Samenvatting fundamenten van de psychologie minor inleiding in de toegepaste psychologie.
33 vues 1 fois vendu
Cours
Fundamenten Van De Psychologie
Établissement
Hogeschool Utrecht (HU)
Book
Fundamenten van de psychologie
Deze samenvatting omvat alle stof die je moet kennen voor de kennistoets van fundamenten van de psychologie van de minor inleiding in de toegepaste psychologie. De begrippen die je moet kennen zijn allen verwerkt en dikgedrukt aangegeven.
Samenvatting Fundamenten van de Psychologie (9,4) - Minor Toegepaste Psychologie HU
Samenvatting Fundamenten van de psychologie - Alle tentamenstof HU 2024! - (OS-MINPSYCHC1-18)
Samenvatting - De biologische basis van gedrag
Tout pour ce livre (33)
École, étude et sujet
Hogeschool Utrecht (HU)
Minor Inleiding Toegepaste Psychologie
Fundamenten Van De Psychologie
Tous les documents sur ce sujet (33)
Vendeur
S'abonner
Anoukvanbalen
Aperçu du contenu
Samenvatting fundamenten van de psychologie
hoofdstuk 1: Wat is psychologie?
We kunnen psychologie als volgt definiëren: Psychologie is een wetenschap waarbij
het gedrag bestudeerd wordt en waarbij die gedragsevidentie gebruikt wordt om de
interne processen te begrijpen die aan dat gedrag ten grondslag liggen.
Herman Ebbinghaus omschrijft dat van het oudste onderwerp de nieuwste
wetenschap zal worden gemaakt, namelijk psychologie. Psychologie is ook een oud
onderwerp, omdat men al lang afvraagt hoe het menselijk brein werkt.
Filosofie in het oude Griekenland: Typisch voor de benadering van Aristoteles en
Plato was dat mensen de enige wezens waren met een rede en deze rede maakte
het mogelijk om de realiteit de begrijpen op een manier die onmogelijk was voor
dieren.
Plato: Volgens Plato diende een onderscheid te worden gemaakt tussen de ware
onzichtbare wereld van onveranderlijke, ideale vormen en de zichtbare, veranderlijke
wereld.
De menselijke ziel is een deel van de ware wereld rondom ons, die een
onvolmaakte afspiegeling is van de ware wereld. De menselijke ziel is een
deel van de ware, ideale wereld, zij woont tijdelijk in het lichaam en keert na
de dood naar de kosmos terug. De ziel had kennis van de ideale wereld en de
mens kon tot deze kennis toegang krijgen door gebruik te maken van de rede.
Observatie was minder belangrijk want die had enkel toegang tot de zichtbare,
continu veranderende wereld, waarin ook dieren leefden. Bovendien namen
mensen soms dingen waar die niet echt bestonden, zoals dromen en
visioenen.
Echte kennis kwam voort uit de menselijke geest. Wiskunde was de meest
geavanceerde wijsheid die het dichtst de ideale wereld benaderde, want
getallen waren onveranderlijk en bewerkingen met getallen waren mogelijk
zonder referentie naar de zichtbare wereld.
Aristoteles: Hij hechtte meer belang aan observatie, ook voor hem kon ware kennis
niet op observatie gebaseerd zijn. Om echte kennis te hebben diende men uit te
gaan van onwrikbare uitgangspunten. Die werden door de menselijke ziel intuïtief als
zelfevident herkent. Dit herkennen noemde Aristoteles een demonstratie.
Een nieuwe manier van denken. De overtuiging van de Grieken en de katholieke
kerk dat ware kennis gebaseerd is op nadenken, intuïtief aanvoelen en goddelijke
ingevingen, lijkt spontaan te ontstaan, want we vinden die in alle beschavingen terug.
In Europa groeide in de 16de- 17de eeuw echter een andere vorm van
kennisvergaring, die uniek is in de wereld, namelijk de overtuiging dat ware kennis
gebaseerd is op systematische observatie en actief ingrijpen in de wereld. Dit wordt
wordt wetenschappelijke revolutie genoemd.
