Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting Bijzondere vraagstukken strafprocesrecht €13,49   Ajouter au panier

Resume

Samenvatting Bijzondere vraagstukken strafprocesrecht

1 vérifier
 315 vues  14 achats

Dit document is een samenvatting van het vak Bijzondere vraagstukken uit het strafprocesrecht gedoceerd door Prof. De Wolf aan de VUB. De samenvatting bevat het handboek, addenda en aangevuld met de lesnotities. Belangrijke woorden/artikels staan extra aangeduid. Achteraan het document staat een in...

[Montrer plus]
Dernier document publié: 2 année de cela

Aperçu 7 sur 116  pages

  • 21 février 2022
  • 29 mai 2022
  • 116
  • 2021/2022
  • Resume
Tous les documents sur ce sujet (4)

1  vérifier

review-writer-avatar

Par: catteeuwignea • 2 année de cela

Traduit par Google

Quasi literal takeover of the free summary in facebook group? Too bad about the money.

reply-writer-avatar

Par: RechtenStudente96 • 2 année de cela

Traduit par Google

Too bad you think this way. It is my own work where I combine the lesson and the handbook. I always invest a lot of time and work here so that I can put a full summary for sale.

avatar-seller
RechtenStudente96
BIJZONDERE VRAAGSTUKKEN VAN HET
STRAFPROCESRECHT
PROF. DR. DANIEL DE WOLF

, BV SPR – De correctionele terechtzitting

I. De correctionele terechtzitting
1. BEVOEGDHEID VAN DE CORRECTIONELE RECHTBANK
1.1. ALGEMEEN EN MATERIELE BEVOEGDHEID
1.1.1. Historische inleiding (ter illustratie)
De CRB maakt deel uit van de REA. De CRB is een sectie, net zoals de burgerlijke rechtbank,
familierechtbank, jeugdrechtbank, beslagrechter en SURB. Van waar komt dat nu? BE gaat op een
ogenblik door politieke gebeurtenissen bezet worden door Frankrijk in de 18e eeuw, dat betekende het
einde van het Oostenrijks bewind. De Franse bezetter gaat BE niet enkel bezetten maar gaat overgaan tot
het invoeren van het Franse recht en instelling in zijn geheel. Op het einde van de 18e eeuw gaat men dus
de spons zetten op alles wat bestond van het middeleeuws recht. Dat wordt vervangen door het
toenmalig bestaande Franse recht. Er zijn toen zelfs wetten en decreten ingevoerd van het Ancien regime
(let op, we zijn de revolutie al voorbij!). De wetboeken van Napoleon zijn dan ingevoerd in de gebieden
onder de Franse bezetting.
De CRB was één van de vruchten van de revolutionairen. Het was dus al een ouder idee toen het in ons
land werd ingevoerd. Oorspronkelijk bestond deze rechtbank dus niet. De Fransen vonden, naar het
Engels model, om personen te laten berechten door gelijken, eigen burgers, en die zouden een garantie
vormen tegen de willekeur zoals die bestond in het AR. Men had de werking toen enorm in vraag gesteld.
Men wou geen systeem van professionele rechter en de HvA werden toen ingevoerd. Men had dan ook
een kleine jury om te bepalen of de zaak moest voorkomen, en dan de grote jury in het Hof zelf. Naast de
HvA, tribunaux criminels, had je ook de tribunaux municipaux, de politierechtbanken, die zich exclusief
gingen bezighouden met de kleine delicten. Er waren dus twee systemen. Men gaat zien dat het
ondoenbaar is om voor alles een HvA te creëren. Men gaat dan een tussenmaat gaan creëren.
Correctionelle daar vindt men ‘corriger’ in waardoor men de mensen en hun crimineel gedrag wil gaan
bijstellen. Men wil daar de kleine crimineel terechtstellen.
Dat heeft een aantal consequenties, de urbane stadscriminaliteit (eenvoudige zaken zoals slagen en
verwondingen, diefstallen, etc) zal daar gecorrigeerd worden. Men gaat een procedure creëren die toelaat
om snel in te grijpen op bepaalde criminele feiten. Die procedure wordt bewust zeer eenvoudig gehouden.
Je gaat ook schakelbepalingen vinden tussen de politierechtbank en de CRB. Bepaalde zaken zullen dus
ook gelden voor de PRB en soms ook voor het HvB. De procedure voor het HvA zal ook gelden als
procedure van gemeen recht en kan men zich hierdoor laten inspireren. Maar hiervoor moet men
opletten want het HvA heeft eigen beginselen en procedures die men niet zomaar kan overbrengen
(discretionaire bevoegdheid voorzitter).
De twee andere rechtbanken zijn dan gekrompen, PRB houden zich exclusief bezig met strafzaken, zoals
covidzaken. Maar in praktijk houden ze zich eigenlijk alleen bezig met verkeerszaken. De rest wordt niet
behandeld of administratief afgehandeld. Voor ingewikkeldere zaken, spreken we van wanbedrijven en
zal dat naar de CRB gaan. Een grotere inkrimping is het HvA. Het HvA heeft een steeds beperktere
bevoegdheid gekregen en men heeft sinds 2009 beslist dat alleen moord (eventueel poging) voor het HvA
komt. Men krijgt een systeem dat minstens in de feiten het HvA zich enkel zal bezighouden met
moordzaken en al de rest gaat naar de CRB.



