Dit document bevat een uitgebreide samenvatting van het boek van Leon Kenemans: 'Psychopharmacology - the effects of drugs and medication on human brain and behavior'. Tevens bevat het document de antwoorden op studievragen, horend bij elk hoofdstuk. Het document is geschreven in begrijpelijk en vo...
UU Psychopharmacology 2024 - All studyquestions + answers!!
Summary of psychopharmacology UU
Psychopharmacology overzicht neurotransmitters en hun werking
Tout pour ce livre (31)
École, étude et sujet
Universiteit Utrecht (UU)
Psychologie
Psychopharmacology (201700081)
Tous les documents sur ce sujet (36)
5
revues
Par: vlekkentekkel • 4 mois de cela
Par: oli4gijbels • 1 mois de cela
Par: jannahsophia • 1 année de cela
Par: gewoonextraaa • 1 mois de cela
Par: UUpsychology • 1 année de cela
Vendeur
S'abonner
DaphnePsychologie
Avis reçus
Aperçu du contenu
Psychofarmacologie (201700081)
Samenvatting boek Kenemans
& antwoorden op de studievragen
08/06/2022
Stuvia
Daphne Psychologie
,Inhoudsopgave
Inhoudsopgave 2
Hoofdstuk 1: Wat zijn psychofarmaca? 3
Hoofdstuk 4: Neurotransmissie 10
Hoofdstuk 5: Principes van psychofarmacologie 15
Hoofdstuk 6: Stimulerende middelen 23
Hoofdstuk 7: Stemmingsregulerende middelen 34
Hoofdstuk 8: Tranquillizers en sociale versterkers 42
Hoofdstuk 9: Antipsychotische middelen 50
Hoofdstuk 10: Psychedelica 57
Hoofdstuk 11: Afhankelijkheid 65
Overzicht psychofarmaca 71
2
,Hoofdstuk 1: Wat zijn psychofarmaca?
_________________________________________________________________________
Psychofarmaca zijn substanties die invloed hebben op het gedrag, doordat ze een effect
uitoefenen op het centrale zenuwstelsel, en voornamelijk op het brein. Psychofarmaca doen
dit doordat ze zorgen voor een chemische reacties met andere substanties, die al in het
brein zitten. Deze substanties zijn bijvoorbeeld moleculen, proteïnen of proteïne complexen.
Deze chemische reacties veranderen de manier waarop zenuwcellen in het brein signaleren.
Denk bijvoorbeeld aan signalen die naar de spieren worden gestuurd, wat zich uiteindelijk
vertaald in iets wat we gedrag noemen.
Beschrijf het meest voorkomende mechanisme van modulatie van
neurotransmissie waardoor substanties hun invloed kunnen hebben op het brein.
Substanties zorgen voor chemische reacties met andere substanties, die al in het brein
zitten, zoals moleculen, proteïnen of proteïne complexen. Deze chemische reacties
veranderen de manier waarop zenuwcellen in het brein signaleren. Middelen kunnen
neurotransmitters er bijvoorbeeld van weerhouden om zich te binden. Ze kunnen ervoor
zorgen dat het de binding verlengt. En zo kunnen neurotransmitters nog veel meer
effecten hebben. Al dit soort effecten hebben invloed op de werking van het brein en hoe
we ons voelen.
Substanties kunnen dus invloed hebben op ons gedrag via het brein. Toch zijn er andere
mogelijkheden waarop substanties gedrag kunnen veranderen, bijvoorbeeld als je kijkt naar
tubocurarine, een middel dat de weg tussen het ruggenmerg en de spieren blokkeert, met
een verlammend effect tot gevolg, zonder dat het brein hierbij betrokken is. Een middel met
hetzelfde effect is atropine, maar kan het brein wel bereiken, en heeft daarom ook cognitieve
gevolgen, zoals verwardheid.
