9 Urologie, nefrologie, genitaliën
Aangeboren 1. Vesico-ureterale reflux
afwijkingen van 2. Hypospadie en epispadie
nieren, 3. Cryptorchidie
urinewegen en 4. Liesbreuk (= hernia inguinalis) en hydrocoele
genitaliën
1. Vesico-ureterale reflux (VUR)
Wat is het Terugvloei van urine uit de blaas naar een of beide ureters (vnl. tijdens mictie)
voortdurend residu in blaas aanwezig (reservoir voor bacteriële groei)
- Gevolg: recidiverende blaasinfecties + opstijgende infecties (vb.pyelonefritis
= ernstige levensbedreigende infectie! – kan oorzaak zijn van septische
shock)
- Opgedeeld in 5 graden van ernst (1: reflux alleen in ureter 5: zeer
sterke dilatatie van ureter, nierbekken en calices)
Pathofysiologie Terugvloei wordt voorkomen door klepmechanisme tussen ureter en blaas (niet
echt anatomische klep)
De ureter loopt enkele cm onder het slijmvlies door tijdens mictie = druk in blaas
stijgt = uitmonding van ureters dichtgedrukt wanneer druk hier TE hoog is dan
faalt dit mechanisme + terugvloei
Mogelijke - Aangeboren, anatomisch defect (vb. verkeerde inplanting ureters)
oorzaken = niet lang genoeg onder het slijmvlies ingeplant
- Verworven door verkeerd gebruik van blaasspier (vb. te lang ophouden)
Diagnostiek Echo en mictiecystografie (= contraststof zal opwaarts bewegen) - (aanwezigheid +
graad)
Behandeling 1. Toediening van AB om UWI’s te behandelen + preventief
2. Graad 1 tem 3 geneest spontaan
3. Bij hogere graden of recidiverende infecties is operatie noodzakelijk
- Injectie-therapie: inspuiten van een vloeibare kunststof via endoscoop
Traject aan het einde van de ureter wordt verlengd zodat dit
klepmechanisme terug functioneert
Dagbehandeling + 70% is curatief + na 3 maand controle
- Operatieve reïmplantatie: ureters worden losgemaakt en weer ingeplant
Wanneer infectie-therapie faalt of bij hooggradige reflux
Enkele dagen hospitalisatie op kinderafdeling
Verpleegkundige Eerste 24u
postoperatieve - Postoperatief voldoende vocht (via infuus)
interventies bij - Abdominale wonde met redondrain (observatie vacuüm, insteekpunt,…)
ureter- - Checken of urine goed afloopt in geplaatste blaassondes
implantatie Om de 2u checken op verstopping
- Pijn en comfort nagaan – sondes kunnen blaaswand prikkelen: krampen
Standaard na deze ingreep medicatie tegen krampen opgestart
Verder
- Dagelijks verband van uretersonde verzorgen (RDCT controle)
- Zak moet afhangen + verschillende zakken labelen en urineproductie per
sonde bijhouden
- Na aantal dagen mag uretersonde verwijderd worden (bedrust tot sondes
weg zijn)
- Obstipatie omwille van bedrust (glycerine suppo indien nodig)
- AB, spasmolytica en pijnstillers toedienen volgens voorschrift
, 2. Hypospadie en epispadie
Wat is Aandoening waarbij de uitmonding van de urethra zich niet op de normale
hypospadie en anatomische positie bevindt (vnl. bij jongens)
epispadie
Wat is De opening van de urethra bevindt zich onderaan de penis
hypospadie - 70%: opening nog op de eikel of er vlak onder
- 30%: opening op de schacht of aan basis van de penis
Hypospadie komt dikwijls samen voor met chordae (= neerwaartse buiging vd penis)
2 problemen van 1. Urinestraal loopt door buiging naar beneden jongen zal altijd zittend
hypospadie moeten plassen
2. Op latere leeftijd problemen bij coïtus
Vaak op jonge leeftijd operatie
Wat is epispadie De opening bevindt zich aan de bovenzijde van de penis, ook vaak kromming maar
dan naar boven (dit kan ook bij meisjes voorkomen; bij hen is de urethra over de
hele lengte gespleten en mondt ze uit in de buikholte ipv onder de clitoris)
- Als geïsoleerde aandoening zeldzaam: vaak samen met andere
aandoeningen (vb. ectopische blaas, gespleten clitoris,…)
