Algemene psychologie
Hoofdstuk 1: inleiding
kennismaking met de psychologie
1. Definitie
Psychologie= (letterlijk) ‘de leer vd geest’
o Niet bruikbaar als definitie
Psychologie is een functieleer= studie vd menselijke functies
o Denken, waarnemen, geheugen, motivatie, emoties, fantaseren etc…
Algemene psychologie= bestuderen van algemene processen, niet vh afwijkende
o Stoornissen bespreken we in dit vak niet
Definitie: de wetenschappelijke studie vh gedrag & de mentale activiteiten ve individu
o ‘mentale activiteiten’ hoeft er niet per se bij is ook gedrag
o Wrm ‘individu’ & niet ‘de mens’? te algemeen, zou ook sociologie (groepen), ecologie
(vb: ‘de consument’), antropologie… kunnen zijn
Psychologie= een menswetenschap, niet exact of voorspelbaar
o Dat is goed, anders zit men in een ‘onzichtbare gevangenis’ kan beangstigend of
gevaarlijk zijn
Wat is vrije wil?
o Zelf een beslissing maken vrije wil?
o Of: nee, want dat jij die beslissing maakt was voorbestemd
Nature – nurture
o Nature= genen
o Nurture= prikkels uit de omgeving
o Persoonlijkheid = combinatie van beide
o Wnr heel strikt genomen (enkel door omgeving, ervaring & genen) geen vrije wil, geen
eigen verantwoordelijkheden (gevaarlijk!!)
3. Geschiedenis vd psychologie
Verre voorgeschiedenis
Psychologie= zo oud als de mens zelf
Oudheid: filosofie hield zich bezig met psychologie kwesties (vb: Plato allegorie vd grot)
Middeleeuwen: weinig filosofie (en dus weinig psychologische thema’s)
o Oorzaak: theologisch wereldbeeld
o Kerk: ‘alle antwoorden staan id Bijbel’
o Kerk: ‘Gods wegen zijn ondoorgrondelijk’
o Filosofie gezien als belediging, trek Gods bedoelingen niet in twijfel
Meer directe voorgeschiedenis
Ontwikkelingen id filosofie
Rationalisme: René Descartes
o Geloofde in God, maar was wel met filosofie bezig
o Voorspelde een fout ih denken vd mens (vb: metafoor vaarweg naar Rio de Janero 1
berekeningsfoutje= helemaal foute koers)
Op klein tijdstip niet erg, maar langdurig wel!!
Filosofen helpen de mens weer op koers komen
1
, o De rede (het denken) = enige manier om tot kennis te komen
o Res cogitans – res extensa
Res cogitans= het denkende deel
Res extensa= het lichamelijke deel
Volgens Descartes denken dieren niet: mens geschapen naar evenbeeld v God,
dier niet
o Methodische twijfel
Trok het bestaan van alles in twijfel, behalve God (godslastering)
Cogito ergo sum: ik denk dus ik ben
Wat ben ik dan? Noemt zichzelf mens
Empirisme: John Locke
o Staat tegenover rationalisme
o Deze filosofen vinden denken niet belangrijk, dingen zien wel
Onderzoeken, experimenteren, noteren, waarnemen…
o Kennis= macht
o Denken vertroebelt de waarneming
Door te denken zal je het subjectief waarnemen ipv objectief
o Zeggen hetzelfde als Plato komen uit de grot
o Tabula Rasa: je komt id wereld als een onbeschreven blad (geen persoonlijkheid)
Je leert door ervaring, rondkijken, ondervinding, leerprocessen, opvoeding…
o Het enige zekere is datgene wat waarneembaar is
God= niet waarneembaar bestaan niet zeker
Impulsen vanuit de natuurwetenschappen
Nieuwe ontdekkingen leiden tot nieuwe vragen
o Bewegingen lopen via elektrische stroom
Experiment kikkerpoot verondersteld ook zo te zijn bij de mens
Psychofysica: oa Wet van Weber (zie H3)
o Met deze wet: veel gedrag voorspelbaar
Psychologie als zelfstandige wetenschap
Wundt & het structuralisme
1879: geboortejaar vd psychologie
Wilhelm Wundt
1e labo voor wetenschappelijke psychologie
Vooral studie vd waarneming
o Experiment: 100 prikken id schouder + 100 prikken id vinger &op knop duwen verschil
tussen gem. vd schouder & gem. vd vinger= snelheid ve zenuwimpuls
Structuralisme: Edward Titchener (leerling v Wundt)
o Structuur vh bewustzijn onderzoeken
o Scheikunde vd geest (scheikunde toen populair)
Introspectie & experimenten
o Introspectie= in jezelf, je eigen bewustzijn kijken
Elke kleinste gedachte analyseren
Probleem: je verstoort je eigen gedachtegang op deze manier, je bewustzijn
verandert (vb: water meten met thermometer wnr je de thermo ih water
plaatst, verandert de temp.)
