Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
uitgebreide samenvatting Hedendaagse sociologische stromingen €5,89   Ajouter au panier

Resume

uitgebreide samenvatting Hedendaagse sociologische stromingen

1 vérifier
 50 vues  3 fois vendu

Ppt's + notities (van mezelf en een vriendin) Samenvatting is zo gemaakt dat men de HOC eigenlijk niet meer moet bekijken. Mijn resultaat = 17/20 (enkel dit geleerd)

Aperçu 4 sur 76  pages

  • 20 janvier 2022
  • 76
  • 2020/2021
  • Resume
Tous les documents sur ce sujet (2)

1  vérifier

review-writer-avatar

Par: vanstiphoutleroy1997 • 2 année de cela

avatar-seller
aliesjacobs
HEDENDAAGSE SOCIOLOGISCHE
STROMINGEN

1. OVERZICHT COLLEGES
A. structuratietheorie: Bourdieu & Giddens
B. Actor-Netwerk Theorie (Actor Network Theorie (ANT)) of ‘taking the social
agency of artifacts seriously’(Latour, Callon…)
C. the ‘performative turn’, dubbel bekeken: in relatie tot gender (feministische
sociologie, i.h.b. Butler) en wetenschappelijke kennis (Law, Callon)
D. poststructuralisme (Derrida, Hebdige) & postmodernisme (Baudrillard)



2. VERDER BOUWEN OP EERDER GELEGDE FUNDAMENTEN
A. Sociologische stromingen geleid tot drie founding fouthers



3. SITUERING COLLEGE
A. Drie grote kaders
i. Interpretatieve actor-centrisch Weber; actorcentrische theorie,
uitgangspunt ligt bij individu motieven die maken dat ; handelen dat
georienteerd is op handelen van andere waardoor we verevenheid krijgne
vna handelen en dat is dan sociaal handelen, de motieven moeten we
proberen te begrijpen  verstehen, het interpreteren van handelen vanuit
die motieven, ook een interpreatieve sociologie dus, mensen geven betekenis
aan handelen ze interpreteren hun eigen handelen en interpreteren het
handelen van andere
ii. Structureeel sociocentrisch Durkheim; sociocentrische traditie, gewicht
van handelen ligt buiten de individuele actor bij sociale feiten, vb u zit hier
niet omdat u een diploma wilt halen maar omdat u een bepaalde
klasseachtergrodn hebt  kwantitatieve methoden vb relatie vrinden tss
onderwijstrajecten en klasseachtergrodn  verticale maatschappelijke
differentiatie; er bestaat een klassestructuur en die stuurt mensen
iii. Conflictsociologie Marx; conflictsociiologie; stelt gelijkheid/ongelijkheid
centraal bij marx waren dat klasse; maar je kan dat ook zien tussen genders
of seksualiteiten, verschillende groepen hebben ongelijke belangen, dus
andere belangen
iv. Dubbel onderscheid
a. Individu – maateschappij (actor vs sociocentrisch

, b. Consesus vs conflict
B. Tegenstellingen hiertussen
i. Zijn ook ideologisch gekleurd, geen toeval dat max weber een liberaal was of
durkheim conservatief dacht
C. Doelstellingen
i. Sociologie kent theoretisch pluralisme, geen universeel kader
ii. Tweedeling individu vs wij samenleving  = agency vs structuur
(sociolcentrisme, nadruk op structuren in de maatschappij die individuen
sturen)



4. THE GREAT DIVIDE




A.
i. Agency; motivaties, redenen die mensen hebben om vanuit een standpunt te
handelen
1. Niks in de wereld zegt dat dit een onderwijssistuatie is, dat is een
kwestie van definiete, dus betekenisgeving omdat we een leefwereld
delen van betekenissen
2. Intenties; iets gedaan willen krijgen
3. Agency: actor eheeft handelings vermogen en miniimale autonomie
ii. structuur
1. Als we verklaringen zoeken zoeken we naar oorzaken
2. Verklarende mechanisme ; bv door socialisatie doen wij dit
3. Structure: het handelingsvermogen wordt beperkt bv door de sociale
achtergrond
4.




2

, B.
i. agency
1. Ieder individu is een subject; j emag zelf kiezen; zelfgekozen
motivaties en beweegredenen
2. “zacht”  kwalitatief



5. DOELSTELLINGEN
A. 2
i. selectieve kennismaking met hedendaags pluralisme in de sociale theorie
1. aandacht voor wat daarbinnen ‘nieuw’ is, zonder te vervallen in
modieusheid...
2. kijken naar wat het pluralisme met zich meebrengt voor de framing
van onderzoek, de definitie van centrale begrippen, en de lopende
discussies over veranderingen als individualisering of globalisering
B. 3
i. (zelf)reflectie stimuleren op het ondertussen geleerde •
1. waarvoor staan basisnoties als ‘sociaal’, ‘maatschappij’...?
2. welke rol speelt de sociologie in de maatschappij als observator van
diezelfde samenleving, bijv. bij het vaststellen van de publieke opinie,
het definiëren van sociale problemen… (vgl.. notie van
performativiteit)


C. 4
i. lees- en interpretatievaardigheden verhogen
1. vandaar: lectuur van oorspronkelijke theoretische teksten...
2. ...en hoor- en discussiecolleges waarin de teksten selectief worden
besproken!

3

, 3. vaak (maar niet altijd!) slides: belang notities en eigen verwerking
tekstmateriaal
4. vgl.. per besproken stroming telkens een voor te bereiden tekst



6. PRACTICALITIES
A. teksten worden verspreid via Toledo
B. discussieforum op Toledo (ook opgevolgd door docent tijdens de
examenperiode)
C. mogelijkheid tot vragen en kanttekeningen in de colleges: hoor- en
discussiecolleges!
D. belang actieve voorbereiding van colleges én lezingen via lectuur tekst(en), in
het bijzonder bij de aangekondigde discussiecolleges




7. EVALUATIE
A. 6 punten op voorbereide vraag rond één theoriekader dat wegvalt voor
examenvraag: verdere (kritische) doorlichting op basis van eigen lectuur /
vertaling naar onderzoeksdesign / toepassing op sociaal probleem
B. 14 punten voor 1 grote open vraag, in principe over twee verschillende
theoriekaders heen: eerder theoretisch of aan de hand van thema / voorbeeld
C. enkel licht bewerkte teksten kunnen naar het examen worden meegebracht,
geen slides of notities
D. 1,5 interlinie,
E. Mag texten meenemen, mag markeren en pijlen en kernwoorden, ook
vertalingen van woorden


STRUCTURATIETHEORIE:
BOURDIEU & GIDDENS

8. BOURDIEU


9. INTRODUCTIE
A. • structuratietheorie komt van giddens


4

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur aliesjacobs. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €5,89. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

80467 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€5,89  3x  vendu
  • (1)
  Ajouter