Bijzondere Thema’s in het Maatschappelijk Werk
LES 1
Inleiding
Doelstellingen SWII
• Kennis verwerven over hoe elementen van dwang en drang aanwezig zijn in het brede
maatschappelijk werkveld.
• Kritisch reflecteren over hoe maatschappelijke evoluties de praktijk van het maatschappelijk werk
beïnvloeden.
• Kennis verwerven over hoe je als maatschappelijk werker je dubbele rol op een adequate manier kan
hanteren.
• Verbindingen maken tussen de theoretische kaders die je aangereikt krijgt en de praktijk van het
maatschappelijk werk.
Studiemateriaal
#Sociaal Werk (basishandboek)
• Voor studenten & docenten SW
• Vol (theoretische) concepten, wetenschappelijke inzichten,
• methodische handvatten die houvast bieden voor Swers in spé
• Boek ≠ Bijbel, het nodigt uit tot reflectie & tegenspraak
• ‘#’ – focus op, maar ook verbinding maken met
• Passie en Trots!
Examen
• Schriftelijk (open vragen – 75% van de ptn)
• Opdracht (25% - toepassing van theorie later meer)
Concrete inhoud?
Het vak is opgebouwd rond vier thema’s:
• Dwang/drang
• Macht
• Discretionaire ruimte
• Motivatie
Concrete inhoud?
Dwang/drang:
• Dwang is overal, ook in het SW
• Het eeuwige spanningsveld tussen controle en emancipatie als doelstelling voor het SW
• Maatschappelijke en beleidsevoluties en impact op het MW
• Hoe ermee omgaan? Hoe werken met ‘onvrijwillige’cliënten? Impact op (vertrouwens)relatie?
Dubbele rol? Belang van rolverklaring? …
Er zijn altijd elementen van dwang aanwezig. Bv ik heb alcoholprobleem en ga ik begeleiding. Ik vertel daar
dat ik begeleiding wil omdat anders mijn relatie kapot gaat. Is dit dan vrijwillig of een vorm van dwang?
Niet altijd vertrouwensrelatie nodig, denk bv aan een onthaal. Je hebt gesprek aan het onthaal en die persoon
verwijst u dan door naar een andere organisatie. In hoeverre heb je dan een vertrouwensrelatie? Is dit dan
slecht SW? Neen !
Maar het concept ‘vertrouwensrelatie nodig’ klopt niet.
Macht:
• Ook in hulpverleningsrelaties is er machtsongelijkheid
, • Probleem: macht wordt vaak ontkend
• Waarom zouden cliënten moeten aankloppen bij ‘machteloze’ maatschappelijk werkers?
• Concept van ‘caring power’ (Svensson, 2002; 2003)
Elke mw’er heeft macht over zijn cliënt. Je moet dit erkennen en erover nadenken hoe je dit kan inzetten ten
voordele van die cliënt. Wat ben je met een machteloze mw’er?
Naast het machtsconcept, zetten we het concept van ‘caring power’.
Discretionaire ruimte:
• Steeds meer controle, protocollering, standaardisering, …
• Hoe kunnen maatschappelijk werkers hun discretionaire ruimte (professionele macht?) nog
uitoefenen?
• Pleidooi voor (meer, doch verantwoord) uitoefenen van professionele macht
Er is heel veel controle, om controle mogelijk te maken is er veel protocollering en standaardisering.
Nood aan meer gebruik, verantwoord gebruik, van de discretionaire ruimte.
Motivatie:
• Impact van dwang/drang op motivatie?
• Maatschappelijk werk enkel voor ‘gemotiveerde’ cliënten?
• Case van verslavingszorg: kennismaking met motivationele gespreksvoering a.d.h.v. online tool van
de VAD.
Is mw enkel voor de gemotiveerde of moeten we ons werk als mw’er vooral zien om mensen te motiveren?
Praktische afspraken
• Participatie
• Zelfstudie – verwerkingsopdrachten/voorbereiding
• BELANGRIJK!