De copernicaanse revolutie: Een belangrijke katalysator voor de wetenschappelijke
revolutie was de vaststelling dat de kalender niet meer bleek te kloppen. Sinds het
Romeinse Rijk had men gebruikgemaakt van de juliaanse kalender, ingevoerd door
Julius Ceasar. Deze kalender liep al 11 dagen achter. Uiteindelijk werd de Juliaanse
kalender vervangen door de nauwkeurigere Gregoriaanse kalender. De
,wetenschapper kwam met een tekst waarin hij omschreef dat het heelal beter te
begrijpen was, wanneer de planeten om de zon heen draaide. Deze tekst werd na
zijn dood pas bekend omdat hij zijn werkgever de rooms-katholieke kerk niet voor het
hoofd wilde stoten. Galileo Galilei die onderzocht de bevindingen van Copernicus
verder doormiddel van observaties, deze konden worden gedaan door het uitvinden
van de telescoop. Deze resultaten werden weer verder onderbouwd door Isaac
Newton. Het feit dat de aarde niet het centrum vormde van het heelal wordt de
copernicaanse revolutie genoemd.
Het onderzoek van Donders: Het onderzoek van von Helmholtz werd door de
Nederlandse oogarts Fransiscus Cornelis Donders uitgebreid tot de mens. Hij vroeg
zich af hoe hij de fysiologische tijd van de mentale processen kon meten. Uiteindelijk
werkte donders met drie verschillende condities. In elke conditie werden geluiden
aangeboden als stimulus. Dit waren de lettergrepen ka, ke, ki, ko en ku. In de eerste
conditie werd steeds dezelfde stimulus aangeboden en de proefpersoon moest deze
zo snel mogelijk herhalen. Dit leidde tot wat Donders een a-reactie noemde. In de
tweede conditie werden de vijf lettergrepen door elkaar aangeboden en de
proefpersoon moest de lettergrepen zo snel mogelijk herhalen. Donders noemde dit
de b-reactie, een reactie waarbij zowel een discriminatie als keuze gemaakt moest
worden. In de derde conditie, ten slotte, werden de vijjf lettergrepen opnieuw
aangeboden, maar de proefpersoon diende alleen de stimulus ki te herhalen. Dit was
de c-reactie een reactie waarbij alleen een discriminatie van de stimulus gemaakt
moest worden. Het onderzoek van Donders betekende het begin van de mentale
chronometrie, een techniek waarbij men de psychologische processen in
informatieverwerking probeert te achterhalen door te kijken naar de tijd die mensen
nodig hebben om allerhande taken uit te voeren.
Evolutietheorie: Volgens deze theorie waren levende wezens het resultaat van een
aanpassingsproces aan veranderende omstandigheden. Binnen elke soort bestaan
aangeboren individuele verschillen, waardoor niet elke eigenschap bij elk lid van de
soort in even grote mate aanwezig is. Eigenschappen die goed aansluiten bij de
omgeving zorgen ervoor dat het individu goed gedijt en veel nakomelingen heeft.
Eigenschappen die niet goed aansluiten bij de omgeving bedreigen de overlevings-
en voortplantingskansen van het individu. De struggle of life die hiermee gepaard
gaat zorgen ervoor dat dieren en planten continue veranderen onder invloed van de
lokale omgeving.
Descartes: Hij was een Franse filosoof en wiskundige die zich in Nederland
gevestigd had. Hij was een van de eersten die het eigen, onafhankelijke denken van
de Griekse filosofen opnieuw op de voorgrond plaatste, hoewel zijn denken sterk
beïnvloed werd door de gangbare opvattingen. Hij ging uit van drie principes:
Dualisme, Rationalisme en Nativisme.
