Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting sociaal handhavings-en procesrecht deel handhavingsrecht €11,47   Ajouter au panier

Resume

Samenvatting sociaal handhavings-en procesrecht deel handhavingsrecht

1 vérifier
 205 vues  16 fois vendu

Dit is een samenvatting voor het vak sociaal handhavings- en procesrecht gedoceerd door professor Salomez in het academiejaar . Deze samenvatting is een gestructureerde bundeling van hetgeen dat de professor vertelt in zijn hoorcolleges. Ook de wetsartikelen zijn duidelijk aangegeven in de samenvat...

[Montrer plus]
Dernier document publié: 2 année de cela

Aperçu 5 sur 36  pages

  • 18 mars 2022
  • 1 avril 2022
  • 36
  • 2021/2022
  • Resume
Tous les documents sur ce sujet (1)

1  vérifier

review-writer-avatar

Par: abdouelhaielkaddouri • 1 année de cela

avatar-seller
Rechtenstudentvub1997
Samenvatting sociaal handhavings-en procesrecht
 Deel sociaal procesrecht: zie oefenrechtbank
 Deel sociaal handhavingsrecht: 3 colleges + mondeling examen

1 Inleiding

 Het sociaal strafwetboek bestaat uit 2 onderdelen:
o 1) materieel sociaal strafrecht
 Bekijken van de misdrijven, daders en straffen
 Hoe? Van de praktijk naar theorie
 Bv vervolgen van uitkeringsfraude  welke inbreuken gaan hiermee gepaard
 Veel inbreuken leiden niet tot een strafrechtelijke vervolging maar tot een
administratieve geldboete
 Sociale misdrijven zijn wanbedrijven  correctionele rechtbank
 Soms zijn sociale misdrijven ook misdaden maar deze worden dan
gecorrectionaliseerd zodat de correctionele rechtbank bevoegd is

o 2) formeel sociaal strafrecht
 = opsporing van sociaalrechtelijke misdrijven
 Focus op de sociale inspectie en het arbeidsauditoraat

 In 2010 zijn alle strafbepalingen die in de afzonderlijke sociale wetten stonden gecodificeerd in het
sociaal strafwetboek
o MAAR door de staatshervormingen worden de bepalingen van de afzonderlijke arbeidsrechtelijke
wetten terug van toepassing
o Hoofdstuk 10 van het sociaal strafwetboek is een belangrijke innovatie geweest in 2010
 Reden: er werden nieuwe misdrijven gecreëerd zonder dat er verwezen werd naar een
afzonderlijke sociale wet

 Examen: je krijgt een fraudefenomeen en dan moet je uitleggen met welke inbreuken dit gepaard gaat en
moet je de constitutieve bestanddelen overlopen

2 Materieel sociaal strafrecht
2.1 Overlopen van de verschillende hoofdstukken van boek 2 sociaal
strafwetboek

 Hoofdstuk 1: inbreuken tegen de persoon van de werknemer
o Inbreuken op de welzijnsreglementering (art 127 soc. Sw)
 Er is een correctionele strafvervolging mogelijk indien de inbreuk gezondheidsschade met
zich meebrengt
 Bv na een dodelijk arbeidsongeval zal men pas nagaan of er een inbreuk op de
welzijnsreglementering heeft plaatsgevonden
o MAAR het is niet omdat er een dodelijk ongeval gebeurd is, dat er sprake
is van een inbreuk
 Bv iemand valt door het dak van een loods en is op slag dood  toezicht welzijn
op het werk komt ter plaatse om na te gaan of het ongeval vermeden kon
worden door het respecteren van de welzijnswetgeving

1/36

, Hoofdstuk 2: inbreuken met betrekking tot de arbeidstijd
o Praktijk: zeer zelden een strafrechtelijke sanctionering
o Indien er vastgesteld wordt dat iemand geen of te weinig socialezekerheidsbijdragen heeft
betaald dan kan dit gepaard gaan met het vaststellen dat iemand te lang werkt, waardoor de
inbreuk met betrekking tot de arbeidstijd meegenomen wordt in de strafprocedure

