Samenvatting Nederlands Dautzenberg hoofdstuk 11 verhalen voor 4 vwo
Samenvatting Nederlands Dautzenberg hoofdstuk 1 en 2
Tout pour ce livre (36)
École, étude et sujet
Lycée
VWO / Gymnasium
Nederlands
6
Tous les documents sur ce sujet (3138)
Vendeur
S'abonner
valeriep123
Avis reçus
Aperçu du contenu
iLiteratuurgeschiedenis Nederlands
H5 Rond 1900
§40 Historische achtergrond 1875 – 1914
Techniek
In de periode 1875 – 1914 ontstaat het moderne Europa.
Na 1875 veranderen de Europese landen van agrarische samenlevingen in industriestraten; tegelijk
ontwikkelen zich de moderne politieke hoofdstromingen (liberalen, confessionelen en socialisten)
Er komen nu andere arbeidsomstandigheden en een andere manier van leven. Dit was het gevolg
van het grote aantal uitvindingen dat in die jaren werd gedaan zoals de telefoon, gloeilamp,
benzinemotor en het vliegtuig.
Dit alles ging gepaard met een grote economische opbloei: tijd van het kapitalisme.
Maatschappij
Het kapitalisme leidde tot
- sociale wantoestanden
- verbetering van het lot van de arbeiders
Enerzijds wilde men goedkoop produceren en moesten dus de loonkosten laag blijven, anderzijds zag
men in dat men beter kon concurreren met gezonde en geschoolde arbeiders.
‘Het kinderwetje van Van Houten’ (1874): de liberale politicus Sam van Houten gebruikte dit
argument in de Tweede Kamer om kinderarbeid beneden de 12jaar te verbieden. Deze eerste sociale
wet had alleen weinig effect door gebrek aan controle.
Pas in 1889 kwam de arbeidswet tot stand, die het werk van vrouwen en alle jeugdigen regelde en
hierbij werd dan ook een inspectie ingesteld om te controleren.
Er ontstonden eind 19e eeuw linkse partijen en vakbonden en in 1894 werd de eerste Sociaal
Democratische Arbeiderspartij opgericht (SDAP, nu bekend als PvdA).
De regering stelde toen de ‘worgwetten’ op: het verbod op stakingen van overheidspersoneel. Als
reactie hierop ontstond in 1905 de eerste vakcentrale (= een organisatie van vakbonden): het
Nederlands Verbond van Vakverenigingen
Fin de siècle (eind van de eeuw)
periode 1875 – 191, hiermee wil men aangeven dat het een soort afsluitende periode is waarin de
kiemen van een nieuwe periode te zien zijn
De kunst van deze periode is een overgangskunst tussen ‘oud’ en ‘nieuw’, nog kenmerken van de 19 e
-eeuwse kunst maar ook al trekken van de moderne kunst (rond WW1)
Verschillende stromingen:
- impressionisme
- naturalisme
- symbolisme
- neoromantiek
,§41 Het Fin de siècle
Niet alleen het socialisme, ook enkele wetenschappelijke ontwikkelingen in de 19 e eeuw brachten de
mensen in verwarring. De theorieën van deze schrijvers werden gezien als aantasting van de
bestaande orde en Freud liet zien dat er in de mens allerlei dingen verscholen liggen waarvan men
het bestaan liever ontkende.
Maar tegelijkertijd heerste er ook veel zelfvoldaanheid. In de natuurwetenschappen was men van
mening dat het wezenlijke werk nu wel gedaan was. Maar dat werd door onder andere Max Planck
en Albert Einstein anders bewezen.
De Kunst
Het idee dat men aan het eind van een grote cultuurperiode stond en op de drempel van een nieuwe
en onbekende eeuw die met angst, maar ook met verwachting werd tegemoetgezien. Deze
ambivalente houding leidde vaak tot een vlucht uit de realiteit in een wereld van kunstmatigheid,
overbeschaving, luxe en genotzoekerij.
Fin de siècle wordt daarom ook wel La belle époque (het mooie tijdperk) genoemd.
