Internationaal recht
Begrip, rol en kenmerken
Internationaal recht
= het geheel van rechtsregels die de internationale betrekkingen (mondiale belangen)
regelen tussen internationale rechtssubjecten (voornamelijk staten)
De rol van het internationaal recht
= zorgt ervoor dat de staten naast elkaar kunnen bestaan ( co-existentie) en dat zij kunnen
samenwerken (cooperatie)
1) IR bakent de bevoegdheden van staten af
- wie waar regeert
beginsel van territoriale soevereiniteit = een staat kan de regels maken binnen zijn
grondgebied, niet daarbuiten. Een andere staat kan zich niet bemoeien met het
rechtssysteem in een ander land.
- Wanneer een entiteot een staat is en hoe nieuwe staten ontstaan.
2) IR regelt interacties tussen staten
3) IR zorgt ervoor dat staten kunnen samenwerken
- Internationale organisaties
- Verdragen te ondertekenen
Kenmerken van het IR
1) Horizontale (decentrale) rechtsorde
2) Geen centrale wetgever (geen bindende beslissingen)
3) Geen centrale rechter
4) Geen wereldpolitie
5) Grotendeels afhankelijk van het nationale recht voor uitvoering
6) Zeer uitgebreid (alle mogelijke rechtsregels)
7) Beïnvloed door de internationale politiek
Zie ppt extra info
(eind PPT 1)
Rechtssubjecten
Inleiding
Rechtssubjecten = entiteiten of personen die bekwaamheud bezitten om deel te nemen aan
het rechtsverkeer in de internationale rechtsorde, die internationale rechtspersoonlijkheid
bezitten.
,Iemand die in het internationaalrecht rechtssubjectiviteit bevat kan :
• Internationale rechtshandelingen verrichten (bv. verdragen sluiten)
• Internationale rechten bezitten
• Internationale verplichtingen hebben
• Rechten op internationaal niveau afdwingen (bv. een vordering instellen voor het
internationaal gerechtshof)
• Internationaalrechtelijk aansprakelijk worden gesteld wegens schenden van zijn
verplichtingen
Opmerking:
Niet alle internationale rechtssubjecten kunnen op gelijke wijze deelnemen aan het
rechtsverkeer. Sommige personen hebben volledige andere hebben beperkte
rechtssubjectiviteit.
Volledige rechtsubjectiviteit = het subject kan op elk van de bovenstaande manieren aan het
rechtsverkeer deelnemen. Vb: staten
Beperkte rechtssubjectiviteit = het subject heeft sommige maar niet elk van deze
bekwaamheden.
Vb: Individuen hebben wel rechten (mensenrechten) en verplichtingen (geen internationale
misdrijven plegen) onder het IR maar een individue kan bv. geen verdragen sluiten.
Staten vs niet-statelijke actoren
Staten
- Tot ver in 20ste eeuw enkel staten
- Volledige rechtssubjectiviteit
- Primaire rechtsubjecten
Niet statelijk actoren
- Internationale organistaties, individuen, multinationals, heilige stoel,…
- Beperkte rechtssubjectiviteit
- Afgeleide rechtssubjecten
Staten
Staat= een entiteit die soeverein is en beschikt over een bevolking, een grondgebied en een
regering
Constitutieve bestanddelenn van een staat
1) Grondgebied
= de ruimte waarover een staat daadwerkelijk, geldig en op exclusieve wijze zijn
bevoegdheden uitoefent (territoriale soevereiniteit). Betreft de volgende elementen:
De grote van een staat speelt geen rol, ook kleine gebieden kunnen een staat zijn
Vb: andorra en lichtenstein (klein)
Grondgebied moet voldoende bepaaldbaar zijn, grenzen moeten niet volledig vastliggen
( grensconflicten)
2) Bevolking
= een geheel van personen dat op duurzame wijze met een staat is verbonden door de
rechtsband van de nationaliteit
- Moet permanent zijn (vb: antartica geen permanente bevolking dus geen staat)
- Geen minimumaantal vereist
- Moet geen homogene groep zijn
- Personen moeten de nationaliteit van de staat hebben (≠ Vreemdeling)
3) Er bestaat een overheid die effectief gezag uitoefent (gezagsstructuur)
interne dimensie = de overheid moet in staat zijn om alle staatsfuncties uit te oefenen ten
aanzien van zijn bevolking en binnen zijn grondgebied. In principe is de staat vrij dit te
organiseren zoals hij wenst maar er zijn toch beperkingen (mensenrechten).
Externe dimensie = de overheid moet bekwaam zijn om betrekkingen met andere staten te
onderhouden en internationale verplichtingen na te komen
Fundamentele kenmerken van een staat
1) Soevereiniteit
= een staat heeft exclusief gezag ten aanzien van zijn grondgebied en de daar levende
bevolking en dit onafhankelijk van enig ander gezag ( ook geen feitelijke onafhankelijkheid)
IUS COGENS ? (vb rusland en de oostblokken)
2) Gelijkheid
= alle staten hebben gelijke rechten en plichten
Let op => juridsiche gelijkheid ≠ politieke gelijkheid
Eenheid van de staat
= rechtsubjectiviteit komt toe aan de gehele staat. Hoewel elke bestaat uit onderdelen
(deelstaten, provencies etc,…) is dit interne aangelegenheid. Het internationaal recht houdt
daar geen rekening mee
! let op : onderdelen van staten kunnen een zelfstandige bevoegdheid hebben om
internationale rechtsbetrekkingen aan te gaan
, Vb: vlaanderen heeft een conflict met een ander land
Staatsvorming
= hoe komt een staat tot stand?
1) Dekolonisatie
- Jaren ‘60
- Recht op zelfbeschikking
Zelfbeschikkingsrecht = volkeren hebben het recht om een eigen staat te vormen met een
politiek bestel naar hun keuze, zelf regeringsleiders aanstellen, eigen
taal,economie,onderwijs, etc. ZONDER inmenging van andere staten.
(kolonie NU: falkland islands)
2) Ontbinding
= uiteenvallen van een staat in 2 of meer nieuwe staten waarvan geen enkel geacht wordt
de identiteit van de vorige over te nemen, tenzij hierover een akkoord bestaat.
(vb: een staat valt uiteen in verschillende stukken, de oorspronkelijke staat verdwijnt, sovjet
unie, joegoslavië)
3) Fusie of aaneensluiting
= 2 of meerder staten vormen samen een nieuwe staat en houden daarbij zelf op te betsaan,
soms gaat de 1e op in de andere.
(vb: DDR wordt opgeslorpt door BDR)
4) Afscheiding
= een staat scheidt zich af van een andere staat, de moederstaat
indien met de toestemming van de van de moederstaat => legaal, via
cessieverdragen
indien zonder toestemming => illegaal WANT schending vann territoriale integriteit
MAAR uitzonderlijk wel geaccepteerd door de internationale gemeenschap
NIET TOEGELATEN
verovering via geweld en oorlog
juridische beoordeling van claims van nieuwe staten
= vanaf wanneer komt de nieuwe staat daadwerkelijk tot stand?
Constitutieve elementen moeten aanwezig zijn +
1) Legaliteit (niet in strijd met het IR)
2) Beginsel van zelfbeschikking
3) Erkenning door andere staten
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur lottedeclercq2. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €6,09. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.