Voedingsleer
1. Voedingsleer
Opname voeding en voedingsstoffen is de basis van de gezondheid
Als verpleegkundige eerst contact met patiënt
o Adviezen mbt gezonde voeding
Voedingsleer als basis voor dieetleer
Basiskennis in de voedingsleer noodzakelijk
1.1. Inleiding
Behoefte aan voedingsstoffen
Functie macronutriënten
Functie micronutriënten
o Vitaminen
o Mineralen
Aanbevelingen voor voedingsstoffen
Richtlijnen gezonde voeding
o Voedigs – en bewegingsdriekhoek
o Voedingsaanbevelingen met focus op voedingsmiddelen
1.1. Behoefte aan voedingsstoffen
Voedingsstoffen (E, Kh, V, Fe, Na) worden aangevoerd via voedingsmiddelen (kaas, brood,
boter, vlees)
Individuele verschillen
o Weinig mensen een heel lage behoefte
o Weinig mensen een heel hoge behoefte
o Meeste mensen rond gemiddelde
Niveau van inneming dat voldoende is voor 50% van de populatie
Behoefte: gemiddelde + 2 X SD
Standaarddeviatie = maat voor de spreiding van de resultaten
Aanbevolen hoeveelheid
o Deficiëntie voorkomen
o Voorraden op peil houden
o Normale belastende situaties opvangen
Houdt rekening met
o Bioavailability
o Individuele verschillen in vertering, resorptie en stofwisseling
1.1.1. Macronutriënten
Eiwitten
Vetten
Koolhydraten
o Voedingsvezels
1
, o Toegevoegde suikers
Vocht
1.1.2. Micronutriënten
Vitaminen
o Vetoplosbare = vit A, D, E en K
o Wateroplosbare = vit B, vit C
Mineralen
o Macromineralen = Ca, P, Mg, Na, K, Cl
o Sporenelementen Fe, Zn, Cu, Se, Mn, Mo
1.1.3. Essentiële AZ
Isoleucine
Leucine
Lysine
Methionine
Phenylalanine
Threonine
Tryptofaan
Valine
1.1.4. Essentiële vetzuren
Linolzuur arachidonzuur synthese
Alfa – linoleenzuur EPA en DHA
1.2. Behoefte aan voedingsstoffen (VS)
Deficiëntie
o Tekort aan essentiële vs met klinische verschijnselen
Latente deficiëntie
o Geen klinische verschijnselen/symptomen, wel slechte voedingstoestand
Marginale voedingstoestand
o Symptomen: vermoeidheid, verminderde weerstand
o Risico voor chronische aandoeningen zoals cardiovasculaire aandoeningen, bij
kanker zit met vaak tekort aan vs = depletie
Intoxicatie
o Teveel aan essentiële VS opstapeling
o Afbraak en uitscheiding is onvoldoende uitscheiding intoxicatie
o Toxische grens = niet va voeding, wel via supplementen
Beri beri
o Tekort aan vitamine B1
Neurologische problemen
Cardiovasculaire problemen
Goede voedingstoestand
2
, o Optimale inname + opslag reserves
Naast voldoende essentiële voedingstoffen hebben we ook voldoende energie nodig
o Eiwitten, vetten en koolhydraten macronutriënten = ondervoeding
o Micronutriënten = overgewicht
Ondervoeding overvoeding
1.3. Functie macronutriënten
Eiwitten
Vetten
o Verzadigde vetten
o Enkelvoudige onverzadigde vetten
o Meervoudige onverzadigde vetten
o Omega 3 vetzuren en omega 6 vetzuren
o Transvetzuren
o Cholesterol
Koolhydraten: primaire energiebron
o Vrije suikers
o Vdvz
o Alcohol
Water
o Vochtbalans
1.3.1. Eiwitten
1gE = 4 kcal (niet als energiebron gebruiken)
Voedseleiwitten
o Leveren essentiële AZ en stikstof (N)
o Hieruit worden lichaamseiwitten opgebouwd
Lichaamseiwitten
o Bouwstoffen van lichaamsweefsel
o Bijdragen tot functie van lichaamsweefsel
Eiwit in bloedvatwand: elasticiteit bloeddrukregulatie
Eiwit in nagels: hardheid nagels beschermd onderliggende weefsels
Eiwit in skelet: netwerk waarin mineralen vastgehouden worden
stevigheid
o Bestanddeel van enzymen, bepaalde hormonen, antistoffen
o In bloed: transport van vetzuren, mineralen en O2
o Colloïd – osmotische druk: uitwisseling in H2O en VS tussen bloed en weefsel
Te weinig in eiwitten in bloed verlaagde druk oedeem
1.3.2. Vetten
Energiebron = 1gv = 9 kcal
Transport en opslag van vetoplosbare vitaminen
Warmte – isolatie via onderhuids vetweefsel
Bescherming van weefsel en organen
Bouwstenen van celmembraan
Vorming van eicosanoïden
3