2

, BV SPR – De correctionele terechtzitting
Een laatste evolutie is ook dat het strafrecht niet stilstaat, naast het SW is het domein van bijzondere SW
erbij is gekomen. De kleine stadscriminaliteit is er dus nog altijd maar er is van alles bijgekomen, zoals
bijzondere strafwetten, maar ook gecorrectionaliseerde misdaden, zware misdrijven, etc. De CRB heeft
dus een enorme bevoegdheid van zeer eenvoudige zaken tot zeer complexe dossiers vanuit de bijzondere
strafwetgeving.
De vraag stelt zich dan of die eenvoudige procedure wel nog geschikt is. Men wou in de vorige regering
het HvA afschaffen of niet meer laten werken. Maar men heeft dan gesteld dat de correctionele procedure
niet dezelfde waarborgen stelt dan in een HvA en die hele procedure kon dat eigenlijk niet dragen. De
vraag stelt zich dan ook bij de zwaardere wanbedrijven of die procedure niet moet gewijzigd worden. Er
zijn dan wel wijzigingen gekomen maar vooral in het vooronderzoek en niet zo zeer in de terechtzitting.
We zullen dan ook wel zien dat de correctionele procedure toch soms wat wringt.

1.1.2. Materiële bevoegdheid
Nog voor men een zaak kan behandelen, moet de rechtbank nagaan of men bevoegd is. Als men niet
bevoegd is, kan men niet oordelen. Zelfs niet indien het om het vaststellen van de niet-ontvankelijkheid,
men zal moeten verwijzen naar de bevoegde rechtbank. Om te bepalen wat in aanmerking komt, moet er
een onderscheid worden gemaakt tussen materiële, persoonlijke en territoriale bevoegdheid.
De correctionele rechtbank oordeelt, als gerecht in eerste aanleg, over wanbedrijven (Art. 179 Sv.) Met
uitzondering van de wanbedrijven die volgens artikel 138 zijn toebedeeld aan de PRB.
- Ondanks sommige wanbedrijven tot de bevoegdheid van de PRB horen zullen ze vaak
administratief of niet afgehandeld worden omdat de PRB hier geen tijd voor heeft.
- Sociale misdrijven krijgen een specifieke kamer toegewezen met speciale samenstelling (Art. 76,
§2 Ger.W.)
- Min of meer hetzelfde systeem met betrekking tot de jeugdzaken. (Art. 78, 8e lid Ger.W.) De
uithandengeving moet ook via een speciale kamer komen met specifieke samenstelling. Wanneer
er mededaders zijn, is er dus een verplichte splitsing.
De CRB is ook bevoegd voor zittingsmisdrijven, misdrijven gepleegd ter terechtzitting door partijen,
rechter of derden (Art. 181 Sv.). Dit geldt voor overtredingen en wanbedrijven.
- In principe is de CRB onbevoegd voor overtredingen:
» Tenzij een zittingsovertreding,
➢ De zittingsmisdrijven gepleegd bij het HvA, komen dan bij het HvA. Er is dan nog
een specifieke procedure.
» Tenzij de overtreding vervolgd wordt als samenhangend of onsplitsbaar met een
wanbedrijf, en op voorwaarde dat de rechtbank deze samenhang/onsplitsbaarheid
erkent.
» Er is nog een heel specifiek geval, een misdrijf onder de kwalificatie van een wanbedrijf is
de CRB bevoegd, maar in de loop van het geding zal men herkwalificeren naar overtreding
dan blijft de CRB bevoegd. Normaal zou men doorsturen naar de juiste rechtbank. De
hogere rechtbank behoudt de bevoegdheid hier. (Art. 192 Sv.)
» Overtredingen uit de Drugswet (Art. 2ter, laatste lid Drugswet en 137, 2e lid Sv.)
- Voor misdaden en pers- en politieke misdrijven is de CRB in principe ook onbevoegd, tenzij:
» De misdaad gecorrectionaliseerd werd of wordt;
» Het pers- of politieke misdrijf ingegeven is door racisme of xenofobie (art. 150 GW).

3