Een bepaalde categorie van substanties die verschilt van de substanties die invloed hebben
op neurotransmitters, is die van hormonen. Een voorbeeld hiervan is melatonine, wat via de
bloedstroom naar het deel van het brein reist dat gaat over de biologische klok: de
suprachiasmatische nucleus en kan helpen bij een jet lag.
Er zijn twee soorten substanties:
1. Recreatieve middelen. Deze worden genomen omdat ze een gevoel van beloning
geven. Net zoals een goede maaltijd kunnen sommige middelen echter ook een
verzadigend effect hebben: iemand wordt bijvoorbeeld zo slaperig dat het nemen van
meer drugs niet meer mogelijk is. Andere drugs, die geen verzadigend effect tot
gevolg hebben, leiden vaker tot verslaving.
1. Medicamenteuze middelen. Deze worden genomen om problematisch gedrag te
controleren, te reduceren of veranderen. Problematisch gedrag is wanneer iemand
disfunctioneel gedrag vertoont (in de ogen van hem/haar zelf of anderen).
Wat zijn twee klassen van middelen die je kunt onderscheiden, gebaseerd op het
gebruik?
3
, Recreatieve middelen, die genomen worden om een gevoel van beloning te ervaren en
medicamenteuze middelen, die worden genomen om problematisch gedrag te
controleren.
Inname van psychofarmaca
1. Voeding. De meest gebruikelijke manier om substanties tot je te nemen is door
voeding met eiwitten, wat je lichaam omzet in aminozuren die je lichaam zonder de
voeding niet zou kunnen maken. Via de bloedstroom worden deze aminozuren
vervoerd naar het brein, waar ze omgezet worden naar neurotransmitters, zoals
dopamine of serotonine. Het aminozuur dat je lichaam nodig heeft om serotonine te
maken is tryptofaan (zit veel in melk/sesamzaadjes).
2. Pillen. Een andere manier om substanties tot je te nemen is door middel van pillen.
Echter kan het voor substanties erg verschillen hoe snel ze een bepaalde
concentratie in het bloed hebben bereikt. Voor alcohol is dat bijvoorbeeld 20 minuten,
maar voor cafeïne 40 minuten. Het duurt daarna ook nog een periode voordat het
effect kan hebben op het brein.
Er zijn doorgaans twee manieren om middelen in te pakken in een tablet.
a. Een methode waarbij niveaus in het bloed na een uur al kunnen toenemen.
Vaak moet je sneller het middel opnieuw innemen, wat een ietwat dwalend
patroon van pieken en dalen tot gevolg heeft.
b. Een methode waarbij het middel langzamer in het bloed wordt toegelaten. Het
middel heeft hierdoor een meer constante werking, zonder pieken en dalen.
Dit heet ook wel de extended release formula en wordt veelal gebruikt bij
ADHD behandelingen.
3. Injecties. Een manier om op een snellere manier een hogere concentratie van het
middel in het bloed te krijgen is door te injecteren in de bloedstroom. Hierdoor
verkrijg je ook een sneller resultaat in het brein en dus in het gedrag. Dit wordt vaak
gedaan als mensen heroïne nemen, of als mensen onder narcose moeten worden
gebracht.
4. Roken. Het roken van middelen heeft ongeveer dezelfde tijd nodig voordat het
effecten bereikt in vergelijking met het injecteren van middelen. Het feit dat het zo
kort duurt voordat het middel effect heeft, maakt het middel ook meer verslavend.
5. Inhaleren/snuiven. Het snuiven van middelen, zoals cocaïne, is ook een hele snelle
manier om effecten merkbaar te voelen.
Wat zijn verschillende namen die je kunt geven aan medicatie, als ze eenmaal
beschikbaar worden?
Je kunt een codenaam geven, waarvan de eerste letters refereren naar het
farmacologische bedrijf. Je kunt een chemische naam geven. Je kunt een generieke
4
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur DaphnePsychologie. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €7,62. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.