Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting Dieetleer H21, 29, 32, 33, 34, 35 €8,49   Ajouter au panier

Resume

Samenvatting Dieetleer H21, 29, 32, 33, 34, 35

 0 vue  0 fois vendu
  • Cours
  • Établissement
  • Book

Samenvatting Dieetleer C-cluster 'Voeding bij Ziekte en Gezondheid' - H21 Ondervoeding - H29 Voedselovergevoeligheid - H32 Voedingsstof verrijkte diëten - H33 Voedingsstof beperkte diëten - H34 Eliminatiediëten - H35 Voeding met veranderde consistentie

Aperçu 4 sur 36  pages

  • Non
  • H21, 29, 32, 33, 34, 35
  • 31 janvier 2022
  • 36
  • 2018/2019
  • Resume
avatar-seller
Dieetleer
Hoofdstuk 21: Ondervoeding......................................................................................................................... 1
21.1 Chronische en acute ondervoeding: oorzaken en gevolgen.........................................................................1
21.2 Vroegtijdige opsporing van (kans op) ondervoeding...................................................................................6
21.3 Bepalen van de voedingstoestand...............................................................................................................7
21.4 Preventie en behandeling van ondervoeding...............................................................................................9
21.5 Palliatieve voeding.....................................................................................................................................10

Hoofdstuk 29: Voedselovergevoeligheid....................................................................................................... 10
29.1 Vormen van voedselovergevoeligheid.......................................................................................................10
29.1.1 Voedselallergie...................................................................................................................................11
29.1.2 Niet allergische voedselovergevoeligheid (voedselintolerantie).......................................................15
29.1.3 Voedselaversie....................................................................................................................................16
29.2 Diagnose en behandeling van voedselovergevoeligheid...........................................................................16
29.3 Prognose en preventie van voedselovergevoeligheid................................................................................18

Hoofdstuk 32: Voedingsstof verrijkte diëten.................................................................................................18
32.1 Energie-eiwit verrijkt dieet.........................................................................................................................18
32.2 Voedingsvezelverrijkt dieet........................................................................................................................20

Hoofdstuk 33: Voedingsstofbeperkte diëten................................................................................................. 21
33.1 Energiebeperkt dieet..................................................................................................................................21
33.2 Vetbeperkt dieet.........................................................................................................................................23
33.3 Lactosebeperkt en lactosevrij dieet............................................................................................................24
33.4 Natriumbeperkt dieet.................................................................................................................................24
33.5 Eiwitbeperkt dieet......................................................................................................................................26
33.6 Vochtbeperkt dieet.....................................................................................................................................27
33.7 Kaliumbeperkt dieet...................................................................................................................................27

Hoofdstuk 34: Eliminatiediëten.................................................................................................................... 28
34.1 Koemelkeiwitvrij dieet................................................................................................................................28
34.2 Glutenvrij dieet...........................................................................................................................................29

Hoofdstuk 35: Voeding met veranderde consistentie....................................................................................30
35.1 Aanpassing van de consistentie en/of toedieningsweg.............................................................................30
35.3 Enterale voeding........................................................................................................................................34
35.4 Parenterale voeding...................................................................................................................................35




Hoofdstuk 21: Ondervoeding
21.1 Chronische en acute ondervoeding: oorzaken en gevolgen

1

,Ondervoeding (slechte voedingstoestand of depletie) is een acute OF chronische toestand waarbij
een tekort of disbalans van energie, eiwit en andere voedingsstoffen leidt tot meetbare, nadelige
effecten op lichaamssamenstelling, functioneren en klinische resultaten
 Bij tekorten aan eiwitten ontstaat het beeld van kwashiorkor
 Bij een tekort aan energie en eiwit ontstaat marasmus
 Bij een tekort aan vitamines en mineralen ontstaan bepaalde klassieke deficiëntieziekten zoals
pellagra (niacine) en beriberi (vitamine B1). Deze vormen van ondervoeding komen vooral voor in
arme langen, waar een deel van de bevolking lijdt aan voedseltekort.

