Voorbeeld terugbetalingscapaciteit (TBC) !!!! Dit wordt verder geoefend bij de cases.
Zeer belangrijke leerstof voor de P.E. en voor het examen.
Gegevens van boekjaar N:
winst van het boekjaar na belastingen: 10 000,00 (9904)
afschrijvingen en waardeverminderingen: samen 250,00 (er zijn geen andere
niet kaskosten) (staat bij bedrijfskosten)
niet recurrente kosten: 20,00 (bedrijfskosten & financiële kosten)
niet recurrente opbrengsten: 5,00 (bedrijfsopbrengsten & financiële
opbrengsten)
schulden op meer dan 1 jaar die binnen 12 maand vervallen: 1800,00
(schulden < 1 jaar) (code 42)
LINKERKANT
Cashflow = 10 000,00 + 250,00
wordt gecorrigeerd met + 20,00 (niet recurrente kosten) en – 5,00 (niet
recurrente opbrengsten) = 10 265,00 => gecorrigeerde cashflow
RECHTERKANT
Aflossingen = 1800,00
Nieuwe kredietaanvraag = hieronder!
Totaal = 1800 + 2000 + 66 + 2000 + 55 = 5921,00
1)De onderneming vraagt in april van boekjaar N1 een roll-over op 3 jaar van
12 000,00 met 6 maandelijkse betalingen van i en kapitaal (met vaste
kapitaalsaflossingen). De bank overweegt dit toe te kennen aan euribor + 1% marge
(euribor 6 maand is bijvoorbeeld 0,1%) en berekent de terugbetalingscapaciteit obv
onderstaande tabel.
Vul de tabel aan en formuleer een conclusie.
Hoeveel wordt er terugbetaald per jaar?
12 jaar = 4000,00 per jaar => elk semester 2000,00 (= aflossing)
Hoeveel intrest is er 1e semester te betalen?
12 000 (bedrag dat je van de bank hebt gekregen) X 1,1% x 6/12 = 66,00
(intrestkosten voor semester 1)
Hoeveel intrest is er 2e semester te betalen?
10 000 (2000 afgelost gedurende 1e semester) x 1,1% x 6/12 = 55,00
(intrestkosten voor semester 2)
2)Stel dat in februari van N1 een andere bank ook al een leasing toekende met een
annuïteit van 4 000,00?
Annuïteit = kapitaal en intrest
Kan je niet bij de TBC tabel invullen van vorig BJ --> apart vakje: rechterkant –
toegestaan in dit BJ (4000,00)
,TBC tabel:
- Opstellen bij nieuwe kredietaanvraag
- Beschikbare middelen moeten groot genoeg zijn om de kredietlasten te kunnen
dekken (liefst positief)
- Cashflow is belangrijk!
, Oefeningen kredieten
1.Investeringskrediet
Gegeven:
Een KMO leent 250 000,00 met het oog op de aankoop van een machine. De bank
doet twee voorstellen: de eerste volgens constante kapitaalaflossingen, de tweede
volgens annuïteiten (via functie BET in Excel vind je de annuïteit : 28.564,69). De
lening wordt afgesloten op 1/09/N0 en is terug te betalen vanaf 1/09/N1. Intrest:
2.5%, looptijd 10 jaar.
Gevraagd: Vul onderstaande tabellen aan (maak de tabellen opnieuw in Excel).
Constante kapitaalaflossingen:
Nadeel? Het rendement komt later. Eerste jaren zijn het moeilijkst.
Datum Openstaand saldo Kapitaal Intrest Totaal
betaling
1/09/N0 250 000,00 0,00 0,00 0,00
1/09/N1 225 000,00 25000,00 6250,00 Kapitaal +
intrest
31 250,00
1/09/N2 200 000,00 25000,00 5625,00 30 625,00
1/09/N3 175 000,00 25000,00 5000,00 30 000,00
1/09/N4 150 000,00 25000,00 4375,00 29 375,00
1/09/N5 125 000,00 25000,00 3750,00 28 750,00
1/09/N6 100 000,00 25000,00 3125,00 28 125,00
1/09/N7 75 000,00 25000,00 2500,00 27 500,00
1/09/N8 50 000,00 25000,00 1875,00 26 875,00
1/09/N9 25 000,00 25000,00 1250,00 26 250,00
1/09/N10 0,00 25000,00 625,00 25 625,00
250 000,00 34 375,00
Annuïteiten:
Datum Openstaand saldo Kapitaal Intrest Annuïteit
1/09/N0 250 000,00 0,00 0,00 0,00
1/09/N1 227 685,31 22 314,69 6250,00 28 564,69
1/09/N2 204 812,75 22 872,56 5692,13 28 564,69
1/09/N3 181 368,38 23 444,37 5120,13 28 564,69
1/09/N4 157 337,90 24 030,48 4534,21 28 564,69