 Hoofdstuk 3: inbreuken in verband met andere arbeidsvoorwaarden
o Het belangrijkste zijn de loondelicten, namelijk het niet of te weinig loon betalen
 = het minimumloon bepaalt in een cao of in een individuele arbeidsovereenkomst wordt
niet of te weinig betaald
o Beperkte strafsancties
 Er zijn 4 soorten strafsancties waarbij sancties van niveau 4 de hoogste zijn en die van
niveau 2 laagste (art 101 Soc Sw)
 Niveau 1 = administratieve sancties
o Volgens het EVRM zijn administratieve sancties ook strafsancties

 Hoofdstuk 4: illegale arbeid
o WN afkomstig uit het buitenland moeten in het bezit zijn van een arbeidskaar en de werkgever
van een arbeidsvergunning
 Buitenlander die werkt zonder arbeidskaart of arbeidsvergunning  werkgever wordt
gesanctioneerd
o Derdelanders die illegaal in BE verblijven en hier werken  werkgever wordt gesanctioneerd
o De bevoegdheid om arbeidskaarten en arbeidsvergunningen te verlenen is overgedragen naar de
deelstaten en deze zijn ook bevoegd inzake de sanctionering
 Gevolg: het sociaal strafwetboek wordt niet gebruikt voor de bestraffing, maar wel de
wet buitenlandse arbeidskrachten
 Waarom gebruiken we een wet als de deelstaten bevoegd zijn?
o In de wet zijn er bepalingen opgenomen die specifiek van toepassing op
het Vlaams, Waals of Brussels hoofdstedelijk gewest
o Personeel uitlenen aan werkgevers die het nodig hebben is verboden
 Uitzondering: uitzendarbeid waarbij het toegelaten is (art 177 Soc Sw)
o Verboden ter beschikking stelling van WN = instrument om de opdrachtgever te kunnen
vervolgen

 Hoofdstuk 5: niet-aangegeven arbeid
o Is een belangrijk hoofdstuk inzake de bestrijding van sociale fraude
o Bv niet in orde met de voorafgaande DIMONA-aangifte  is strafrechtelijk sanctioneerbaar
o Sanctie: niveau 4

 Hoofdstuk 6: inbreuken betreffende sociale documenten of documenten van sociale aard
o Art 187 Soc Sw: opstellen van een individuele rekening

 Hoofdstuk 7: inbreuken betreffende de collectieve arbeidsbetrekkingen
o Praktijk: worden meestal administratief afgehandeld

 Hoofdstuk 8: inbreuken met betrekking tot het toezicht
o Sociale inspecteurs kunnen geen geweld gebruiken
 ↔ politie kan wel geweld gebruiken



2/36

, o Indien inspecteur de bevoegdheid heeft om een arbeidsplaats binnen te gaan en de werkgever
weigert dit  de inspecteur kan niet aan de politie of slotenmaker vragen om de deur open te
breken
 Gevolg: inspecteur kan enkel een PV opstellen wegens het verhinderen van het toezicht
o Sanctie: niveau 4
o Er is nooit een KB ingevoegd waardoor de sociale inspecteurs de bevoegdheid krijgen van
officier van de gerechtelijke politie
 Mochten de sociale inspecteurs de bevoegdheid van officier van de gerechtelijke politie
krijgen, behouden ze dan wel nog hun hoedanigheid van sociaal inspecteur?
 Reden: een sociaal inspecteur is geen politieambtenaar
 Leden openbaar ministerie hebben de hoedanigheid van officier bij de gerechtelijke
politie maar hebben niet dezelfde bevoegdheden als een agent, die zij bevoegdheid
ontleent uit de wet op het politieambt

 Hoofdstuk 9: inbreuken betreffende de sociale zekerheid
o = niet betalen van socialezekerheidsbijdragen
o De werkgever/zelfstandigen moet zelf de socialezekerheidsbijdragen berekenen, aangeven en
betalen
 Indien er geen correcte berekening gebeurd is  misdrijf
 Indien er wel een correcte berekening gebeurd is, maar men betaalt de bijdragen niet 
misdrijf
o Sanctie: niveau 2

