Begrippenlijst Businessmodellen voor digitale media
DEEL 1: strategie en competitieve positie
1 introductie
VUCA Turbulente en onstabiele (media)omgeving (volatility, uncertainty, 6
complexity, ambiguity)
De oplossing voor VUCA is ook VUCA (vision, understanding, clarity, agile)
GAFA Waaier van grote spelers die bezig zijn met verschillende diensten in 7
verschillende sectoren (Google, Amazon, Facebook, Apple)
TUNA Tussenlaag van platformen, hebben goede waardecreatie, maar nog niet 7
per sé een goede waardecaptatie (Tesla, Uber, Netflix, Airbnb)
Perfect storm Klassieke spelers intermediëren en de spelregels in de industrie 7
veranderen
M&A Merge and acquisition (fusie en overname) 8
Ambidextere Goed draaiend bedrijf die perfecte balans heeft tussen exploitatie en 9
organisatie exploratie
Exploitatie Winstgevende activiteiten blijven doen en beter in worden 9
Exploratie Exploreren, innoveren, nieuwe dingen zoeken 9
Adaptive circle Model om om te gaan met veranderende omgeving. 3 oplossingen: 9
ondernemerschapsprobleem, engeneering probleem en administratief
probleem
2 creatieve destructie in media en techmarkten
Creatieve destructie Proces van industriële mutatie dat onophoudelijk de economische 13
structuur van binnenuit revolutioneert, de oude vernietigt en nieuwe
schept. Het is de essentie van kapitalisme (J. Shumpeter)
Tektonische platen Platen die in mum van tijd aardbeving creëren in sector 15
in media en tech
Phygital Combinatie fysiek en digitaal 15
Ruiters van de Google, Facebook en Amazon: zijn mondiaal, enorm winstgevend en willen 15
Apocalyps overal hun zegje in hebben
Ecosysteem Verzameling van platformen, meestal van hetzelfde bedrijf 15
3 innovatie in media en techmarkten
Supply chain Alle processen binnen bedrijf uitspitten om plaats van verbetering te 17
management vinden
Ratrace Innovatiespiraal, reeks eindeloze handelingen zonder resultaat, omdat de 17
tijd om te innoveren zo kort wordt dat het nooit lukt om de eerste te zijn
en concurrentieel voordeel te krijgen
1
, Uitvinding vs Uitvinding niet persé bekend. Een uitvinding die niet aanslaat is geen 17
innovatie innovatie
Innovatie is wanneer een uitvinding succesvol op de markt komt
Incrementele Kleine variaties, graduele aanpassing van het product, proces of model 18
innovatie = first order change (KT)
Disruptieve innovatie Totaal nieuwe markt openen, er is niets vergelijkbaar met uw innovatie 18
(LT)
Disruptieve Technologie met zo veel potentieel dat die de waardepropositie van 18
technologie andere bedrijven overtreft
Red ocean Markt waar verschillende concurrerende bedrijven inzitten, heel 19
competitieve markt met incrementele innovaties
Blue ocean Optimale, nieuwe markt waar geen concurrentie is, waar klanten vraag 19
naar hebben. Is mogelijk door product-, proces- en
businessmodelinnovaties.
Innovators dilemma Dilemma van succesvolle bedrijven: exploitatie of exploratie? Ideale 19
balans nodig
Myopia Tirannie van succes: te hard opgaan in eigen succes dat je denkt dat 20
niemand je nog kan derenn. Only the paranoid survive
4 de essentie van competitief voordeel
Strategie Middelen inzetten om een doel te bereiken 21
Bepalen van basisdoelen en doelstellingen van een onderneming op lange
termijn, en het goedkeuren van de handelswijzen en het toewijzen van
middelen die nodig zijn om deze doelen te bereiken
Concurrentiestrategie Anders zijn, het opzettelijk kiezen van een andere reeks activiteiten om 21
een unieke mix van waarden de leveren (Porter)
Kostenleiderschap Competitief voordeel door lage kostenstructuur 21
Modulaire producten Producten die passen op elkaar, op elkaar voortbouwen 21
Productleiderschap Competitief voordeel door superieur product 22
Mass customization Efficiëntie van massaproductie, massaproductie op maat gemaat 22
Lock-in / switching Overschakelen naar een ander systeem moeilijk maken en zo voor een 23
costs lock-in in je systeem zorgen
Transient advantage Concurrentieel voordeel van voorbijgaande aard 23
Consistently renewed Concurrentieel voordeel behouden door consistent te blijven veranderen 23
transient advantage
Product-marktfit Product moet problemen van de consument oplossen/tegemoetkomen. 24
Daarvoor moet het juiste publiek gekozen worden voor het juiste product
2