Hele grote, lastige Testvision oefentoets!
Op basis van de toetsmatrijs Blok A Huidtherapie is deze oefentoets met maar liefst 110 vragen gemaakt.
Meerkeuze antwoorden, koppelvragen, juist/ontjuist.
Antwoorden helemaal achterin het document, niet alleen met "A", maar uitgebreid om goed ter...
Deze toetsmatrijs is leidraad geweest voor het maken van de oefentoetsvragen.
Het aantal vragen in de rechterkolom is aanwezig in de toets, of meer.
De toets heeft 110 (meerkeuze/koppel/juist-onjuist) vragen.
De antwoorden staan achterin het document.
LG
, Oefentoets %ORN$+XLGWKHUDSLH
1. Welke stelling is juist:
I Bij passief transport komt geen energie vrij
II Bij actief transport komt geen energie vrij
III Bij passief transport wordt geen energie gebruikt
IV Bij actief transport wordt geen energie gebruikt
2. Wat is osmotische druk
A De druk veroorzaakt door de hoeveelheid vloeistof
B De druk veroorzaakt door de hoeveelheid opgeloste stoffen
C De druk van de bloedcellen op de vloeistof
D De druk door opgeloste deeltjes in vloeistof
3. Welke commensale bacterien dragen wij het meeste bij ons?
A Staphylococcus Stratum & Staphylococcus Epidermidis
B Staphylococcus Epidermidis & Corynebacterium Megatissimum
C Staphylococcus Stratum & Corynebacterium Minutissimum
D Staphylococcus Epidermidis & Corynebacterium Minutissimum
4.
Kies de absolute contra-indicaties voor elektrisch epileren, meerdere antwoorden mogelijk:
I Pacemaker
II Tatoeages
III Tumoren
IV Zwangerschap
V Vesicula
VI Bulla
VII Kanker
VIII Vitiligo
IX Menstruatie
X Keloid
5. Wat zijn behandelindicatie voor laserbehandelingen, meerdere antwoorden mogelijk:
I Moedervlekken
II Rimpels
III Zonne-pigmentvlekjes
IV Erytheem
V Actinische keratose
VI Vaatjes
VII Littekens
VIII Tatoeages
IX Varices
,6. Waar bevinden zich de melanocyten in de huid, in welke laag:
A Stratum corneum
B Stratum lucidum
C Stratum spinosum
D Stratum basale
7. Wie heeft meer melanocyten:
A Huidtype I
B Huidtype V
C Allebei gelijk
8. Geef de juiste definitie van ‘transcriptie’ en ‘translatie’:
I Transcriptie: Omzetting van DNA naar mRNA, Translatie: mRNA naar aminozuren
II Transcriptie: Omzetting mRNA naar DNA, Translatie: mRNA naar aminozuren
III Transcriptie: Omzetting van DNA naar mRNA, Translatie: aminozuren naar mRNA
IV Transcriptie: mRNA naar aminozuren, Translatie: Omzetting van DNA naar mRNA
9. Welke stelling is juist
I Aerobe verbranding: met behulp van zuurstof, komt geen energie vrij
II Aerobe verbranding: met behulp van zuurstof, komt wel energie vrij
III Anerobe verbranding: met behulp van zuurstof, komt energie vrij
IV Anerobe verbranding: zonder zuurstof, komt geen energie vrij
10. Welke fases zijn er van mitose en in welke volgorde ontwikkelen die zich:
A Profase, Anafase, Telofase, Metafase
B Metafase, Anafase, Telofase, Profase
C Profase, Metafase, Anafase, Telofase
D Telofase, Anafase, Metafase, Profase
11. Wat is het verschil tussen deze vormen van celdood, kies de juiste:
A Agentia: door invloed dood, Apotose: geprogrameerde dood
B Agentia: geprogrameerde dood, Apotose: door invloed dood
C Agentia: Ineens dood, Apotose: geprogrameerde dood
D Agentia: geprogrameerde dood Apotose: ineens dood
12. Welke voorwaarden zijn er nodig om spieren te laten functioneren, meerdere antwoorden
mogelijk:
I Goed functionerend zenuwstelsel
II Goed functionerende spijsvertering
III Goede bloedvoorziening
IV Goede sensibele zenuwbanen
V Goed werkend skelet
VI Brandstof als glucagon
, 13. Koppel de juiste eigenschappen/functies aan de zenuwvarianten:
Sensorisch Motorisch
Bewegingszenuw, Gevoelszenuw, Afferente zenuw , Efferente zenuw, Opstijgende zenuw,
Dalende zenuw, Descenderende zenuw, Ascenderende zenuw,
14. Wat hoort bij welke anatomische indeling:
A Centraal: 12 paar hersenzenuwen, 31/32 spinale zenuwen
Perifeer: Hersenen en ruggenmerg
B Centraal: Hersenen en ruggenmerg
Perifeer: 12 paar hersenzenuwen, 31/32 spinale zenuwen
C Centraal: 12 paar hersenzenuwen en ruggenmerg
Perifeer: Hersenen en 31/32 spinale zenuwen
15. Wat is acanthose:
I Vermeerdering van keratinocyten in het stratum spinosum
II Verdikking van het stratum corneum
III Vermeerdering van keratinocyten in het stratum granulosum
16. Bij welke aandoening komt parakeratose voor:
A Ichthyosis
B Psoriasis
C Eczeem
D Acne Vulgaris
17. Wat is juist:
I Enteraal= via maag/darm Parenteraal= niet via maagdarm
II Parenteraal = via maag/darm Enteraal= niet via maagdarm
III Enteraal= via anus Parenteraal= via maagdarm
18. Kies de juiste volgorde van de bouw van de haar, van binnen naar buiten:
A Medulla, Cortex, Cuticle
B Cortex, Medulla, Cuticle
C Cuticle, Cortex, Medulla
D Medulla, Cuticle, Cortex
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur lauren33. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €15,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.