 Lage BMI: <18,5 (<65 jaar)
<20 (>65 jaar)

Onbedoeld gewichtsverlies:
>10% onbedoeld gewichtsverlies in de laatste 6 maanden
>5% van totale gewicht in de laatste maandag
 Bij mensen met kanker wordt vaak >5% in de laatste 6 maanden aangehouden

Ondervoeding:
1. Verminderde inname  anorexia, tekorten
2. Verhoogde behoefte  koorts, wonden, stress
3. Abnormale verliezen  diarree, wondvocht

TENTAMEN
Ondervoeding kan verdeeld worden in chronische ondervoeding en acute ondervoeding.
 Chronische ondervoeding: Bijvoorbeeld hongerstaking (anorexia)  de hongerstaker is niet
ziek maar weigert te eten. Hij gebruikt wel voldoende vocht. Het kan wel 2 tot 3 maanden
duren voordat de hongerstaker overlijdt door ondervoeding. Het lichaam gaat heel zuinig om
met de reservevoorraden: vooral eiwitten worden gespaard.

Mechanismen:
1. Overschakelen op vetverbranding: vormen van ketonen
2. Hersencellen gaan over op verbranding van ketonen; de hersencellen zijn normaal
gesproken niet in staat energie vrij te maken uit vetten. Bij chronische ondervoeding blijkt
een groot deel van de hersencellen na enige weken in staat energie vrij te maken uit
ketonen. De totale hoeveelheid energie die nodig is, neemt af.
3. Verlagen van basaalmetabolisme; bij voedseltekort daalt het basaalmetabolisme. Dit komt
o.a. door de afname van de spiermassa en doordat het warmteverlies via de huid beperkt
wordt door vasomassa. Verder is er minder energie nodig omdat er geen voedsel verteerd
hoeft te worden en omdat de ondervoede persoon meestal weinig aan lichaamsbeweging
doet t.g.v. spierzwakte.
4. Beperkte gluconeogenese: beperkte en selectieve eiwitafbraak; door de hierboven
genoemde mechanismen is de gluconeogenese beperkt. Bovendien worden de 1 e tijd met
name spiereiwitten afgebroken en worden de eiwitten voor het immuunsysteem en de
bloedeiwitten pas in een laat stadium afgebroken  afweer en de colloïd osmotische druk
wordt lange tijd gehandhaafd. Extreme vermagering en spierzwakte t.g.v. energetische
ondervoeding. Leidt tot extreme vermoeidheid en apathie.


 Acute ondervoeding ontstaat bij ernstige ziekte patiënten door fysieke stress: na een zwaar
trauma of grote operatie, bij ernstige infectie en sepsis. Ontstaat dus niet primair door
ondervoeding  Alles in het lichaam is gericht op het bestrijden van de infectie, het
herstellen van de weefsels dat kapot of verloren is gegaan
2

, 1. Het basaalmetabolisme is verhoogd, het lichaam heeft meer energie nodig
2. De reservevoorraden worden aangesproken
3. Vet en ook eiwitten worden afgebroken
4. Een verhoogde afbraak van eiwitten om in de behoefte aan aminozuren voor het
immuunsysteem en voor wondgenezing te voorzien

Ondervoeding in de praktijk:
Bij chronische ondervoeding wordt het beeld vooral bepaald door energetische ondervoeding
Bij acute ondervoeding in korte tijd ernstige eiwitondervoeding ontstaat: uitersten.
Aan de ene kant ondervoeding ontstaan door te weinig voedselopname met energie- en eiwit
sparende mechanismen, en aan de andere kant kan ondervoeding ontstaan door ziekte met
versterkte eiwitafbraak door katabole stress. Behalve energetische en eiwitondervoeding kunnen er
tekorten aan vitamines en mineralen ontstaan die samenhangen met ziekte of medicijnen.

