SCHADEVERGOEDINGSRECHT
Aansprakelijkheidsrecht is relatief stabiel.
Belangrijk om op examen te antwoorden op een manier van ‘weten en begrijpen’,
niet louter papegaaien. – fors meer punten mee te verdienen indien je verbanden
enz. aantoont en praktische toepassingen verklaart.
Belangrijke tweede ding na toepassen op de feiten – nl. herken je de melodie ? – pas
als je problemen in de feitensituatie herkent, dan pas kan je de regels toepassen. –
als je één opl. Hebt en stopt zal je minder punten krijgen want heel vaak zullen
hypotheses gemaakt moeten worden.
Kritisch: wat is hier juist aan de regeling en wat schort er hier aan ?
Belangrijk om voorbereid naar de les te komen. – stuk in handboek lezen vooraleer
je naar de les gaat is een must in deze cursus.
OVERZICHT LEERSTOF
Kern = verbintenis tot schadeloosstelling die hun basis NIET in een contract vinden.
gaat over alle andere gevallen van schadeloosstelling anders dan diegene die we
al zagen in verbintenissenrecht.
Allerbelangrijkste = buitencontractuele aansprakelijkheid. + daarnaast nog een
aantal alternatieve (relatief tov BCA) schadevergoedingssystemen.
In de praktijk hangen schadekwesties zeer vaak samen met verzekeringen. niet
enkel de vraag wie aansprakelijk is maar wat dat betekent voor de verzekeraars. =
wisselwerking wordt behandeld maar het contractueel verzekeringsrecht niet +
toezicht op verzekeringen wordt ook niet behandeld.
ENKEL = wie is verzekeraar en wie heeft schade geleden ?
Indemnitaire verzekeringen = schadevergoedend.
Particuliere rechtstreekse eigenschadeverzekeringen = verzekering waarbij
men vraagt of indien men schade lijdt, wilt u dit vergoeden ? – bv.
hospitalisatieverzekering.
Sociale rechtstreekse eigenschadeverzekering = publiekrechtelijke regeling
gecombineerd met privaatrechtelijke touch.
Eigenschadeverzekering ten behoeve van derden = men gaat de verzekering
aan maar die zijn ten behoeve van anderen, bv. arbeidsongevallenverzekering.
Verschil tussen indemnitaire en wettelijke verplichtingen van verzekeraars ?
eerste groep gaat over verzekeraars die een contract sluiten en die gehouden zijn
premies te betalen. – die verplichting hier is contractueel dus als er een probleem
ontstaat, de verbintenis ook teniet gaat. – dus ook ENAC kan opgeworpen worden.
,MAAR de laatste verschilt hiervan omdat deze of gene verzekeraar de schade zal
moeten vergoeden = géén contractuele verplichting maar is gebaseerd op de wet, op
het feit dat die verzekeraar, verzekeraar is.
bv. regeling rond verkeersschade is hierrond opgebouwd.
3de alternatief systeem: Schadefondsen
Bv. problematiek rond brommers die niet verzekerd zijn, vluchtmisdrijven,…
vooral verkeersongevallen waarbij geen verzekeraar aangesproken kan worden en
dus ook een algemeen fonds voor bestaat.
THEORIE VERSUS PRAKTIJK
Er is niet één verhaal ! – vanaf het begin wordt duidelijk gemaakt dat alles wat men
doet, anders kan.
Theorie is een poging om de complexe realiteit weer te geven in de vorm van een
beperkt aantal geformuleerde regels.
AANSPRAKELIJKHEID VERANTWOORDELIJKHEID
Worden vaak met elkaar in verband gebracht doordat veel van onze juridische leer in
het Frans tot stand is gekomen + vaak door elkaar gegooid doordat er in het Frans
maar één woord voor is, nl. ‘responsabilité’.
Verantwoordelijkheid
= betekent dat men zich moet verantwoorden, dat men een gedrag of gebeuren
moet gaan justifiëren, vb. komt goed naar voor bij politieke verantwoordelijkheid.
bv. verantwoording van MiBz over moord van politieman op particulier.
tweede betekenis – plicht hebben iets te doen.
Aansprakelijkheid
= men kan in rechte worden aangesproken, er is een vorderingsrecht tegen u op
basis van een regel van objectief recht. – voor ons is aansprakelijkheid de bron van
verbintenis tot schadeloosstelling – die spruiten hieruit voort.
kan samenvallen met verantwoordelijkheid maar het hoeft niet ! – kan perfect dat
diegene die verantwoordelijk is, niet aansprakelijk is en vice versa en daarom is het
belangrijk om de verschillen tussen beide te bedenken.