• 6 maart: beide groepen samen in Y.03.20 van 13u45-15u45
• GEEN college op 24 april
• Gastsprekers:
• Prof. dr. Kerstin Svensson (Lund University, Zweden) geeft gastcollege op 6 maart
• Diane Slootmans (Goia-Free Clinic) geeft gastcollege op 27 maart
Wat versta ik onder LES 2
‘dwang’? Thema: DWANG
Het uitoefenen van Outline
macht. Iemand onvrijwillig - Historisch perspectief op dwang in SW: het eeuwige
handelingen laten doen. spanningsveld tussen emancipatie & controle
Contextueel - Actuele maatschappelijke en beleidsevoluties en impact op het
MW
bepaald wat als dwang
- Dwang: quid est?
wordt beschouwd en wat - Het continuüm tussen vrijwilligheid en dwang
niet. - Hoe omgaan met dwang? Hoe werken met
En individueel ‘onvrijwillige’cliënten?
bepaald.
Emancipatie vs Controle: het eeuwige spanningsveld
‘Dwang is overal.’ - Onder het motto ‘onderwijs is herhaling’: even rewind naar SW I
- ‘Eeuwig’: spanningsveld is er altijd geweest en zal er altijd zijn
Eens/niet eens?
In de stage te maken
gehad met ‘dwang’?
Oudere demente
vrouw, zonder
familie, gedwonen
om naar
, - Illustratie: ‘dwang’ bij 2 belangrijke founding mothers van het SW: Octavia Hill & Mary Richmond
Octavia HILL (1838 – 1912)
- Victoriaans Londen, East End: extreme armoede
- Tegen charitas van de Poor Law
- Medeoprichter van de Charity Organisation Society (COS)
- ‘Anything for nothing’ – ‘foolish almsgiving’
Met COS probeerde ze orde te scheppen in de veelheid en chaos van chariatieve initiatieven in
Londen. Aanpaak COS: nadruk op individuele verantwoordelijkheid van mensen met sociale
problemen. Ze vond dat aalmoezen geven er voor zorgde dat sociale problemen van mensen
bestendigd werden.
> Anything for nothing’-principe; ze verhuurde huizen, iedereen moest een bepaalde huur betalen.
Achterstal: streng aangepakt en schulden opbouwen verboden.
- Gettovorming als oorzaak van armoede & sociale problemen
- Focus op huisvesting – friendly visiting
Friendly visits: huishuur werd opgehaald. Huisbezoeken waar het financiële belangrijk was én nagaan
hoe het ging met de huurder.
Individuele maatschappelijk werk. disciplinering en emancipatie.
“She ruled over a
little kingdom of
3000 loving subjects
with an iron scepter
twined with roses”
(Bremner, 1965)
Hill wilde breken met de ontwikkeling van charitas. Ze vond dat mensonterend, ze vond dat het een
onderdeel vormde van het probleem. Ze wilde ervan weg en wilde iets anders. Om dat de bestendigen heeft
ze de COS opgericht. Daarbij waren twee principes leiden – ‘anything for nothing’ en ‘foolish almsgiving’.
Ze was eigenaar van een aantal huizen (lodging houses), veel mensen hadden toen geen huizen en ze konden
bij haar een huis ‘huren’. Ze was tegen foolish almsgiving, ze mochten er niet gratis verblijven. Ze ging de huur
zelf ophalen en ging met de in gesprek (friendly visiting). Enerzijds gericht op huisvestiging. Anderzijds vond ze
‘ik weet wat goed is voor u’, ze ging mensen controleren.
Mary Ellen Richmond (1861 – 1928)
- Illinois, Verenigde Staten
- Gevormd door persoonlijke ervaring (armoede)
- Betrokken bij Amerikaanse tweelingdochter van de Charity Organisation Society (COS) – friendly
visiting Ze werd opgeleid tot friendly visitor
- Social illness - social diagnosis – social treatment
Theorie van social casework haalde ze bij de medische wetenschap; vergelijken van sociale
problemen met ziektes die gedisgnoticeerd konden worden en waaraan een behandeling gekoppeld
kon worden.
- What is social casework? (1922) boek
- Non-interference except in essentials
Richmond voorstander om zoveel mogelijk nadruk te leggen op emancipatorisch werken, maar in
sommige omstandigheden zijn controle en disciplinering onvermijdelijk. Ze dacht daarbij vooral aan
psychiatrische patiënte, daders van criminele feiten….