Oorzaken ondervoeding: TENTAMEN
Medische oorzaken: Fysieke oorzaken:
 Ziekte (aids, kanker, anorexia, ziekte van Crohn) – Verminderde mobiliteit
 Verminderde smaak, geur, eetlust – Vermoeidheid
 Gebitsklachten – Verstandelijke handicap
 Slikproblemen
 Ontregeling honger- en verzadigingsgevoel Psychische oorzaken:
 Verstoorde vertering en absorptie – Angst
 Pijn – Depressie
 Dementie – Verminderde cognitie
 Bijwerkingen medicatie
 Alcoholisme Sociale factoren:
 Brandwonden – Eenzaamheid
 Ouderdom – Verdriet
– Armoede
Therapieën waarbij er risico is op ondervoeding als gevolg:
 Grote operaties
 Radiotherapie
 Medicatie
 Nierdialyse
 Beademing

Er zijn verschillende oorzaken van ondervoeding die vaak gecombineerd voorkomen.
- Te geringe voedselopname; door slechte eetlust, lusteloosheid, depressiviteit, malaise,
angst, ziekte, handicaps, chronische longaandoeningen, veelvuldig braken, kauw- en
slikproblemen.
- Verterings- en resorptiestoornissen; waardoor het voedsel deels met de feces verloren gaat.
- Verlies aan voedingsstoffen; door uitgebreide verwondingen en brandwonden, decubitus,
grote chirurgische ingrepen, glucosurie, nierdialyse, medicijnen.
- Sterk verhoogde behoefte aan energie en voedingsstoffen; door infecties, kanker, aids,
hyperthyroïdie en postoperatief, door verhoogde lichamelijke activiteiten en sterk verhoogde
stofwisseling door roken, koffie en nervositeit.
Kwetsbare groepen zijn: ernstig zieke mensen, chronisch zieken, ouderen en mensen met een
verslavingsprobleem.

Ziekten en situaties waarbij risico voor ondervoeding bestaat
- Aids - Alcoholisme - Anorexia nervosa

3

, - Benauwdheid - Kanker - Parkinson, ziekte van
- Brandwonden - Leverinsufficiëntie - Radiotherapie
- COPD/ cara - Nierinsufficiëntie - Reumatische
- Chemotherapie - Niet zelf kunnen eten aandoeningen
- Colitis Ulcerosa en/ of drinken - Slikproblemen
- Ziekte van Crohn - Operatie - Ulcus crusis
- Cystic fibrosis (postoperatief)
- Dementie - Ouderdom (ouder dan
- Depressie 80 jaar)
- Infectieziekten - Pancreatitis

Gevolgen van ondervoeding: TENTAMEN
- Uitgeput en apathisch
- Trager herstel
- Ongemakken; (schimmel)infecties
- Complicaties; ernstige infecties, bijv. longontsteking, en decubitus
- Mentale achteruitgang
- Beperkt therapeutische mogelijkheden
- Groter operatierisico en minder bestandtegen agressieve therapieën
- Behandeling met medicatie is beperkter; groter risico op geneesmiddelenintoxicatie
- Verminderde maag-darmwerking

Bij kinderen is het nog erger, omdat een kind in de groei is heeft een kind relatief meer voeding nodig
 de conditie gaat sneller achteruit en de gevolgen treden sneller op. Het leidt in de pubertijd tot
blijvende groeiachterstand. Ook op volwassen leeftijd zal een langere periode van ondervoeding in
de kindertijd gevolgen hebben:
 Lager IQ
 Osteoporose
 Verminderde hersenontwikkeling
 Hogere kans op chronische ziekten.

Vormen van ondervoeding: TENTAMEN
1. Sarcopenie:
 Afname van spierkracht en spiermassa
 Mobiliteitsstoornissen
 Primaire sarcopenie: veroudering
 Secundaire sarcopenie: verminderde
activiteit, voeding- en ziekte gerelateerd
 bijv. dun armpje na het verwijderen van gips

Oorzaak:
 Verminderde productie van o.a. testosteron en
groeihormoon a.g.v. leeftijd
 Lichamelijke inactiviteit
 Lage eiwitinname ne vitamine D (staat in relatie met eiwitsynthese (afbraak))

Gevolg:
 Verminderd fysiek functioneren
 Valrisico wordt hogen
 Algemene dagelijkse lichamelijke verrichtingen (ADL) wordt minder
 Minder snel herstel bij ziekte



4

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur veerlevdbruggen. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €8,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

79202 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€8,49
  • (0)
  Ajouter