Voorbeelden:
DNA grutto
celkern populatie grutto’s
beencel grutto
beenweefsel alle organismen weidegebied
bot weidegebied
beenderstelsel biosfeer (systeem aarde)
Levenskenmerken:
● opgebouwd uit een of meer cellen
● groeien
● voortplanten
● stofwisseling (opnemen, omzetten en afgeven van stoffen)
● waarnemen en reageren op verandering in de omgeving
● organisatie van erfelijk materiaal
Oppervlakte-volume verhouding:
Verhouding tussen de oppervlakte van een organisme (deel waarmee het contact heeft met de
buitenwereld) en het volume van een organisme.
A = 6 x 1 x 1 = 6 m2 A = 6 x 10 x 10 = 600 m2 A = 6 x 100 x 100 = 60.000 m2
V = 1 x 1 x 1 = 1 m3 V = 10 x 10 x 10 = 1.000 m3 V = 100 x 100 x 100 = 1.000.000 m3
! Naarmate de omvang groter wordt, neemt het volume sneller toe dan het oppervlak.
nuttige opdrachten:
BINAS:
, cel en leven
Eencellige organismen: Meercellige organismen:
- Groot oppervlakte–volume verhouding - Klein oppervlakte–volume verhouding
Stofuitwisseling: Stofuitwisseling:
● Opname O2 en afgifte CO2 (via celmembraan) ● Opname O2 & afgifte CO2 (via
Warmte: gespecialiseerde organen, met groot
● Verlaat cel (geen invloed activiteit oppervlak)
organisme) Warmte:
● Wordt ingezet in een organisme om activiteit
Hoe groter het volume van het organisme, hoe groter te verhogen bij koudbloedige dieren en wordt
de zuurstofbehoefte. De grootte van de cel bij een constant gehouden bij warmbloedige dieren om
eencellige wordt beperkt door de zuurstofbehoefte: er activiteit constant te houden.
moet genoeg oppervlak zijn om daaraan te voldoen.
Celdifferentiatie:
Cellen van een meercellig organisme zijn ontstaan uit 1 bevruchte eicel; deze deelt, de
gevormde cellen ook (lijken op elkaar). In een later stadium van de ontwikkeling van een
embryo ontstaan cellen met een verschillende grootte, vorm en functie; celdifferentiatie.
Begrippen
Organellen = gespecialiseerd onderdeel
van een cel met een bepaalde functie
Weefsel = groepen cellen met dezelfde
functie
Organen = hebben binnen een organisme
gespecialiseerde taken (gevormd uit
verschillende weefsels)
Stamcellen = ongedifferentieerde cellen
die kunnen blijven delen
Stamcelbronnen
1. Embryo’s → embryonale cellen kunnen differentieren tot elk gewenst type cel (ze
komen uit embryo’s die overblijven na een ivf-behandeling)
2. Navelstreng → (lijken al sterk op volwassen stamcellen) kunnen niet meer tot elk type
cel uitgroeien & onderzoekers proberen hieruit insulineproducerende cellen te kweken
3. Volwassen organen → zijn zo te beinvloeden dat ze veranderen in cellen met een
bepaalde functie (vb: maken van insuline)
nuttige opdrachten:
BINAS:
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur LMJvandijk. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €3,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.