, BV SPR – De correctionele terechtzitting
De bevoegdheidsregels in strafzaken behoren tot de openbare orde. Dat geldt voor de materie maar ook
de territoriale en persoonlijke bevoegdheid. De rechtbank moet dit steeds ambsthalve nagaan en
opwerpen. Het ‘geen bewaar’ hebben, is dus volstrekt onbelangrijk. De appelrechter zal ook de
bevoegdheid controleren van de eerste rechter.
- Dit moet genuanceerd worden! Er zijn verschillende regels in kaart gebracht om de CRB toch
bevoegd te verklaren (zie later meer).
Een bevoegdheidsgeschil is een tussengeschil. De rechtbank kan echter de oplossing van dit incident
voegen bij de hoofdzaak en op die manier de debatten in zijn geheel houden en de uitspraak uit te stellen.
De rechtbank kan zich slechts over de bevoegdheid uitspreken wanneer de zaak regelmatig aanhangig is
gemaakt. Betreft het de bevoegdheid ratione materiae, dan gebeurt het onderzoek enkel op basis van de
omschrijving in de gedinginleidende akte; betreft het de bevoegdheid om andere redenen, dan
onderzoekt de rechtbank alle stukken. De bevoegdheid ratione materiae wordt nog een tweede maal
onderzocht op het ogenblik van het onderzoek van de grond van de zaak, waarbij de rechtbank de
juistheid van de kwalificatie nagaat.
- Indien er conflict is bij de gedinginleidende akte, bijvoorbeeld een niet-correctionaliseerbare
misdaad, dan heeft het geen zin om verder te gaan. Er zijn gevallen waar geen reparatie mogelijk
is en doet men best onmiddellijk uitspraak hierover.
- De rechtbank moet correct geadiëerd worden. Indien dat niet het geval is, moet men opnieuw
aanhangig maken.
» LET OP! Niet door elkaar halen! Aanhangig maken is de vorm om iets aan de rechtbank te
brengen waar bevoegdheid vertelt of de rechtbank hierover mag oordelen. Rechtsmacht,
houdt de mogelijkheid in om over iets uitspraak te doen. In strafzaken gebruikt men het
vooral bij een probleem van internationale zaken, misdrijven die niet tot de rechtsmacht
behoren van BE rechter.
» Immuniteit is een ontvankelijkheidsprobleem. Men is bevoegd maar zal moeten
vaststellen dat de persoon beschikt over immuniteit en zolang kan men de zaak niet
behandelen.
De materiële bevoegdheid is onderworpen aan dubbele controle.
- Een eerste fase is wanneer men gaat kijken op basis van de gedinginleidende stukken
(dagvaarding of verwijzing OR/KI), in dat geval moet men kijken naar de omschrijving die er staat.
Als daar blijkt dat men een overtreding heeft die mogelijk door de CRB kan behandeld worden of
een niet-correctionaliseerbare misdaad, dan moet men zich de plano onbevoegd verklaren.
- De tweede fase kijkt naar de gronden. Als er verzachtende of verzwarende omstandigheden zijn
die ervoor zorgen dat men in de bevoegdheid van de CRB komt. Indien dat toch niet lukt, dan
moet men zich opnieuw onbevoegd verklaren. Indien een wanbedrijf wordt verzacht en een
overtreding wordt, blijft de CRB bevoegd (uitzondering).
De bevoegdheid (een wanbedrijf) wordt bepaald aan de hand van de aard van een misdrijf, wat bepaald
wordt door de toepasselijke straf die door de wet is bepaald. Doch enkel de definitief door de rechter
opgelegde straf zal de aard van het misdrijf bepalen. De aard van het strafgerecht dat de straf bepaalt, is
daarentegen van geen belang.
- De poging en de deelneming hebben een invloed op de aard van het misdrijf en worden in die
volgorde toegepast na de verzwarende omstandigheden.


