Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting Praktisch Goederenrecht cluster B €6,49   Ajouter au panier

Resume

Samenvatting Praktisch Goederenrecht cluster B

 4 vues  0 fois vendu
  • Cours
  • Établissement
  • Book

Samenvatting van het boek en aantekeningen van de les. Inclusief de ARRESTEN HR 13 maart 1936, NJ 1936, 415 (Berg en Dalse watertoren I) HR 10 maart 1972, NJ 1972, 278 (Vogelplaag) HR 24 maart 1995, NJ 1996, 158 (Hollanders kuikenbroederij) HR 31 oktober 1997, NJ 1998, 97 (Portacabin) HR 14 no...

[Montrer plus]

Aperçu 4 sur 38  pages

  • Non
  • Hoofdstuk 1 t/m 8
  • 30 mars 2022
  • 38
  • 2021/2022
  • Resume
avatar-seller
Inleiding goederenrecht
Week 1

Hoofdstuk 1
Goederen: alle zaken en alle vermogensrechten art. 3:1 BW er zijn dus twee
soorten goederen namelijk zaken art. 3:2 BW en vermogensrechten art. 3:6 BW
Zaken: de voor menselijke beheersingg vatbare stoffelijke objecten
- Iets is voor menselijke beheersing vatbaar, wanneer we het kunnen vastpakken
en er macht of controle over kunnen uitoefenen.
- Een stoffelijk object wil zeggen een voorwerp dat uit een bepaald materiaal/stof
bestaat
Art. 3:2a: dieren zijn geen zaken maar de regels met betrekking tot zaken zijn in
beginsel ook van toepassing op dieren


Vermogensrechten: een recht met vermogenswaarde; een recht met een
bepaalde waarde die in geld is uit te drukken
Art. 3:6 BW
1. Rechten die afzonderlijk of tezamen met een ander recht overdraagbaar zijn;
of 2. Die ertoe strekken de
rechthebbende stoffelijk voordeel te verschaffen; of
3. Die verkregen zijn in ruil voor verstrekt of in het vooruitzicht gesteld stoffelijk
voordeel
Er zijn dus drie verschillende categorieen vermogensrechten namelijk:
1e Het kan gaan om rechten die overgedragen worden. De overdracht kan zowel
zelfstandig plaatsvinden als tezamen met een ander recht. Hiermee wordt
bedoeld dat de eigenaar van een bepaald recht dit recht aan een ander mag
overgeven (eigendomsrecht of vorderingsrecht)
2e Vermogensrechten zijn rechten die erop gericht zijn de rechthebbende, dit is
meestal de eigenaar, stoffelijk (materieel) voordeel te verstrekken (smartengeld)
3e Vermogensrechten zijn rechten die zijn verkregen in ruil voor stoffelijk
voordeel of in ruil voor toegezegd stoffelijk voordeel


Onroerende zaken: zaken die niet verplaatsbaar zijn art. 3:3 lid 1 BW
 De grond: hieronder verstaan we elk stuk grond, bijvoorbeeld een tuin, een
park, een weiland
 Delfstoffen die nog niet zijn gewonnen: delfstoffen zijn gesteenten en
mineralen met een bepaalde gebruikswaarde, die uit de grond worden
gewonnen
 Beplantingen die met de grond zijn verenigd: dit zijn bomen, struiken, planten
en gewassen die in de volle grond staan
 Gebouwen die duurzaam met de grond zijn verenigd: hiermee worden
gebouwen bedoeld die duurzaam op of in de grond zijn gebouwd en niet
zomaar te verplaatsen zijn

, Werken die duurzaam met de grond zijn verenigd: bouwsels die geen gebouw
zijn, kunstwerken, stellages kunnen werken zijn
 Gebouwen en werken die door vereniging met andere gebouwen of werken
duurzaam met de grond zijn verenigd: gebouwen en werken die zelf niet
duurzaam met de grond zijn verenigd, maar die aan andere gebouwen en/of
werken ‘vastzitten’ en door die verbinding duurzaam met de grond zijn
verenigd


Roerende zaak: alle zaken die niet onroerend zijn art. 3:3 lid 2 BW, zaken die
verplaatsbaar zijn


Portacabin-arrest
Buys heeft op een aan hem toebehorende stuk grond een portacabin laten
plaatsen. Een van de eigenschappen van een portacabin is dat deze snel en
eenvoudig verplaatst kan worden. Volgens Buys is zijn portacabin een roerende
zaak.
De portacabin van Buys wordt ingericht en gebruikt als kantoorruimte. Er is een
gas-, water- en elektriciteitsaansluiting, alsook een aansluiting op het telefoonnet
en de riolering. Ook is er een plint bevestigd die tot aan de grond reikt, waardoor
het lijkt of het bouwsel met de grond is verenigd. Er ligt ook een mooie tuin om
de portacabin met een tegelpad naar de ingang.
Rabobank is van mening dat de portacabin van Buys een onroerende zaak is. Zij
beroept zich erop dat het bouwsel duurzaam met de grond is verenigd en daarom
een onroerende zaak in de zin van art. 3:3 BW.
HR; de Hoge Raad is van oordeel data uit de hiervoor omschreven
omstandigheden onder meer blijkt dat uit de hiervoor omschreven
omstandigheden onder meer blijkt dat de portacabin in dit geval naar haar aard
en inrichting bestemd is om als bedrijfsgebouw te worden gebruikt en om
duurzaam duurzaam ter plaatse te blijven. Daarbij acht de Hoge Raad het niet
van belang dat in technisch opzicht de mogelijkheid bestaat om het bouwsel te
verplaatsen. De Hoge Raad concludeert uit voorgaande dat de portacabin een
onroerende zaak is.


