College aantekeningen BMW Weefsels (BMW10705) Junqueira's Basic Histology, ISBN: 9781260288414
10 vues 0 fois vendu
Cours
Weefsels (BMW10705)
Établissement
Universiteit Utrecht (UU)
Book
Junqueira\'s Basic Histology
Colleges voor het 2e deeltentamen weefsels uitgebreid mee getypt. ook staan er toevoegingen in van informatieve stof uit het blokboek. Microscopie plaatjes van de Practica zijn ook meegenomen. Enige dat ontbreekt is hoorcollege 21; weefselkweek. Dit hoorcollege was niet informatief en nutteloos om ...
Hoorcollege 16: steunweefsels
Bot, kraakbeen, spieren en pezen, vet, andere bindweefselcellen komen
van de mesenchymale stamcel (MSC). Hierbij focussen we ons op bot
en kraakbeen. Multipotente stamcel (kan alleen deze mesodermale lijn
maken). Bij bot kan de MSC differentiëren van een pre-osteoblast naar
een osteoblast en later wordt het een osteocyte. Afhankelijk van de
signalen die de stamcel vroeg in de ontwikkeling krijgt kan die ook
kraakbeen worden; chondroblast worden naar chondrocyt en als laatste
van hypertrofe chrondrocyt naar bot.
Zijn fibroblasten MSC’s? nee. MSC’s hebben multilineage potential naar
bot en kraakbeen terwijl fibroblasten dit niet hebben. Fibroblasten zijn
een van de differentiatie uiteindes van de mesenchymale stamcel. Dit
hebben ze geconcludeerd: stromale cellen uit beenmerg halen en kijken
naar de differentiatieroute. Kraakbeen
- vormen casco; pre-skelet tijdens embryogenese.
- geven vorm aan organen
- bescherming organen; ribbenkast
- schokabosorptie (knie, tussenwervelschijf)
- wrijvingsloze omgeving in gewrichten; gladde overgang uiteindes
botten
- groeischijf in lage beenderen; pijpbeenderen.
Hyaline; glasachtig kraakbeen. Op de koppen van je botten en verbinding
van het borstbeen met de ribben. Fibreus kraakbeen;
tussenwervelschijven. Elastisch kraakbeen; oorschelp.
Hyaline kraakbeen bestaat uit matrix (veel) met daarin chondrocyten
(minder). Wordt door twee kanten omgeven door perichondrium
(bindweefsel). Perichondrium bevat veel collageen type 1 (kraakbeen
bevat vooral collageen type 2).
Fribreus kraakbeen: is stugger. Een combinatie van chondrocyten
(maken collageen type 2) met fibroblasten (maken collageen type 1).
Heeft geen perichondrium.
,Elastisch kraakbeen: heeft ook perichondrium (laag van bindweefsel met daarin fibroblasten
en collageen type 1 vezels) + elastine vezels.
Kraakbeen (we praten met name over
hyalien kraakben) bestaat uit heel
veel water, collageen; voornamelijk
type 2, relatief weinig cellen,
glycoproteïne en proteoglycanen met
GAG’s. Met verbindingen zitten
proteoglycanen vast aan collageen
type 2 waarbij je stevigheid verkrijgt
vd matrix.
Belangrijkste proteoglycaan in kraakbeen is aggrecan. Keten van hyaluron zuur met daaraan
een kerneiwit waar de GAG’s aanzitten. In dit geval de chondroitine sulfaat en keratan
sulfaat. Rood is dus de proteoglycaan. Aggrecan is zwaar gesulfeert waardoor die heel goed
water aan kan trekken.
Je hebt ook chondrocyten in kraakbeen, die zitten ook
gekoppeld aan de matrix elementen; aan de integrines
die kan koppelen aan chrondonectine die weer kan
koppelen aan hyaleronzuur en collageen type 2;
hierdoor alles aan elkaar verbonden.
In het perichondrium zitten fiboblasten voor
het maken van collageen type 1 maar er
zitten ook stamcellen en voorloper cellen in.
Stamcel kan differentiëren naar
chondroblasten. Die chondroblasten gaan
zwellen door matrix productie; hierdoor
groeit het kraakbeen in de dikte/breedte. Als
de chondroblast meer in het midden van het
kraakbeen komt te liggen heet het een
chrondrocyt. Als deze delen kan je van binnenuit kraakbeen
laten groeien. Verder vind je ook bloedvaten in het
perichondrium (die zitten niet in kraakbeen zelf). Chondrocyten
liggen in een holte; lacune (kuiltje in de matrix) Je kan ook
groepjes hebben van chrondocyten; issogene celnesten.
,Vezelige kraakbeen: hier en daar een
losse fibroblast en chondrocyten liggen
in groepjes bij elkaar (celkernen bij
elkaar). Hier zie je geen perichondrium
(bindweefselkapsel).