SW in België: rol van overheid & arbeidersbewegingen
Overheid en arbeidersbewegingen; belangrijk bij ontwikkeling van het professioneel SW
- Na WO I: België in puin (infrastructuur én sociaal)
, - Toenmalig minister van Justitie: Emile Vandervelde: 1920 eerste opleiding SW in België
Dit overheidsinitiatief werd al snel gevolgd door de arbeidersbewegingen:
De tweede industriële revolutie (eind 19e eeuw) en sociale kwestie die daar mee verbonden is, zorgden
voor een klimaat waarin arbeidersbewegingen in een snel tempo evolueerden tot belangrijke
maatschappelijke spelers.
- Arbeidersbewegingen: 1921 – 1922 oprichting eigen opleidingen
- ‘Dubbele rol’ van in het begin verankerd in onderwijs & praktijk
Dubbele rol: enerzijds ondersteunen van individuen, anderzijds controleren – zit in de opleiding van SW
vervat.
(Emile Vandervelde) (Maria Baers) > foto’s in pp
- Na WO II: zorg voor welzijn als individuele én collectieve verantwoordelijkheid
Collectieve verantwoordelijkheid geconcretiseerd via overheid die zorg draagt voor het collectieve sociale
welzijn van haar burgers. Sociale risico’s gedekt door systeem van welzijnsvoorzieningen en -interventies
dat de overheid organiseert. Verzorgingsstaat.
- Ontwikkeling van de verzorgingsstaat > voedingsbodem voor verdere ontwikkeling SW
- Pendelbeweging tussen disciplinering en emancipatie
- Jaren ‘70 en ‘80: SW onder vuur - verzakelijking
Je ziet periodes waarin de pendel doorslaat naar het emancipatorische, andere periodes gaat het meer naar
het controleren (vooral wanneer het slechter gaat, dan gaat MW ook meer moeten controleren denk bv aan
voorwaarden voor leefloon).
Evidentie voor het spanningsveld vanuit sociaalwerkonderzoek
- O.a. Juhila & Roivainen: twee archetypes van SW (theoretische dichotomie)
Vormen van SW ontstaan vanuit een controleperspectief: gedrag aanpakken dat door de samenleving
als ‘disfunctioneel’ wordt beschouwd.
Ondersteuningsperspectief: cliënten beschikken over eigen oplossingsmogelijkheden en sociale
netwerken. Deze dichotomie heeft vooral een theoretische waarde.
- Ontelbare publicaties met betrekking tot de ontologie van het SW (o.a. Payne, 1996; 2005; 2014;
Howe, 1987; Dominelli, 2002; Garrett, 2013; enz.) cf. SW II
- In de praktijk: steeds mengvormen
SW gericht op emancipatie en hulpverlening en dat soort dingen. Ook, langs de andere kant, SW gericht op
controle, dwang…. In de feiten is die tweestrijd niet zo scherp te maken, maar zijn er veel mengvormen. Je
vindt vaak mengvormen in de praktijk.
Bv in de praktijk is het mogelijk om vrijwillige hulp te verlenen in de context van een gevangenis.
Extrinsieke dwang: ontstaan van een driehoeksrelatie tussen cliënt, SW’er en instantie die de
dwangmaatregel oplegt. Er bestaat ook intrinsieke dwang.
Actuele ontwikkelingen
Laatste jaren: toenemend appèl op SW in aanpak maatschappelijke problemen
- Criminaliteit
- Overlast
Bv jongeren die rond hangen en lawaai maken waardoor buren ontevreden worden,
appartementsgebouw waarin mensen er niet in slagen om vuilnis te sorteren en het allemaal
rondslingert,…. Ook daar zie je dat het mw geappelleerd wordt. Denk aan mensen van
samenlevingsopbouw die daarmee aan de slag gaan en met de mensen in gesprek gaan. Denk aan
opbouwwerkers, etc. Maatschappelijk probleem aanpakken.
- Intrafamiliaal geweld (cf. beleidsplan minister Demir)