4

, BV SPR – De correctionele terechtzitting
- De aard van het misdrijf kan nog veranderd worden door verzachtende omstandigheden en
strafverminderende verschoningsgronden.
- De algemene herhaling en de samenloop hebben geen invloed op de aard van de straf.
- Bijvoorbeeld: het is niet omdat de correctionele rechtbank de straf oplegt, dat de met een
politiestraf bestraft misdrijf daarom een wanbedrijf wordt.
De wet van 1867 heeft de mogelijkheid van correctionalisering toegelaten. De wet gaat bepalen wie en
wat valt onder de correctionalisering. Wie kan correctionaliseren?
- In het begin kon enkel de onderzoeksgerechten (RK en KI) kon correctionaliseren (Art. 2, derde lid
wet 4 oktober 1867).
- Daarna ook mogelijkheid voor OM (1994)
» LET OP! De verzachtende omstandigheden die zijn aangenomen door
onderzoeksgerechten zijn verplicht terwijl die van het OM facultatief zijn en dus kan
verwerpen. (Art. 3, lid 1 en 2 wet 4 oktober 1867)
- Heden kan nu ook de CRB zelf correctionaliseren. Zo kunnen vergetelheden of fouten toch nog
rechtgezet worden. (Blijft een mogelijkheid)
» De CRB kan na aanname van verzachtende omstandigheden vervolgens een
verschoningsgrond aannemen of vice versa.
» Vroeger moesten de tegensprekelijkheden (bijvoorbeeld KI: wanbedrijf en CRB: misdaad)
aanhangig gemaakt worden bij het HvC via procedure van regeling rechtsgebied. Men
vernietigde dan een van de beslissingen.
De aanhangigmaking is hier dus van belang. Ofwel via een rechtstreekse dagvaarding van het OM met
facultatieve verzachtende omstandigheden, ofwel een verwijzingsbeslissing van de RK/KI met verplicht
aangenomen omstandigheden.
- Indien beide niet gebeurd zijn en de CRB zich de plano onbevoegd moet verklaren, kan men nu
ambtshalve verzachtende omstandigheden aannemen.
» Enkel indien er fout is in verwijzingsbeslissing/dagvaarding.
- LET OP! Wanneer het slachtoffer de benadeelde/zaak via een rechtstreekse dagvaarding voor het
gerecht aanhangig maakt, dan geldt dit niet!
Wat kan er allemaal gecorrectionaliseerd worden?
- Een correctionaliseerbare misdaad. Men moet rekening houden met een dubbel criterium:
1) Feiten die bestraft kunnen worden met meer dan 20 jaar;
2) Rekening houden met bepaalde uitzonderingen. Komt erop neer dat moord niet
correctionaliseerbaar is.
➢ Na wat discussie werd dus ook beslist dat poging tot moord correctionaliseerbaar
is, begrensd door artikel 25 Sw. en minimumstraf artikel 80 Sw.
- Men kan tot 40 jaar uitspreken.
Vele problemen zijn bijgevolg opgelost door de correctionalisatie. Als er fouten zijn gebeurd, kan men dit
gaan oplossen. Maar wat als dit toch niet lukt?
1) Er is een oudere procedure inzake een specifiek geval (Art. 193 Sv.) Via rechtstreekse dagvaarding
(OM) wordt een wanbedrijf aanhangig gemaakt dat geherkwalificeerd wordt naar een misdaad
die niet correctionaliseerbaar is, dan zal de CRB verwijzen naar de OR en die zal het aanbrengen
naar de onderzoeksgerechten die verzachtende omstandigheden zal aannemen.

