Production skills | Beeldtaal
Deel 1: waarneming en betekenis:
Waarom visueel communiceren:
- Overaanbod aan informatie.
- Ogen en hersenen kunnen in minder dan 1 seconde een visuele scène begrijpen.
- Beeld komen sneller binnen dan tekst.
- Alles wordt visueel, er zijn overal beelden.
Beeldvorming:
- Zonder iets te zien met onze ogen, kunnen we een beeld vormen in onze hersenen.
- Beeldvorming ≠ beeld waarnemen of zien.
↓
Daarom omschrijven we beelden zo:
- Een beeld = werkelijkheid
- Een afbeelding = reproductie van de werkelijkheid
Voorbeeld:
Ceci n’est pas une pipe; reproductie van een pijp.
- Verbeelding = mentaal beeld en bestaat niet
Waarneming:
- Waarnemen = met je ogen, je ziet het beeld op je netvlies.
↓
Daarna gaan de hersenen aan de slag, beeld wordt ontleed.
Filosofen en stromingen:
- Er zijn vele filosofen die zich over beeldtaal hebben gebogen.
Voorbeeld:
Confusius – “Een zegt meer dan 1000 woorden”.
Belangrijkste stromingen:
- Gestaltwetten (= hoe kijken we naar een beeld). Ervaren van een beeld.
- Semiotiek (= wat is betekenis, waarom begrijpen we wat we zien). Rekening houden en betekenis
geven.
- Rectoria (= waarom worden we door beelden overtuigd).
Gestalt Semiotiek Retoriek
Zien
Begrijpen Overtuigen
(Perceptie)
Het interpreteren van beelden is geen lineair proces. De drie theorieën vullen elkaar aan in willekeurige
volgorde.
1
,Voorbeeld:
- Gestalt (= hoe we kijken naar een beeld):
Beide foto’s op hetzelfde formaat, met dezelfde visuele parameters naast elkaar gezet, maken een
vergelijking tussen de situatie in 2003 en 2013 mogelijk.
- Semiotiek (= waarom begrijpen we wat we zien):
We herkennen en begrijpen dat het over smeltende gletsjers gaat.
- Retorica (= waarom worden we door beelden overtuigd):
De vergelijking moet de kijker overtuigen dat het klimaat wel echt verandert.
Gestaltwetten:
= goed aanvoelend beeld (goed opgebouwd) zal luisteren naar de gestaltwetten. Dit is een eerste
niveau van interpretatie.
Voorbeeld:
Overal ter wereld vind een ‘symmetrisch’ gezicht mooi. Het zit ingebakken in onze hersenen om dat
mooi te vinden.
Semiotiek (betekenis geven):
= de studie van interpreteren van tekens en beelden. Dit op het tweede niveau, geef je betekenis. Je
gaat interpreteren. De interpretatie is afhankelijk van de context.
Voorbeeld:
In welke omgeving neem je het beeld waar?
= omgevingssamenhang
Hoe voel je je op dat moment?
= ontvangstsamenhang
Met welke (socio-culturele) waarden ben je opgevoed?
Retorica:
= retorische concepten zoals metaforen, stijlfiguren e.d. kunnen inzetten om meer overtuigende
beelden te maken. Een boodschap levendiger en beter begrijpbaar te maken.
2
,Wanneer krijg een beeld betekenis?
Als je het eerst ziet en dan ga je het met elkaar verbinden.
Omgevingssamenhang:
= de fysische, visuele of ruimtelijke samenhang waarin je het beeld bekijkt. Waar wordt het beeld of de
afbeelding waargenomen? Je moet rekening houden in welke omgeving je publiek het beeld zal
bekijken.
Voorbeeld:
Grote affiche op straat of in een evenementenhal, advertentie in een tijdschrift, reclame op tv, kleine
banner op smartphone…
In welke licht? Verandert dat (dag, nacht…)?
Staat er tekst bij het beeld? Ook dat kan de interpretatie ervan veranderen.
3
, Ontvangstsamenhang:
Hier staat de mentale context voorop. Je moet altijd in het hoofd van je doelgroep kijken om na te
gaan hoe zij het beeld zullen interpreteren.
Voorbeeld:
Hoe voel je je op moment van ontvangst, emotionele staat waarin je bent, welke waarden, waarheid,
leeftijd, algemene ontwikkeling.
Voor een kind lijken felle kleurtjes leuk en dat kindje zal
denken dat het om te spelen of om te eten is.
De ontvangst (interpretatie) van een beeld zal dus anders
zijn afhankelijk van de leeftijd.
Voorbeeld:
Wat is schoonheid?
- Objectief of subjectief?
- Universele schoonheid, onafhankelijk van onze opinie? Tijdeloos?
- Bestaat het meer in de ogen van de toeschouwer?
- Relatie tussen waarheid en schoonheid?
Tegenwoordig zien we onrealistische anorectische modellen.
Ook in de loop van de tijd verandert
de perceptie van wat we als
‘schoonheid’ beoordelen.
Evolutie van ‘mooi’ bestempeld worden:
- Tijd van Rubens; vrouwen moesten weelderig zijn met ronde vormen.
- Enkele merken durven daar tegenin te gaan (Dove) en gebruiken dit in hun campagnes.
Verschillende merken hebben andere doelgroepen.
Voorbeeld:
Dove en Victoria Secret
- Victoriaanse tijdperk; blanke huid was schoonheidssymbool omdat een bruine huid wees dat je op
het land werkte. Nu is een bruine huid een schoonheidsideaal.
- Hoeveel huid er mag getoond worden is ook een continue evolutie.
4
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur av22. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €6,19. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.