 Hoofdstuk 10: de inbreuken van valsheid, gebruik van valse stukken, van onjuiste of onvolledige
verklaringen en van oplichting sociaal strafrecht
o Art 232 Soc Sw: men pleegt valsheid in geschrifte of minder of geen bijdragen te betalen of om
uitkeringen te kunnen krijgen
 Gevolg: niet de bepalingen in het strafwetboek hiervoor gebruiken
 Reden: sociaal strafrecht heeft voorrang op het gemeen strafrecht
o Art 234 Soc Sw: bv de overuren worden niet aangegeven en worden in het zwart betaald
 Sanctie niveau 4 omdat er een bijzonder opzet is
o In het sociaal strafrecht moet er geen bijzonder opzet aanwezig zijn
 Reden: de onachtzaamheid volstaat
o Art 235 Soc Sw: bv in het buitenland wordt er een postbusvennootschap opgericht om zo
personeel naar BE te detacheren
 Doel: minder socialezekerheidsbijdragen betalen
 Sanctie: niveau 4

 Hoofdstuk 11: gemeenschappelijke bepalingen
o Bevat geen misdrijven

 Hoofdstuk 12: de verplichtingen opgelegd in het raam van de maatregelen tijdens een epidemische
noodtoestand
o Is gecreëerd door de COVID-19-pandemie

2.2 Sociaal strafrecht is niet beperkt tot het sociaal strafwetboek

 Reden: in het gemeen strafwetboek staan er misdrijven die handelen over het sociaal strafrecht,
namelijk mensenhandel
 Art 155 Ger w: bevat de bevoegdheidsverdeling van het openbaar minister
3/36

, o Dit artikel wordt ruim geïnterpreteerd door het Hof van Cassatie
 Bv de EU-reglementering omtrent de rij- en rusttijden behoort tot de bevoegdheid van
het arbeidsauditoraat
 Reden: het behoort tot de arbeidswetgeving in de ruime zin van het woord

 Menshandel (art 433 quinquies Sw)
o Constitutieve bestanddelen
 Materieel bestanddeel = werving, het vervoer, de overbrenging, de huisvesting, de
opvang van een persoon, het nemen of de overdracht van de controle over hem
 Moreel bestanddeel = doel
 Hier is sprake van een bijzonder opzet namelijk in strijd met de menselijke
waardigheid
 Het werken in omstandigheden die strijdig zijn met de menselijke waardigheid, dit is
moeilijk om een aanknopingspunt bij te vinden. Men kan kijken naar de bescherming
tegen menselijke waardigheid in de Grondwet in artikel 23 Gw. waarbij men ervan uitgaat
dat het arbeidsrecht en het socialezekerheidsrecht rechtsregels uitvaardigt die ertoe
strekken om de bescherming van de menselijke waardigheid ook vorm te geven. Als men
al op voorhand regels vaststelt die zulke regels wil miskennen, dan komt men in het
vaarwater van de mensenhandel. De schending moet wel flagrant zijn. Vb.: een bedrag
enorm onder het minimumloon, dwangarbeid, geen pauze, … Op dat moment zit men
met een tewerkstelling die gekwalificeerd kan worden onder het misdrijf mensenhandel.
Wanneer men dus iemand aanneemt met het doel om de wetgeving niet te respecteren,
maar dit zodanig ver gaat dat de menselijke waardigheid in het gedrang komt, dan kan
men veroordeeld worden voor mensenhandel
o In andere landen zijn er nog andere constitutieve bestanddelen aanwezig, maar in BE zorgen
deze enkel voor een strafverzwaring
 Bv art 433 septies SW: misbruik maken van de positie waarin een illegaal zich bevindt
 Bulgarije behoort tot de EU en zijn dus legaal in BE aanwezig. Indien ze te maken hebben
met mensonwaardige omstandigheden dan kunnen ze solliciteren bij een andere
werkgever
 Reden: vrij verkeer van werknemers is van toepassing
o Praktijk: meestal is er sprake van mensenhandel met verzwarende omstandigheden waardoor er
dus zwaardere straffen van toepassing zijn
 Misdaden behoren tot de bevoegdheid van het hof van assisen maar worden meestal
gecorrectionaliseerd waardoor de correctionele rechtbank bevoegd is
 Hoe? Er worden verzachtende omstandigheden aangenomen
 Andere misdrijven bv deelnemen aan een criminele organisatie worden samen met de
mensenhandel behandeld
 Gevolg: mensen die hebben meegewerkt aan de criminele organisatie en die
geen strafbare feiten hebben gepleegd worden mee vervolgd
o Bv boekhouder