Dualisme: Deze term verwijst naar de overtuiging dat mensen uit twee
onafhankelijke elementen bestaan. Een lichaam en een geest. De geest heeft een
vrije wil en vormt de kern van het menselijke denken.
Rationalisme: Stelt dat ware kennis gebaseerd is op de rede, die door het
toepassen van de logica nieuwe informatie afleidt uit de bestaande.
, Nativisme: Verwijst naar de overtuiging dat de mens aangeboren kennis heeft, die
het uitgangspunt vormt van alle afgeleide kennis. Opnieuw zie je hier de invloed van
Plato, Aristoteles en de katholieke kerk.
De vierde overtuiging van Descartes was nieuw en hield in dat het universum een
machine vormde die wiskundig beschreven kon worden. God had de machine
gecreëerd en in werking gesteld. Het menselijk lichaam was een onderdeel ervan en
dus aan de natuurwetten onderworpen. Daardoor kon het menselijk lichaam, in
tegenstelling tot de geest, wetenschappelijk bestudeerd worden.
Empirisme in plaats van rationalisme: Volgens het empirisme wordt de inhoud van
de geest niet gevormd door aangeboren ideeën en afgeleide inzichten, maar via
zintuigelijke ervaringen die met elkaar geassocieerd worden. Een belangrijke
grondlegger was John Locke. Die zijn belangrijkste werk publiceerde kort nadat
Newton in 1687 zijn meesterwerk over natuurwetten gepubliceerd had. Volgens
Locke kwam alle menselijke kennis voort uit ervaringen met externe, voelbare
voorwerpen en niet vanuit aangeboren ideeën, waarmee hij bedoelde dat hogere
ordekennis tot stand kwam door combinaties van eenvoudige ideeën. Als twee
dingen tegelijk ervaren worden, dan hebben ze veel kans om mentaal met elkaar
geassocieerd te worden.
In 1874 publiceerde Wundt een boek dat voor het eerst de wetenschappelijke
psychologie beschreef. De titel ervan was Grundzüge de physiologischen
psychologie en hierin definieerde Wundt de wetenschappelijke psychologie als een
alliantie tussen enerzijds de fysiologie die ons informeert over de levensfenomenen
die we met onze zintuigen kunnen waarnemen, en anderzijds de psychologie waarbij
de persoon van binnenuit naar zichzelf kijkt. Dit kijken naar het eigen bewustzijn van
binnenuit werd introspectie genoemd. Wundt was de eerste die een lab in Leipzig
opende.
De taak van de fysiologische psycholoog was: om die levensprocessen te
onderzoeken die het midden hielden tussen de externe en de interne ervaringen en
dus de gelijktijdige toepassing vergen van beide observeermethoden, de externe en
de interne. Deze nieuwe wetenschap begint met de fysiologische processen en
probeert aan te tonen hoe deze het domein van de interne observatie beïnvloeden.
Als men de nadruk wil leggen op de methodologische kenmerken, dan zou men onze
wetenschap de experimentele psychologie kunnen noemen, ter onderscheid van de
traditionele wetenschap van de geest, die volledig is gebaseerd op introspectie.
Structuralisme: Dit is een stroming in de psychologie op basis van introspectie de
structuur van het bewustzijn probeerde te ontdekken. De reden waarom Wundt
traditioneel met het structuralisme vereenzelvigd werd, is dat het beeld van hem in
Amerika grotendeels bepaald werd door de psychologiehandboeken van Titchener.
Functionalisme: Dit was de eerste belangrijke stroming binnen de Amerikaanse
psychologie. De Amerikanen waren meer geïnteresseerd in de toegepaste
psychologie dan in fundamenteel onderzoek. Psychologie diende in de eerste plaats
om het onderwijs te optimaliseren, om gevaarlijke afwijkingen op te sporen en te
behandelen, en om de industriële productie te bevorderen. Deze stroming werd
verder beïnvloed door de theorie van Darwin.
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur Anoukvanbalen. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €5,48. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.