vlak van taalvorm
o Afwijkende prosodie (monotoon)
o Grammaticale ontwikkeling
o Sommige onderzoekers vinden afwijkingen in syntaxis
Problemen op het vlak van taalinhoud
o Echolalie: (letterlijke) herhaling van een uiting van iemand anders
Onmiddellijke echolalie: onmiddelijk herhalen wat je zegt (‘kom we gaan een appel
eten’ ‘appel eten’)
Uitgestelde echolalia: herhalen op een later tijdstip (terwijl spelen ‘appel eten’)
o Atypische organisatie van het lexicon
o Vasthangen aan letterlijke betekenis van taal
Leerkracht zegt tegen Agnes: “Je zit op een speciale school, hoe kom je hier zo
terecht?” Agnes antwoordt: “Eerst op de snelweg, toen was er een bordje met 2
kilometer en Groningen Zuid en toen was ik hier.”
o Taalbegrip minder goed ontwikkeld
Problemen op het vlak van taalgebruik
o Begrijpen en gebruiken van non-verbale communicatie
o Stoornis in ontwikkeling van gedeelde aandacht
o Gesprek voeren
Beurtnemen, initiatief nemen
Gesprek onderhouden of afronden
Topic handhaving
Gestoorde presuppositie
5 sociaal-emotionele ontwikkeling: selectief mutisme
Kinderen spreken enkel in vertrouwde situaties, niet op school of in andere sociale situaties
Weigering tot spreken duurt ≥ 6 maanden
Prevalentie: < 0,1%
Vaak familiaal voorkomen
Extreem angstig om te spreken (thuis spreken maar in andere omgeving volledig stil)
Multimodale behandeling door verschillende disciplines
1.4 Klinische classificatie
2 subtypen:
Kinderen met een taalproductiestoornis en relatief goed taalbegrip
Kinderen met zowel een taalproductie- als taalbegripsstoornis (= slechtste prognose; problemen moeilijker
aan te pakken in therapie, soms blijvende problemen)
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur MVandev. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €6,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.