Escapisme kwam in de kunst tot uiting als estheticisme (schoonheidsleer): de opvatting dat kunst
uitsluitend iets moois dient te zijn en geen andere functie mag hebben dan kunst te zijn.
l’art pour l’art
de kunst heeft geen functie meer, het gaat niet om de inhoud maar om de vorm
§42 Het impressionisme
= voortzetting van en een reactie op het realisme uit de 19 e eeuw
Beeldende kunst
Realisme = objectieve waarneming / gewoon zoals het is
De opbloeiende psychologie leerde dat dit niet waar is: iedereen ziet de wereld op hun eigen manier
Want niet alleen de ogen zijn betrokken maar ook de hersenen leidde tot het impressionisme,
waarbij de kunstenaar probeert de zintuigelijke indrukken (impressies) van kleur, licht en vorm weer
te geven
Impressionisme is verbonden met estheticisme: onderwerp, ideeën en sociale relevantie zijn van
secundair belang, primair gaat het om de sfeer van het uitgebeelde
verschillende schildertechnieken
contouren zijn vaag
kleurvlakken met korte penseelstreken samengesteld uit allerlei tinten van betreffende kleuren
Literatuur
Het zo nauwkeurig mogelijk uitbeelden van nuances, indrukken en gevoelens gebeurde in de
literatuur door het toepassen van bepaalde stijlmiddelen (zoals bijvoeglijke naamwoorden,
alliteraties, enjambementen en sonnet was vaak beoefend genre)
Als ze met bestaande woorden niet de juiste nuances konden aangeven, verzonnen ze nieuwe
woorden (neologismen) of gebruikte ze ouderwetse woorden (archaïsmen)
Ze wilden zo origineel mogelijk zijn maar het is vooral een poëziestroming
Met name het overdadige gebruik van bijvoeglijke naamwoorden is in een (langere) prozatekst
vermoeiend. Proza dat veel impressionistische kenmerken vertoont, werd in die tijd woordkunst of
lyrisch proza genoemd. Toen waren dat positieve termen, maar nu denken we daar anders over: ze
zijn zoiets gaan betekenen als mooischrijverij, literair doen of schrijvertje spelen.
, §43 Het naturalisme
Net als het impressionisme is het naturalisme een verdere uitwerking van het realisme mar dan in de
roman en toneelkunst. Ze wilden niet alleen laten zien hoe het leven was (realisme) maar ook
verklaren hoe het zo geworden was.
Zij meende dat het leven bepaald werd door 3 factoren:
- de erfelijke aanleg
- het sociale milieu (opvoeding)
- de tijd waarin men leeft
Naturalisten probeerde te laten zien dat de mens afhankelijk is van deze factoren door bv familie
romans te schrijven of psychologische romans waarin mensen het psychisch moeilijk hadden. Ook in
sociale romans lieten ze zien hoezeer de mens gevormd wordt door zijn maatschappelijke positie.
Dit laatste had een doel: veel naturalisten waren socialisten en hoopten met hun boeken de
maatschappij te verbeteren.
Boeken zijn:
Somber
Pessimistisch
Leven is uitzichtloos, de mens is geneigd tot het kwade en ieder vecht voor zichzelf
Achtergrond hiervan is het fatalisme, de opvatting dat het leven geheel bepaald wordt door het
noodlot en dat een vrije wil niet bestaat. De naturalisten gaven het een modern tintje en zeiden dat
het noodlot iets geheimzinnigs was.
Hoewel het naturalisme een Fin de siècle-stroming is, staat het haaks op het estheticisme en dus ook
haaks op het impressionisme. Toch is er een nauwe band tussen naturalisme en impressionisme,
namelijk veel naturalistische werken zijn geschreven in de impressionistische stijl van neologismen,
beeldspraken en gedetailleerde bepalingen.
Het werd alleen in die tijd niet gewaardeerd: velen vonden het ‘socialistische oproerkraaierij’ en de
seksuele delen leidde tot juridische acties.
§44 De beweging van Tachtig
Impressionisme en naturalisme kwamen in NL naar voren rond 1880, vandaar de naam ‘Tachtigers’.
Ze zetten zich af tegen de literatuur van hun directe voorgangers: taal vonden ze ouderwets en
inhoud te moraliserend.
- Willem Kloos: serieuze criticus die een boek op grond van argumenten beoordeelde
- Lodewijk van Deyssel: geen argumenten maar ging op zijn gevoel af (grootmeester ‘scheldkritiek’)
Ze kregen hun werk moeilijk geplaatst in bestaande literaire bladen, waarvan De Gids het
belangrijkste was daarom zelf tijdschrift oprichtten in 1885, sarcastische naam: De Nieuwe Gids.
Het was geen zuiver literair blad maar een algemeen cultureel tijdschrift.
Tijdschrift bleef niet lang door ruzies in de groep, in 1893 bleef Kloos over en maakte er een soort
privétijdschrift van, waarin weinig goeds verscheen.
In hun creatieve werk probeerde de Tachtigers uit te gaan van principes die zij misten in de kunst van
hun directe voorgangers.
1) Hun hoofdprincipe = vorm en inhoud moet één zijn (wat schrijf je + hoe schrijf je)
Dit is niet zomaar een opvatting van de Tachtigers maar een principe dat geldt voor alle echte kunst.
Alleen vonden zij dat hun voorgangers dit principe uit het oog hadden verloren.
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur valeriep123. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €5,19. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.