Hi,
dit is een samenvatting van de stof die we moeten kennen voor de midterm van het vak 'bewustzijnsfilosofie'. Ik heb het boek gelezen en de hoorcolleges gekeken, dus alle info staat erin! In de hoorcolleges liet hij op het begin van het college de belangrijkste begrippen zien, dus daar heb ...
Thank you harstikke for your review and good luck with the midterm!
Vendeur
S'abonner
emmavandeven1
Avis reçus
Aperçu du contenu
Bewustzijnsfilosofie
Tilburg University
Gemaakt door: Emma van de Ven
Inhoud
Hoofdstuk 1: Wat is zelfbewustzijn?................................................................................................... 2
Hoofdstuk 2: Kan de geest gescheiden van het brein functioneren?..................................................5
Hoofdstuk 3 Is er alleen een geest (idealisme)?.................................................................................7
Hoofdstuk 4: Is er alleen gedrag (behaviorisme)?..............................................................................8
Hoofdstuk 5: Is de bewuste geest een deel van het brein?...............................................................10
Hoofdstuk 6: Kunnen machines een bewuste geest hebben?..........................................................14
6.1 Functionalisme en cognitivisme..............................................................................................15
6.2 Connectionisme.......................................................................................................................17
Hoofdstuk 7: Is Google Maps een deel van het brein?.....................................................................19
Over deze samenvatting:
Namen van belangrijke personen zijn oranje.
Belangrijke begrippen zijn dikgedrukt.
,Hoofdstuk 1: Wat is zelfbewustzijn?
In dit hoofdstuk zullen we een kleine uitleg geven over filosofie, de karakteristieken van de
geest (mind) en zullen we drie types van mentale toestanden (mental states) onderscheiden.
Wat is filosofie?
Filosofie is… (de meningen zijn verdeeld)
Conceptueel onderzoek: filosofen doen onderzoek naar de betekenis van
concepten. Filosofen maken dan onderscheid tussen het manifeste wereldbeeld (het
normale wereldbeeld) en het empirische (wetenschappelijk) wereldbeeld. De filosofie
houdt zich dan bezig met de vraag: wat bedoel je met de term ‘cultuur’ of ‘leven’ of
‘intelligentie’ of ‘psyche’ enz.
Conceptuele verheldering: net als bij conceptuele analyse vraag je naar wat iemand
met zijn concepten bedoelt, maar je gaat nog iets verder: je gaat ook kijken naar de
wetenschap om concepten bij te stellen (wellicht levert de wetenschap kennis op die
je niet krijgt door alleen conceptueel analyse)
Grondslagenonderzoek/geldigheidswetenschap: in de wetenschap maak je vaak
gebruik van fundamentele concepten, bijvoorbeeld causaliteit, maar meestal sta je
niet stil bij die concepten. Zijn die concepten wel geldig?
Perspectiefwisseling: op de middelbare school wordt het vak filosofie onder andere
gepresenteerd als een training om te leren anders naar dingen te kijken zodat je
meer begrip krijgt voor de standpunten van ander. Dit maakt het ook makkelijk om te
debatteren.
Zoektocht naar de waarheid: als filosoof ga je op zoek naar de waarheid. In het
oude Griekenland ging het niet persé om de waarheid, maar meer over
overtuigingskracht. Als je iets heel overtuigend kon vertellen, had je vaak veel
invloed, ook als het niet waar was wat je zei. Socrates verzette zich daartegen, het
moest gaan over de zuivere waarheid.
Alles hierboven
Waarom filosofie voor psychologen?
Filosofie komt neer op een vorm van kritisch denken. Als academicus leer je in cursussen
filosofie kritisch te staan tegenover je eigen vakgebied, in ons geval psychologie.
Probleem
Mensen hebben dualistische intuïties, dat wil zeggen dat ze de intuïtie hebben dat lichaam
en geest twee totaal verschillende dingen zijn, die onafhankelijk van elkaar kunnen bestaan
en functioneren. Maar als je in je geest wat voelt, gebeurt er ook wat in je brein en vaak ook
andersom. Dus the problem of consciousness is nog niet zo makkelijk.
Dit was een korte introductie. Nu beginnen we met Hoofdstuk 1 uit het boek.
Een initiële indeling van het bewustzijn
Bewuste ervaringen. Sommige mensen hebben een favoriete koffie, bijvoorbeeld
die ene die je thuis maakt op een speciale manier, hij is nergens anders zo lekker.