2
,Het functionalisme
Functionalisme (Verenigde Staten)
o Staat tegenover structuralisme
o Functie (niet de structuur) vh bewustzijn (mental activities) (vb: auto niet uit elkaar
halen, wel mee rijden)
o Dierproeven (want: dieren=eenvoudige mensen)
Structuralisme & functionalisme bestaan niet meer als individuele stromingen, opgenomen in andere
stromingen = oerstromingen
Belangrijke overeenkomst tussen de 2= bewustzijn
Behaviorisme
Behaviorisme (Verenigde Staten): Watson
o Empirisme: “je kan alleen zeker zijn v datgene wat je kan zien”
o Enige wat je kan zien vd menselijke psychè is het gedrag
o Enige waar je zeker van kan zijn is het gedrag (behavior)
o Het bewustzijn kan je niet zien behaviorisme is geen bewustzijnspsychologie
o Beschrijven v S-R connecties
o Vb: we kunnen niet zeggen “de hond wandelt graag, de hond is blij”, zijn we niet zeker.
We kunnen wel zeggen “de hond is energiek”
Nieuwe klemtonenen Europa
Gestaltpsychologie: Köhler, Lewin
o Waarnemen= geen apart registreren v afzonderlijke indrukken, maar wel een
onmiddellijk vatten vd ‘Gestalt’
o “het geheel is meer dan de som vd delen”
o Vb: blije & trieste smileys zelfde componenten, de gehelen vd smileys brengen andere
dingen teweeg
o Vb toepassing hiervan: horlogewijzers op 10 na 10
Cirkel, stipje, boogje bevatten geen vrolijkheid smiley als geheel wel
o Vb: hercencel op zich kan enkel geleiden, onze hersenen kunnen leren, nadenken…
Dieptepsychologie: Freud
o Belangrijkste van allemaal!!!
o Ontstaan uit de psychoanalyse (= therapie)
o Therapie omzetten in theorie: lange gesprekken met patiënten
o “aan elke mens scheelt iets & vertoont abnormaal/neurotisch gedrag”
o Drie lagen id menselijke geest:
Bewust
vond Freud niet interessant
Onderbewust
kennis opgeslagen ih geheugen, moeten we even over nadenken
vond Freud niet interessant
Onbewust
Belangrijk!!
Bepaald alles wat je doet
Verdrongen uit het bewustzijn: om jezelf te beschermen (vb traumas) en
schaamtevolle gedachten/taboes (vb kleuter verliefd op mama, haatte
papa)
3
, Komt soms naar boven op verschillende manieren (vaak niet letterlijk,
maar op symbolische manier), belangrijkste= dromen
Vb faalhandeling: herenonderbroek ve minnaar in wasmand gooien
onderbewuste wilt dat de echtgenoot achter de affaire komt
Vb symptoomstoornis: verlamd geraakte man verteld z’n vrouw dat hij
homo is, verlamming is over
Vrije associatie: kern vh probleem komt uiteindelijk wel boven wnr
patiënt ratelt
Vb kunst: toren symbool voor mannelijk lid, acteur doet handelingen die
hij zelf niet kan/mag/durft doen
Hypnose= niet slecht, maar geen goeie methode om onbewuste zaken
bewust te maken kans op fouten= veel te groot (valse herinneringen
kunnen naar boven komen, alleen hypnotiseur bestaat nog voor de
gehypnotiseerde, wat deze suggereert, doe/geloof je)
Amerika & de herontdekking vh innerlijke
Neobehaviorisme: Hull, Tolman
o = nieuw behaviorisme
o Binnen het behavioristische kamp een soort ‘afscheuring’
o Er wordt in deze strekking wel gesproken v emoties
o S-O-R schema (ipv S-R)
S= stimulus
Baasje vraagt “gaan we wandelen”
R= reactie
De hond kwispelt
O= organisme (behoeften, verlangens, geheugenprocessen, eerdere ervaring…)
Kan je mss niet waarnemen, maar wel veronderstellen
Black box
Vb: de hond is blij
Humanistische psychologie: Maslow, Rogers
o Reactie tegen de hoofdstromingen:
Behaviorisme
Mens onder controle v omgeving (stimuli), is dus niet vrij al wat men
doet komt door de prikkels, beslist men niet zelf
Mens weinig meer dan laboratoriumrat
Dieptepsychologie
Mens onder controle vh onbewuste, ook niet vrij geen zelfbeschikking
of verantwoordelijkheid
Mens stelt voornamelijk abnormaal, neurotisch gedrag
Mens & zn mogelijkheden moeten centraal staan
“psychologie vd derde weg”: er waren al 2 wegen, dit is een 3 e
belangrijke stroming (talenten, groeikracht, zelfontplooiing…)
Hedendaagse stromingen id psychologie
Cognitieve psychologie
o Mens is net zoals een computer een informatieverwerker met een input (=prikkels) &
output (=gedrag)
o Belangrijk= verwerking vd prikkels
o De wijze waarop we prikkels verwerken bepaalt ons gedrag
4