Boven de chondroblasten daaromheen
collageen en dieper in het kraakbeen
matrix de chondroncyten. Hier
verschillende type in matrix. Territoriale matrix om het
chondroncyt heen. Interterritoriale matrix tussen de
chondrocyten in. Chondron= groepje chondroncyten met de
territoriale matrix. Donkerpaarse om het groepje heen
(rechterplaatje hierboven) heet samen een chondron. Soms
zie je ook een capsulaire matrix; deze dit direct om het
chondroncyt heen. Daaromheen zit de territoriale matrix en
daar weer omheen de interterritoriale matrix. Collagenen
binden dus aan de integrinens en weer andere matrix
componenten. Je ziet hier links een isogene groep; heet zo
omdat de cel 2x heeft gedeelt en dus afkomstig is vandezelfde cel.
Territoriale matrix= relatief rijk aan proteoglycanen
Interterritoriale matrix= relatief rijk aan collageen
Isogene celnest: 4 chondroncyten bij elkaar en het chondron is cellen bij elkaar inclusief
territoriale matrix.
Chondrocyten (&blasten) maken heel veel collageen en proteoglycanen en hierdoor hebben
ze een uitgebreid RER en golgi.
Chondrocyten liggen daar best wel alleen maar toch communiceren ze met elkaar via gap
junctions en hierbij signalen aan elkaar doorgeven (schade, voedselschaarste)
Embryonale vorming en groei van kraakbeen
Kraakbeen wordt gevormd uit de mesenchymale
cellen. Uit mesoderm; mesenchym. Onder invloed van
BMP en SOX9 gaan de cellen klompjes vormen
(condenseren), als ze de juiste signalen blijven krijgen
gaan ze differentiëren naar chondronblasten en
chondroncyten en hierbij matrix maken.
Als de chondroblasten matrix gaan maken; zwelling
groei, worden de cellen uit elkaar gedrukt; interstitiële
groei waarbij de cellen uit elkaar gaan liggen. Als de
cellen gaan delen krijg je isogene nesten. In de matrix
zit veel aggrecan en trekt water aan; zorgt voor zwelling & groei van het kraakbeen.
, Groei vanaf de rand is appositionele groei (voorloper/stamcel → chondroblast vormt matrix)
vanuit het perichondrium
dus. Delende chondrocyt en
daarbij maken van matrix =
interstitiële groei, door het
delen en van binnenuit matrix maken is dus interstitieel.
Kraakbeenige skelet-onderdelen verkrijgen hun uiteindelijke vorm door een combinatie van
interstitiele en appositionele groei. Hij veranderd ook van vorm, hier zijn chondroclasten bij
betrokken; cellen die kraakbeenmatrix opeten. Deze chondroclasten zijn een soort
macrofagen.
• Chondroblast wordt uiteindelijk chondrocyt (moeilijk te onderscheiden)
• Chondroblast differentieert uit voorloper/stamcel (MSC)
• Chondrocyten onderhouden de matrix en zijn dus actief
• Zowel chondrobalsten als chondrocyten kunnen delen
• Kraakbeen is A-vasculair, geen lymfe, geen zenuwen
• Kraakbeenmatrix laat diffusie (passief) van voedingstoffen toe. Gebruik/ belasting van
kraakbeen zorgt voor een goede diffusie (spons; vocht uitpersen en opnemen).
Gewrichts (articulair) kraakbeen
Een endplaat (geclassificeerd kraakbeen)
met daarboven matrix met chondrocyten
erin. De oriëntatie van de collageen type 2
vezels aan de top parallel en hoe meer
richting het bot gaat (naar beneden) liggen
ze in een hoek van 90 graden. Het
kraakbeen heeft geen perichondrium en is
een overblijfsel van endochondrale
ossificatie.
Articulaire kraakbeen: wel perichondrium (trachea) collageen
type 1 vezels aan de randen met daarbinnen het hyaline
kraakbeen met de collageen type 2 vezels (loodrecht op
elkaar). Organisatie matrix met collageen vezels zorgen voor
een trekvaste basis. GAGS binden water en zorgen voor een
drukvaste-moeilijk samendrukbare-inhoud. Als je het belast
worden de vezels opgedrukt naar de zijkanten en de kracht
wordt opgevangen door de combinatie van collageen type 2 en hoeveelheid water.
Hoorcollege 17: Steunweefsels
Embryonale vorming en groei van bot. Er zijn 2 manieren van botvorming
- Endesmaal: intramembraneus (bv schedel) er ontstaat eerst een soort botmembraan
door een lokale verdikking van cellen die differentiëren naar osteoblasten.
- Endochondraal (vanuit het embryonale kraakbeenskelet dat wordt omgevormd naar
bot)
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur bodeibel. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €6,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.