Zelfs de koffie die je in een lekker café drinkt niet: er is een kwalitatief verschil. In de
filosofie noem je deze kwalitatieve aspecten qualia (enkelvoud: quale) of the what-it-
is-likeness (zo noemde Nagel het). De what-it-is-likeness wordt gebruikt om de
eerste mentale staat te beschrijven: de bewuste ervaring (phenomenal
experiences). Het gaat erom hoe iets voelt, hoe iets eruit ziet voor ons, hoe wij iets
ervaren.
Cognitieve toestand. Cognitieve toestanden gaan over iets, ze hebben inhoud:
intentionaliteit (aboutness). Als je een bepaalde mening hebt, dan heb je een
mening over (!) iemand of iets, bijvoorbeeld de jas van je vriendin. Het worden ook
wel propositionele attitudes (PA’s) genoemd, waarbij je een houding aanneemt
, t.o.v. een propositie. Een propositie is de betekenis van een zin. PA’s zijn discrete
entiteiten, waarmee wordt bedoeld dat PA’s los van elkaar kunnen veranderen.
Voorbeeld: Jan had de propositie: ik geloof dat het regent. Wanneer hij naar
buiten gaat en ziet dat het niet regent, verandert zijn propositie ‘ik weet dat het
niet regent’. Echter, hierdoor verandert zijn propositie: ik weet dat Parijs de
hoofdstad van Frankrijk is’ niet.
Als je je ogen dichtknijpt, zie je waarschijnlijk heel veel gekleurde sterretjes.
Toch weet je dat dit niks te maken heeft met echte sterren. In andere
woorden: je ervaart ‘what-it-is-likeness’, maar niet aboutness. Andersom kan
ook: robots in de toekomst kunnen een cognitieve toestand hebben, maar
hebben hier geen ervaring bij.
Emotie. Emotionele toestanden zijn vaak een combinatie van de what-it-is-likeness
en aboutness. Ze hebben vaak een (1) kwalitatief karakter, want je ervaart iets, maar
ze hebben ook (2) intentionaliteit, want je emoties gaan ergens over.
Als je iemand haat is er sprake van intentionaliteit en een kwalitatieve ervaring. Je
kwalitatieve ervaring is de haat die je voelt voor die persoon. De intentionaliteit is een
bepaalde houding die je hebt tegenover een persoon. Dit gevoel gaat over een persoon.
De bewuste en onbewuste geest
De relatie tussen de bewuste en de onbewuste staat is dat de onbewuste (bewusteloos
eigenlijk) geest, bewust kan worden in de juiste omstandigheden. Een voorbeeld is een
persoonlijke herinnering. Denk maar eens aan de eerste vakantie zonder je ouders. Voordat
je de vorige zin las, dacht je niet aan deze vakantie, je was je er niet bewust van, maar toen
je werd gevraagd eraan te denken, kwam deze gedachte in je bewustzijn.
Geest-lichaam problemen
Het geest-lichaam probleem gaat over de vraag: hoe werkt de bewuste geest in de fysieke
wereld? Of: hoe kunnen wij dingen denken/voelen in een wereld die uitsluitend bestaat uit
materie? Omdat er drie mentale toestanden zijn, hebben we ook drie problemen:
1. Hoe verhouden ervaringen zich tot de fysische wereld?
2. Hoe verhouden cognitieve toestanden zich tot de fysische wereld?
3. Hoe verhouden emoties zich tot de fysische wereld?
Deze drie problemen kunnen gereduceerd worden naar alleen vraag 1 en 2, want als we die
antwoorden weten, kunnen we ook drie beantwoorden. Als je weet hoe ervaringen in de
wereld passen en hoe cognitieve toestanden in de wereld passen, weet je dat ook voor
emotie.
Bewustzijn en cognitie
De term cognitie wordt gebruikt om te refereren naar de mentale toestanden die ergens
over gaan, de aboutness. Deze zijn niet altijd in de bewuste geest. De term bewustzijn
wordt vaak gebruikt om te refereren naar de bewuste toestanden (phenomenal states), maar
cognitieve toestanden kunnen natuurlijk ook in het bewustzijn komen. Let op deze
verwarring.
Verschillende antwoorden
Er zijn meerdere stromingen die zich bezighouden met het geest-lichaam probleem:
Substantie-dualisme: de geest bestaat onafhankelijk van het lichaam en andersom.
Idealisme: de fysische wereld is afhankelijk van de geestelijke wereld.
Behaviorisme: de geest is eigenlijk gedrag.
Reductionisme: mentale toestanden zijn hersentoestanden.
Eliminativisme: de geest bestaat niet.
Functionalisme: mentale toestanden worden gerealiseerd door hersentoestanden.
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur emmavandeven1. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €4,48. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.