Bestanddeel art. 3:4 BW
Lid 1 - alles wat volgens verkeersopvatting deel uitmaakt van een zaak; is de
zaak nog compleet zonder het bestanddeel?
Lid 2 – een zaak wordt met een andere zaak verbonden en kan daar niet meer
van afscheiden zonder dat er beschadiging optreedt


Registergoederen art 3:10 BW: goederen voor welker overdracht of vestiging
inschrijving in daartoe bestemde openbare registers noodzakelijk is
Onroerende zaken zijn altijd registergoederen, hierbij horen ook grote vliegtuigen
en vrachtschepen

,Het Kadaster is de instantie die de openbare registers voor onroerende zaken
bijhoudt en die ervoor zorg draagt dat de gegevens van overdracht of vestiging
worden ingeschreven


Natuurlijke vruchten art. 3:9 lid 1 BW: zaken die volgens verkeersopvatting als
vruchten van andere zaken worden aangemerkt
1. Het zijn zaken: voor menselijke beheersing vatbare stoffelijke objecten
2. Deze worden volgens verkeersopvatting als vruchten van andere zaken
aangemerkt: we moeten als maatschappij bepalen welke zaken als vruchten van
andere zaken worden beschouwd
Zelfstandige zaak: een natuurlijke vrucht wordt een zelfstandige zaak op het
moment dat deze wordt afgescheiden art. 3:9 lid 4 BW
Voorbeeld: wanneer een appel van de appelboom valt (of wordt geplukt), dan is de
appel een zelfstandige zaak geworden.



Burgerlijke vruchten art. 3:9 lid 2 BW: rechten die volgens verkeersopvatting als
vruchten van goederen worden aangemerkt
1. Het zijn rechten: vermogensrechten oftewel rechten die op geld waardeerbaar
zijn en die kunnen worden overgedragen
2. Deze worden volgens verkeersopvatting als vruchten van goederen
aangemerkt: deze rechten worden in het maatschappelijk verkeer beschouwd als
vruchten van goederen
Voorbeeld: de rente over een geldbedrag dat op een spaarrekening staat.
Er is aan vereiste 1 voldaan: er is een recht op rente. Volgens verkeersopvatting wordt
het recht op rente als vrucht van een goed (het geld geldbedrag dat op de rekening
staat) aangemerkt. Dit is in het maatschappelijk verkeer bepaald.

Zelfstandige recht: een burgerlijke vrucht wordt een zelfstandig recht op het
moment dat deze opeisbaar wordt art. 3:9 lid 4 BW


Goede trouw art. 3:11 BW
goede trouw van een persoon ontbreekt in de volgende gevallen:
1. Wanneer iemand de feiten of het recht waarop zijn goede trouw betrekking
heeft kende: het betreft een persoon die weet dat er iets niet in orde is, maar
niets met die wetenschap doe 2. Wanneer
iemand de feiten of het recht waarop zijn goede trouw betrekking heeft behoorde
te kennen: het gaat om een persoon die had moeten weten dat er iets niet
klopte, maar die niets heeft ondernomen om dit te achterhalen. Ook wanneer het
onmogelijk is om onderzoek te doen, kan iemand worden beschouwd als een
persoon die de feiten had moeten kennen

, Hoofdstuk 2
Relatieve rechten: ook wel persoonlijke rechten, het zijn rechten die slechts
tegenover een bepaalde persoon werken; relatieve rechten gelden dus niet ten
opzichte eenieder
Absolute rechten: rechten die een persoon op een goed kan hebben. Het kan dus
zowel een recht op een zaak als een recht op een vermogensrecht zijn. De
rechthebbende kan bepalen wat hij met het goed doet
Er zijn acht absolute rechten:
Boek 3 BW
1. Vruchtgebruik art. 3:201 BW
2. Pand art.3:227 BW
3. Hypotheek 3:227 BW
Boek 5 BW
4. Eigendom art. 5:1 BW
5. Erfdienstbaarheid art.5:70 BW
6. Erfpacht art. 5:85 BW
7. Opstal art. 5:101 BW
8. Appartement 5:106 BW
Waarom is het van belang te weten of een bepaald recht een absoluut recht is?
wanneer iemand een absoluut recht heeft op een goed, dan wil dat zeggen dat hij dat
recht tegenover iedereen kan uitoefenen; een ander mag geen inbreuk maken op een
absoluut recht dat de rechthebbende op een goed heeft



Rechtsgevolgen aan absolute rechten
Zaaksgevolg – droit de suite
Absolute rechten hebben zaaksgevolg. Zaaksgevolg houdt in dat het absolute
recht op een goed blijft bestaan, ook al bevindt dat goed zich niet meer in de
macht van de rechthebbende. Het absolute recht volgt dus het goed waarop het
rust

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur ovaldezcruz. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €6,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

77858 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€6,49
  • (0)
  Ajouter