,STRAFRECHT VERSUS BURGERLIJK RECHT
Strafrechtelijke aansprakelijkheid
Doel = repressief MAAR wil niet zeggen dat het strafrecht an sich repressief is !
als je dit zou stellen, dan ga je ervan uit dat met strafrecht, er meer repressie is
dan wanneer er geen strafrecht is.
het strafrecht is er gekomen om de overheid in toom te houden, nl. om de
‘medieval practises’ te gaan wegdrijven.
focus ligt hier op de dader van het gedrag.
Beoordelingsmaatstaf van het gedrag is hier subjectief en concreet.
Burgerrechtelijke aansprakelijkheid
Doel = ongedaan maken van ongewenste gevolgen.
Schadevergoeding = geen straf ! <-> boete = een straf.
Stel: kinderen maken rommel en living ligt vol met prullen. – er werd gevraagd dit
niet te doen maar de kinderen zijn stout geweest, als prof hen zegt dit op te ruimen,
dan creëert hij niks negatiefs, geen leed. – het leed is die rommel die daar ligt, want
vertegenwoordigt de omkering van de last, nl. het omkeren van afzien van het zien
van deze rommel, naar het opruimen ervan door de rommel makende kinderen. –
verandert niks negatief of positief in de wereld. = niveau van geluk blijft gelijk =
communicerende vaten.
= een verdelingsvraag.
Bij een lijfstraf gebeurt er iets helemaal anders, want er wordt leedtoevoeging in het
leven geroepen. => niveau van geluk verandert hier want de kinderen worden hier
fors minder gelukkig van door hun straf die zij ondergaan.
focus bij burgerrechtelijke aansprakelijkheid ligt bij de gevolgen voor de ander =
geen verschil in draagwijdte/zwaarte van de fout en diens gevolgen.
beoordelingsmaatstaf gedrag is hier objectief en abstract.
CIVIELE AANSPRAKELIJKHEID: OVERZICHT
Contractuele aansprakelijkheid
= alternatief/complement voor (dwang)uitvoering contractuele verbintenis.
geen focus hierop in deze cursus.
Buitencontractuele aansprakelijkheid
er is een verbintenis zonder dat men zich baseert op een contract. –
verbintenis tot schadeloosstelling ontstaat zonder een contract.
, SAMENSPEL & COÖRDINATIE
SAMENLOOP
Kan tussen objectieve en subjectieve aansprakelijkheid.
er zijn objectieve aansprakelijkheden die een beperking stellen aan een soort
schade, schade aan privégoederen wordt vergoed maar ook schade aan
professionele goederen.
ACTIEVE COËXISTENTIE
= situatie waarbij de benadeelde die SE is, de vordering kan instellen en de
schuldeiser kan = de actieve kant.
= betekent dat de benadeelde verschillende vorderingen heeft tegen verschillende
aansprakelijken. – problematiek van de uitvoeringsagent.
Id praktijk gaan bijna alle contracten gesloten worden met een rechtspersoon en de
contractuele verbintenis wordt uitgevoerd door een werknemer. = geen
onderaanneming maar een arbeidsovereenkomst ligt hier aan de basis.
PASSIEVE COËXISTENTIE
= situatie waarbij verschillende benadeelden vorderingen hebben tegen één
aansprakelijke, hier is het dus één aansprakelijke die 2 schulden heeft tegen 2
verschillenden wegens dezelfde gebeurtenis.
Vb. van liftonderhoudsfirma. + derde lijdt schade etc.
Was de firma er de dag ervoor geweest, dan was er niets gebeurd, nu is de vraag of
die benadeelde een vordering kan instellen tegen die onderhoudsfirma, ogv
buitencontractuele aansprakelijkheid ? – niet zo evident.
CASCADE VAN AANSPRAKELIJKHEDEN
Gaat over regresvorderingen – gaat over benadeelden, een leerling veroorzaakt
schade aan een andere leerling en die andere heeft uit art. 1382 BW een vordering
ingesteld. – ook onderwijzer kan aangesproken worden ogv art. 1384 BW.
kunnen de rollen worden omgedraaid ? – quid doorgeefluik van de schade aan de
primair aansprakelijke.
bij heel wat casussen zal de vraag zo geformuleerd zijn van wie is er zoal
aansprakelijk en wie draagt de schadelast ?
Verticale cumul
Situatie als vorige, benadeelde kan in principe een foutaansprakelijkheidsvordering
instellen tegen die leerling maar kan ook die schadevordering instellen tegen de
onderwijzer.