Behandeling van Complexer dan hypospadie wordt in speciale centra gedaan
epispadie
Diagnostiek Prenatale echografie of na geboorte lichamelijk onderzoek
Behandeling Ernstige hypospadie of epispadie of indien kind last ervaart: operatief hersteld in 2 de
fade van eerste levensjaar
Tijdens de Urethrastent geplaatst om nieuwe urethra open te houden + urethrale katheter om
operatie druk op hechtingen in nieuwe urethra te vermijden (7d) + kokerverband rond penis
Verpleegkundige Postoperatieve observaties + interventies:
interventies na - Zwelling, bloeding, RDCT thv verband
operatie voor - Pijn en comfort nagaan en bestrijden indien nodig
hypospadie - Urine:
Dysurie: urine loopt normaal druppelsgewijs af uit sonde
Vochtbalans opvolgen
Indien sonde verstopt zit: steriel spoelen met 10-20 cc fysiologisch
Arts contacteren wanneer hechtingen dreigen los te komen of de sonde
uitvalt (voor de 7 dagen post-op waarschijnlijk opnieuw inbrengen)
Vochtinname stimuleren
- Bij niet-zindelijke kinderen: dubbel luiersysteem stent/hechtingen
beschermen tegen stoelgang
- Vermijd druk op de wonde (tijdens vb. spel) – 14d geen wilde activiteiten
- Reduceer angst bij ouder/ouder kind over uitzicht en functioneren
- Bij ontslag voldoende info geven aan ouder en kind
Zorg over urethrasonde en verband dichthouden
Medicatie voor pijn, blaaskrampen en AB
Afspraak voor controle bij arts na 1 week
Kind krijgt AB vanaf ochtend voor het verwijderen van sonde
3. Cryptorchidie
Wat is het Wanneer de testes (1 en/of 2) zich niet in het scrotum bevinden – ze dalen niet in
door het liekanaal: bij geboorte duidelijk klinisch vaststelbaar
Eerste 3 maanden kunnen de testes nog spontaan indalen
Na 6 maanden is die kans klein
Palpatie: zoeken naar testis op baan van lies naar scrotum: wanneer hij niet
gepalpeerd kan worden:
Niet aangelegd
Te diep in het abdomen om te palperen
Mogelijke - Testosterontekort
,oorzaken - Afwezige testes
- Nauw lieskanaal
- Korte zaadstreng
Noodzakelijk dit 1. Te hoge temperaturen in de buikholte: storing in ontwikkeling vd testes en
tijdig te zaadproductie (= verminderde fertiliteit, atrofie, torsio testis=draaiing
corrigeren: teelbal)
2. Later risico op testiscarcinoom
3. Psychologisch effect van een leeg scrotum
Pendeltestis Teelbal door cremasterreflex op- en afspringen tussen lies en balzak is niet
abnormaal en verdwijnt normaal gezien rond puberteit (= balzak wordt dichter bij
het lichaam getrokken bij vb. koude omgeving)
Differentiële diagnose van cryptorchidie
Orchidopexie De ingreep waarbij de nog niet ingedaalde testis vanuit de lies naar het scrotum
verplaatst wordt en vastgezet (na lokalisatie via echo, CT, MRI of laparoscopie)
Verpleegkundige - Comfort (losse kledij)
interventies na - Pijnstilling
orchidopexie - Urine output
- Wondaspect
- Het is normaal dat de balzak na operatie een beetje gezwollen is of blauw-
roodachtige uitziet (kleine bloeduistorting)
Instrueer ouders om bij elke luierwissel de wonde zacht te reinigen en
alert te zijn voor RDCT
4. Liesbreuk (= hernia inguinalis) en hydrocoele
Wat is een Een aandoening waarbij er darminhoud zich gaat verplaatsen doorheen het
liesbreuk lieskanaal tot in het scrotum (aan één zijde – zwelling: neemt toe bij
hoesten/persen: belangrijk dat dit uitgelegd wordt aan ouders)
=/= niet hetzelfde als een navelbreuk
- Kan ook voorkomen bij meisjes; dit komt echter veel minder voor
Iedere breuk 1. Breukzak: de uitstulping van het buikvlies
bestaat uit: 2. Breukkanaal: opening in de spierwand waardoor de breukzak glijdt
3. Breukinhoud: vet en/of organen uit de buik die in de breukzak zitten
Verschillen tussen Spontane evolutie:
navelbreuk en Navelbreuk geneest in alle gevallen vanzelf: navelring is bij elk kind een