5

, BV SPR – De correctionele terechtzitting
2) Indien het niet correctionaliseerbaar is en geen verzachtende omstandigheden wil aannemen,
dan moet men een andere procedure toepassen. Er moet dan een regeling van rechtsgebied (Art.
525 Sv.) Het HvC zal dan de tegenstrijdige kwalificatie vernietigen (negatief bevoegdheidsconflict).
Men kan er ook nog steeds voor kiezen om toch artikel 193 Sv. toe te passen.
Dit kan voorkomen bij een BP die zich vergist ofwel bij niet-correctionaliseerbare misdaden.
Bijkomend is er nog een problematiek inzake het slachtoffer. Slachtoffers hebben geen mogelijkheid tot
aanhangigmaking van misdaden. Dit is geen discriminatie volgens het Arbitragehof vermits het OM heeft
een burgerlijk belang heeft waarbij de BP enkel een privaat belang heeft. Daarnaast kan de BP de
strafvordering op gang brengen bij de onderzoeksrechter.
- Bijvoorbeeld: Een gewone fraudezaak gaat in de praktijk vaak samen met valsheid in geschriften,
welke een misdaad is. Het slachtoffer kan de fraude aanhangig maken zonder de valsheid in
geschriften. Er zal dus een deel van het dossier ontbreken.


BELANGRIJK! Het gaat hier dus om bevoegdheid. De vonnisgerechten kunnen oordelen over de
bevoegdheid. Zelfs al heeft de raadkamer een ander oordeel, ze kunnen herkwalificeren (ondanks
verzachtende omstandigheden daar verplicht zijn). De vonnisrechter heeft ruime mogelijkheden. Waar ze
daarentegen geen rechtsmacht op hebben, is de controle op de regelmatigheid van de procedure van het
vooronderzoek bij de RK of KI.
- Als hier iets misloopt in de voorprocedure kan de CRB dit NIET opwerpen! Hiervoor bestaat een
apart rechtsmiddel, cassatieberoep tegen de verwijzingsbeslissing van de KI/RK. (Art. 135 en 416
Sv.)
- Bijvoorbeeld: er is iets misgelopen bij de oproeping of bij een controle en men heeft dat
genegeerd. CRB kan dit niet opwerpen, men moet cassatieberoep instellen.


1.2. PERSOONLIJKE BEVOEGDHEID
In principe geldt er algemene bevoegdheid in vredestijd.
- Indien de regering een staat van oorlog afkondigt, worden er militaire rechtbanken opgericht.
» Militairen zullen dan in oorlogstijd worden berecht voor de militaire rechtbanken.
- Wanneer er in vredestijd militaire operatie, vredemissies, etc. plaatsvinden, moet men
beschouwd worden als normale burgers.
» Ook wat er in de kazernes behoord tot zover het onder de CRB hun materiële
bevoegdheid valt.
Echter, zelfs in vredestijd is de CRB onbevoegd voor:
- Ministers en staatssecretarissen (ook bij de gewesten): Voor misdrijven gepleegd in de
uitoefening van het ambt of misdrijven buiten uitoefening van het ambt maar berecht tijdens de
ambtstermijn (art. 103-104, 125-126 GW en wet van 25 juni 1998 tot regeling van de
strafrechtelijke verantwoordelijkheid van ministers)
- Personen die voorrang van rechtsmacht genieten: Hier maakt het niet uit of ze hoedanigheid op
ogenblik van het misdrijf bezaten dan wel op het ogenblik van de vervolging. Het kan zijn dat
persoon in de loop van de procedure benoemd wordt, in zo’n geval zal deze persoon genieten van