 (aan)werving
o Betekenis in het sociaal recht  ruim interpreteren en autonome interpretatie
 = er moet een band van ondergeschiktheid zijn
o Betekenis in het strafrecht  er moet geen band van ondergeschiktheid zijn
 Art 433 quinquies, 3° Sw: zelfstandigen vallen hieronder + schijnzelfstandigen die eigenlijk een
werknemer zijn
o In strijd met de menselijke waardigheid
 Bv mensen te lange dagen laten werken, minder dan minimumloon betalen
4/36

,  MAAR rechtspraak eist dat er een loon betaald wordt dat substantieel onder het
minimumloon ligt

 Economische mensenhandel
o = sociaal delict dat geverbaliseerd wordt door de sociale inspecteurs en vervolgd wordt door het
arbeidsauditoraat soms in samenhang met nog andere delicten
 Ook al staat het misdrijf mensenhanden in het strafwetboek
 Bv witwasmisdrijven worden meegenomen bij de behandeling van sociale delicten bv
mensenhandel, maar kunnen niet het zwaartepunt zijn van het dossier
 Reden: mensenhandel is het zwaartepunt van het dossier

2.3 Het bespreken van verschillende fraude fenomenen

 De prof zijn keuzes zijn gebaseerd op
o 1) de omzendbrieven van de procureurs-generaal, die bepalen welke misdrijven er prioritair zijn
o 2- opsporingsdienst SIOD  bereiden elke jaar een plan voor om sociale fraude te bestrijden en
daar zijn de keuzes van de prof ook in vermeld

 De prof zijn keuzes zijn
o 1) bijdrage fraude met zwartwerk
o 2) detachering
o 3) welzijn op het werk
o 4) uitkeringsfraude

2.3.1 Bijdragefraude (= zwartwerk)

 Zwartwerk = er wordt arbeid gepresteerd die niet werd aangegeven aan de betrokkene
socialezekerheidsinstellingen, bv RSZ en RSVZ, en waarvoor er dus geen socialezekerheidsbijdragen
betaald zijn
o Essentie zwartwerk = tewerkstelling verborgen houden voor de overheid
o RSZ controleert of de werkgever zijn sociale verplichtingen respecteert
o RSVZ controleert of er geen schijnzelfstandigheid is

 Zwartwerk bij zelfstandigen = sociaalrechtelijk misdrijf met een fiscaal motief
o De inspectiediensten van het RSVZ geven de niet aangegeven inkomsten immers door aan de
fiscus die aan de slag gaan met de inning en invordering.
 Dit om aan te tonen dat er een enorme verwevenheid is met het fiscaal recht en dit
buiten de bijzonderheden van het sociaal strafrecht valt.

 Zwartwerk bij werknemers = sociaalrechtelijk misdrijf zonder een fiscaal motief  wij focussen ons hier
op
o Reden: de RSZ-bijdrage wordt door de werkgever betaalt  de werkgever betaalt:
 1) WN-bijdrage van 13,07%  werkgever houdt dit in op het loon van de werknemer en
stort dit door naar de RSZ
 2) WG-bijdrage van 25%
 Was vroeger 30%, maar is verminderd door de taxshift
 De WG-bijdrage is hoger bij arbeiders dan bij bedienden omdat voor arbeiders in
de bijdrage ook hun jaarlijks vakantiegeld in inbegrepen is



5/36

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur Rechtenstudentvub1997. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €11,47. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

80467 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€11,47  16x  vendu
  • (1)
  Ajouter