NEUROKINE TH
TH 1 – Neurologische revalidatie
Neurologische revalidatie = assisteren van individuen die dissablity ervaren om optimale functionaliteit en gezondheid
te behalen en behouden
Medewerking en motivatie patiënt uiterst belangrijk
Combinatie kennis, skills, educatie en advies als support voor de patiënt e zijn omgeving
Conceptueel framework = referentiekader gebasseerd op evidentie met in het achterhoofd dat de theoretische uitleg
van een interventie kan veranderen obv nieuwe evidentie
Evidence based = belangrijk MAAR niet teveel doordrijven. Soms misschien moeilijk bewijs te vinden of nog
niet voldoende bewijs voor gevonden/onderzocht
Effect dubbeltaken:
Keuze van behandeling afhankelijk van onvoldoende automatisering
Testen (assessment) zorgt voor overload
Interpreteren (effect dubbeltaken , etc.) (cognitieve belastbaarheid en
Behandeldoelstellingen belasting loopt fout)
Evaluatie, re-assessment, aanpassing plan en doelen
Evidentie en klinische benadering geen 100% match
Neurologische stoornissen
Zwakte
UMN: alles boven het niveau van de voorhoorn in het ruggenmerg
- zwakte, vermoeidheid, skills/onhandigheid
+ hyperreflexie, spasticiteit, clonus, babinski-teken
LMN: alles v/af motorische voorhoorn, de periferie
- zwakte, hyporeflexie, hypotonie, minder fasciculaties
Onderscheidt belangrijk voor diagnostiek
Hersenen inhiberen reflexboog -> boog onderbroken bij UML dus controle valt weg -> hyperreflexie
LML geen connectie tussen spier en ruggenmerg
Spastische patronen/ hypertonus
Flexiesynergie BL
Extensiesynergie OL
Hoofd en CWZ: LF hemiplege zijde, rotatie niet hemiplege zijde
Spasticiteit inhiberen adhv positionering
, Stroke (CVA)
Cerebrovasculair accident (laesie vd bloedvaten in de hersenen) vb embool of scheur
Verschillende regio’s -> verschillende functies -> verschillende symptomen
Behandeling / therapie
Therapy
Assessment Goal setting Intervention Evaluation
plan
Voorwaarden
Zo snel mogelijk na CVA
Feedback geven over prestatie (visuele, verbale en biofeedback)
Herhaling van de oefening (ifv automatisering)
Variatie in de oefeningen (transfer naar ADL) (ifv carry-over effect)
Niveau van de taak aanpassen aan functioneren van patiënt
Intensiteit van de oefening (uren per week)
Principes
Proximale stabiliteit geeft distale functie Selectiviteit van bewegen
Axiale extensie tegen de zwaartekracht in Invloed of belang cognitieve component
Betekenisvolle oefeningen aanbieden Gebruik van materialen is zinvol
Niet aan ledematen trekken (bv pijnlijke schouder/subluxatie)
Het toelaten van compensaties alleen in een latere fase.
,TH 2 – Guidlines in neurologische revalidatie
Assessment
Gestandaardiseerde
testen
Interpretatie
Bepaalde functie die is
aangedaan?
Of probleem met
dubbeltaken/
overprikkeling
Behandelplan
Based on hulpvraag
Wat is prioritair, wat niet
Doelstellingen
Evaluatie, reassessment,
review
Status praesens
interpreteren
Slaat de interventie aan
of niet
Conceptueel framework/ referentiekader -> technieken gebasseerd op evidentie: maar soms zijn zaken nog
niet onderzocht of werken ze wel maar niet voor iedereen -> het is niet omdat er geen evidentie bestaat dat de
therapie niet effectief is. Ook placebo effect speelt een rol
Revalidatie mag niet beperkt blijven tot benoemde
concepten, maar moet veeleer bestaan uit evidence
based technieken, ongeacht de oorsprong
Een uitdaging voor clinici is om op de hoogte te blijven van
de evidentie en om deze evidentie om te zetten in de
praktijk, maar ook om bereid te zijn om hun
voorkeurstechnieken te veranderen wanneer deze geen
goede optie blijken te zijn
Leidende principes voor neurologische revalidatie
1 – ICF
Aandoeningen van anatomische eigenschappen -> functiestoornissen -> activiteit en participatie problemen
Beïnvloed door omgevings- en persoonlijke factoren
2 – Teamwork
Een dynamisch proces waarbij meerdere professionals betrokken zijn met complementaire achtergronden
en vaardigheden die gemeenschappelijke doelen delen en fysieke en mentale inspanningen leveren bij het
plannen en evalueren van patiëntenzorg
Multidisciplinair (ieder afzonderlijk) -> Interdisciplinair (overleg) -> Transdisciplinair (grenzen vervagen)
Goalsetting -> SMART opgesteld
3 – Person centered care
Patiënt centraal stellen
Vb ook bed blocking – geen goede transitie/ flow tussen settings (vb van revalidatiecentrum naar WZC)
, 4 – Predictie (!!!)