6

, BV SPR – De correctionele terechtzitting
voorrecht van rechtsmacht (Art. 479 Sv). Vandaag is dat beperkt tot magistraten (in meest ruime
zin van het woord).
- Minderjarige: Dat valt onder het jeugdsanctierecht, waarbij jeugdrechtbank bevoegd is en dus
niet de CRB. Er is mogelijkheid van uithandengeving waarbij dan pas de CRB bevoegd zal zijn.
» Let op! De staat van minderjarigheid zorgt ervoor dat men kan ontsnappen aan de CRB.
De staat van minderjarigheid moet daarom worden bewezen door het OM, dat kan
geleverd worden met alle middelen van het recht.
➢ Dat is van belang omdat in bepaalde landen geen registers bestaan of niet goed
worden bijgehouden.
➢ Hetzij wordt het document gewoon vervalst door de persoon zelf.
➢ Indien er echt niets te vinden is, dan kan men nog steeds via
botonderzoek/koolstofmethode gaan kijken hoe oud iemand is. Kostelijke en
tijdrovende zaken maar soms moet het wel.

1.3. TERRITORIALE BEVOEGDHEID
Men heeft bepaald dat bepaalde rechtsregels vanuit andere procedures ook toegepast kunnen worden
op de correctionele procedure. Dat is het geval bij de territoriale bevoegdheid en dus zal artikel 23 Sv hier
ook van toepassing zijn. Er is een drievoudig bevoegdheidscriterium zonder hiërarchie:
1) Plaats waar persoon woont;
» Plaats waar persoon is ingeschreven in de registers, eventueel vreemdelingenregister.
Men is soepel dus mag ook de verblijfplaats zijn. Indien een persoon gedetineerd is, dan
is de tijdelijke verblijfplaats de gevangenis, dat is ook mogelijk.
2) Plaats waar het misdrijf werd gepleegd;
» Dat impliceert het lokaliseren, moet binnen BE zijn. Dat hangt af van de aard van het
misdrijf en de bestanddelen. Zo moet je bepalen waar een misdrijf kan gelokaliseerd
worden. Rekening houden met voltooiing.
3) Plaats waar verdachte wordt aangetroffen
» Plaats waar verdachte werd aangehouden
» Echter, dit geldt niet wanneer je wordt gevraagd naar het politiekantoor en men je daar
zal arresteren.

Het drievoudige bevoegdheidscriterium kan ervoor zorgen dat meerdere rechtbanken bevoegd kunnen
zijn voor eenzelfde zaak. Hoe lost men dit of?
- Ofwel heeft men het niet opgemerkt en verklaren beide zich bevoegd in een tussenvonnis: Er
volgen dan tegenstrijdige uitspraken dat een positief bevoegdheidsconflict uitmaakt. Het HvC zal
hierover uitspraak moeten dien via een regeling van rechtsgebied procedure (Art. 526 Sv).
- Ofwel heeft men het opgemerkt: Parketten kunnen dit al voorkomen en beslissen om niet te
vervolgen. Stel dat de zaak toch aanhangig wordt gemaakt bij 2 CRB, dan volstaat het dat één van
de twee uitspraak doet en de andere de strafvordering niet-ontvankelijk verklaard wegens
schending van het non bis in idem-beginsel
» Dus niet onbevoegd verklaren want dat zijn ze in se wel!

7

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur RechtenStudente96. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €13,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

72841 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€13,49  14x  vendu
  • (1)
  Ajouter