liesbreuk zwakke structuur die later vernauwt en steviger wordt
Chirurgie wordt hier dus niet gedaan
Liesbreuk toont GEEN spontaan herstel + mogelijkheid tot complicaties
er kan een stukje darm afgekneld worden: acuut abdomen
Chirurgie wordt hier aangeraden
Transilluminatie = schijnen van licht door het scrotum
Maakt duidelijk of er vocht (hydrocoele) of weefsel (liesbreuk) aanwezig is in het
scrotum
- Bij hydrocoele wordt gewacht tot leeftijd 2j omdat dit meestal wel
spontaan geneest
Verpleegkundige Preoperatief observatie inklemming
interventies bij Postoperatief:
liesbreukoperatie - Pijn en comfort systematisch scoren en bestrijden
- Perifere circulatie aan de incisiezijde observeren
- Incisie wordt nagekeken op RDCT, drainage, bloeding,…
- Na inklemming aandacht voor nasogastrische katheter en IV AB
Verworven 1. Hemolytisch uremisch syndroom (HUS)
afwijkingen van 2. Acute post-infectieuze glomerulonefritis (APIGN)
, nieren, 3. Nefrotisch syndroom
urinewegen en 4. Fimosis
genitaliën 5. Varicocoele
1. Hemolytische uremisch syndroom (HUS)
Wat is het Bijzondere vorm van acute nierinsufficiëntie op kinderleeftijd (vaak <5j) – vaker in de
zomer (seizoensgebonden)
- Voorafgaande periode van (bloederige) diarree en koorts HUS is een
complicatie van bacteriële gastro-enteritis (voedselvergiftiging):
bacterie E. Coli
- Bacterie: toxine – vaatbeschadiging aan arteriolen en capillairen vd nieren
trombusvorming en nierinsufficiëntie door beschadiging van
erythrocyten bij passage door beschadigde vaten: anemie
(soms ook schade aan vaten van hersenen en pancreas)
- Trombocytopenie: bloedplaatjes vormen prop in aangetaste vaten
Kenmerken 1. Hemolytische anemie en trombocytopenie
2. Acute nierinsufficiëntie
3. Neurologische stoornissen zoals coma en convulsies
4. Acute tubulusnecrose ten gevolge van hypoperfusie
Symptomen - In voorstadium: koorts, braken, buikpijn, diarree (soms bloederig)
- Bleek en vermoeid (vanwege anemie)
- Soms lichte icterus (als billirubine te veel stijgt)
- Hypertensie
- Petechiën of purpura (door de trombocytopenie)
- Oligurie of anurie
- Donkere verkleuring van de urine
- Er is hersenbeschadiging mogelijk: neurologische prikkelbaarheid:
verminderd bewustzijn, tot soms convulsies, hallucinaties of coma
Diagnose 1. Urineonderzoek: toont hematurie en proteïnurie
2. Bloedonderzoek: toont hemolytische anemie met 10-20% vervormde
erytrocyten, trombocytopenie, nierinsufficiëntie met verhoogd creatinine &
ureum, elektrolytenstoornis
3. Hyperglycemie indien pancreas aangetast is door stolsels
Behandeling = afhankelijk van de ernst + in hoofdzaak symptomatisch
Behandeling hypertensie, overvulling voorkomen, hyperkaliëmie bestrijden,
eventuele diabetes of convulsies behandelen, bij hemoglobine onder
5mmol/l bloedtransfusie
Bovenstaande behandelingen om complicaties voorkomen
Bloedplaatjes worden niet gegeven – tenzij er ernstige bloedingen zijn
40%: nierdialyse nodig om metabole stoornissen + vocht te reguleren
Verpleegkundige - Strikte vochtbalans
interventies - Dagelijks wegen
- Vraag en observeer abdominaal discomfort van diarree en Gl-storing
- Controle vitale functies (AH, HF, RR, T°)
- Observatie van neurologische toestand
- Huidcontrole op petechiën of ecchymose
- Geen rectale temperatuurmeting/sondes/…: te groot bloedingsgevaar
punctieplaats bloedafname langdurig afdrukken
- Stabilisering elektrolytenstoornissen (dieet en medicatie)
- Bij overvulling: strikte vochtbeperking
- Leer kind en ouder over medicatie, dieet en vochtbeperking
- Nierdialyse indien nodig
2. Acute postinfectieuze glomerulonefritis (APIGN)
Wat is het Ontsteking van de glomeruli als complicatie van een eerdere bacteriële pharyngitis