Subtiele balans tussen realistisch zijn en hoop geven
Predictie gebasseerd op evidentie
Afhankelijk van pathologie oa MAAR ‘wonderen zijn de wereld nog niet uit’
Biomarkers worden onderzocht die herstel kunnen voorspellen
Vb statische zitbalans is belangrijke factor voor functioneel herstel
VB schouder abductie en vinger extensie > 72 uur na CVA belangrijk voor goede armfunctie
Wees voorzichtig over meedelen van verwachte resultaten (predictie kan nooit 100% accuraat zijn)
Winters et al 617
Herstel voorspellen:
70% proportional recovery rule
Onderscheidt tussen fitters (blauw) en non-fitters (rood)
X-as is de meting, y-as is de voorspelling -> bij de fitters past de
meting met de voorspelling. Rood volgt de predictie niet.
Regels is:
Max score (66) - Effectieve score (#) * 0,70 + 0,4 = voorspelde score
en dus ook het potentieel dat nog verbeterd kan worden
Figure 2. Proportional motor improvement in the upper extremity: predicted versus observed ∆FMA-UE. (A) Represents the
fitters (n = 146) and ○the subgroup of patients who did not fit the model—that is, nonfitters (n = 65). The blue line represents the
least-squares regression line of the fitters: ∆FMA-UEpredicted = 1.99 + 0.78∙∆FMA-UEobserved (R = 0.97; R2 = 0.94). (B) Dendrogram
Sommigen volgen de herstelcurve, anderen niet. Niet afh van letsel
for hierarchical clustering using Mahalanobis distances. Goodness of fit = 85%; cophenetic correlation coefficient = 0.95; Spearman
correlation between Mahalanobis and cophenetic distance = 0.76; distance-based cutoff = 2.194.
FMA-UE: Fugl-Meyer Assessment Upper Extremity score, ranging from 0 to 66 points. ∆FMA-UEobserved = FMA-UE6months − FMA-UEinitial; ∆FMA-
UEpredicted = (0.70)·(66 − FMA-UEinitial) + 0.4.
nonfitters and fitters regarding age, sex, hemisphere of poststroke were likely not to show the predicted propor-
stroke, time between stroke and initial assessment, or tional motor recovery (Tables 3 and 4). The sensitivity of
5 – Neuroplasticiteit
comorbidities. At 6 months poststroke, nonfitters had sig-
nificantly lower upper extremity motor function scores (P <
the model was 0.80 (95% CI = 0.68-0.89), and the specific-
ity was 0.89 (95% CI = 0.83-0.94), whereas the PPV and
Onderscheidt tussen spontaan herstel en herstel door ervaring en leren
.01) in comparison to the fitters. The time between stroke NPV were, respectively, 0.76 (95% CI = 0.65-0.86) and
onset and the follow-up assessment did not differ signifi- 0.91 (95% CI = 0.85-0.95). These results were confirmed
cantly between groups. by forward stepwise analysis.
Corticale plannen kunnen gemodificeerd (veranderingen thv de hersenen) worden door een variëteit van
Table 2 summarizes the results of the bivariable logistic
regression analyses. Strong collinearity was found between
Discussion
elbow flexion and shoulder abduction (ϕ = 0.89; P < .001),
input (vb sensorisch, ervaringen -> trail and error, leerproces en therapie) maar ook door de reactie op het
and consequently, shoulder abduction was excluded from The present study investigated the predictability of spon-
further analysis. Backward stepwise logistic regression taneous motor recovery (ie, proportional recovery) in a
analysis showed that patients who displayed (1) no finger group of first-ever ischemic hemispheric stroke patients
letsel
extension (FMA-UE), (2) presence of facial palsy (NIHSS), by testing the proportional recovery model of Prabhakaran
(3) severe impairment of lower extremity motor function et al8 and aimed to identify the clinical characteristics of
(FMA Lower Extremity), and (4) total or partial anterior those patients who do not show the expected amount of
Bij CVA probleem thv de hersenen NIET thv de ledematen
cerebral infarction (Bamford classification) within 72 hours motor recovery.
Hersenen prikkelen/ activeren -> laten reorganiseren
Downloaded from nnr.sagepub.com at CAMBRIDGE UNIV LIBRARY on August 10, 2015
Aerobe training verbetert neurale plasticiteit door bloedtoevoer naar de hersenen te vergroten,
vergemakkelijken neurotrofe factoren en verbetering hersenvolume
Patiënten actief betrekken bij het oplossen van problemen wanneer ze taken zo vroeg mogelijk opnieuw leren
-> kritiek tijdvenster !
Recovery -> herstel mogelijk (regain) of compensatie (to make up for) na functieverlies
To get back: teruggaan naar bewegingspatroon van voor letsel -> true recovery
To make up for: substitutie, compensatoir gedrag
6 – Motorische controle Functie afhankelijk van interne en externe factoren
Omgeving Taak Te beïnvloeden
Posturale controle
Musculoskeletale component Individuele sensorische systemen Individu (niet te
Neuromusculaire synergieën Sensorische strategieën beïnvloeden)
Neurale processen (hogere corticale niveaus)
Adaptatie, anticipatie, interne representatie, motivatie, aandacht
Reduceren van impairments (beperking) en compensatoire bewegingsstrategieën verminderen door
functioneel herstel te verbeteren om terug te participeren
7 – Functioneel herstel
Kan door volledig herstel te bekomen, aanpassingen of compensaties in te voeren, dmv preventie of behoud