WERELDORIËNTATIE
WIJ HEBBEN EEN VERLEDEN
Prehistorie Oudheid: Egypte – Griekenland en Rome Middelleeuwen Nieuwe tijd Nieuwste tijd Eigen tijd
ca. 3500 v.C. ca. 800 v.C. ca. 500 ca. 1500 1800 1945 …
1) PREHISTORIE
ca. 3500 v.C.
ONTSTAAN VAN DE AARDE
Ongeveer 14 miljard jaar geleden ontstond de aarde.
Door de oerknal of big bang ontstond de zon en andere sterren.
Allerlei gassen en deeltjes vormden een gloeiende bol = de aarde.
De aarde koelde af en er ontstond een wolk van waterdamp, deze viel naar als regen.
Zo ontstonden de meren, zeeën en oceanen.
In het water groeide het eerste leven, dat waren de insecten en schorpioenen.
Later volgde de zoogdieren en vogels.
DINOSAURIËRS
150 miljoen jaar geleden leefden in onze streken de dinosauriërs.
Door een enorme meteoriet die tegen de aarde botste, kwam er zoveel stof dat de zon jarenlang werd verduisterd.
De temperatuur daalde en de dinosauriërs stierven uit.
DE EERSTE MENS
In het Afrikaanse regenwoud leefde de voorouder van de mens.
Hij bewoog zich voort op handen en voeten.
Toen het regenwoud veranderde in grasland, gingen de mensapen rechtop lopen.
Ze leerden beter en beter hun handen te gebruiken.
Ze maakten werktuigen van keien, takken en beenderen.
Om te overleven aten ze vlees en planten.
Ze zwierven rond als jagers en voedselverzamelaars.
De eerste mensen zwierven rond op zoek naar voedsel.
Ze sliepen in grotten of tenten en maakten wapens voor de jacht.
In de koude ijstijd moesten de mensen hun tijd steken in de technieken om vuur beter te maken.
Toen de aarde opwarmde konden mensen leren hoe ze graan konden oogsten, dieren konden kweken en hutten
konden bouwen op goed gelegen plaatsen.
De zwerver werd een boer (5500 v.Chr.).
1. Australopithecus 3. Homo erectus 5. Homo sapiens
2. Homo habilis 4. Neanderthaler
4 5
3
2
1
,Vuur speelde een belangrijke rol in deze tijd.
De zwervers leefden in grotten in het zuiden van het land om te
schuilen voor de koude.
De eerste boeren leefden vooral in Haspengouw.
Daar vonden ze water, vruchtbare grond en silex (zie vuur).
Ze hadden verscheidene manieren om vuur te maken:
1. Ze wreven met een dunne stok op een groot stuk hout.
→ Ontstond er wrijving, warmte en dus vuur.
2. Ze draaiden met een vuurboog een dunne stok op een groot stuk hout.
→ Ontstond er wrijving, warmte en dus vuur.
3. Ze wreven met een touw onder een stuk hout.
→ Ontstond er wrijving, warmte en dus vuur.
4. Ze gingen met vuursteen over een andere steen.
→ Ontstonden er vonken die belandde op het hout en zo ontstond vuur.
De silex is een vuursteen die werd gebruikt om werktuigen en wapens van te maken.
De eerste mensen vonden dat er niks verloren mocht gaan van een rendier en daardoor gebruikten ze alles.
HUID:
Kledij, tentzeil, riemen SCHOUDERBLAD:
Schop, kan, vishaak, mes GEWEI:
Werktuigen, speerpunten,
harpoen, naalden
HAREN:
Bindmateriaal, kussens
VLEES:
Voedsel
BLAAS:
Waterzak
VET:
Olielampjes BEENDEREN:
Harpoenen, pijlpunten, naalden
MAAGINHOUD:
Voedsel
PEZEN:
Bindmateriaal
, 2) OUDHEID
Oude nabije oosten Klassieke oudheid
ca. 3500 v.C. ca. 800 v.C. ca. 500
DE NIJL
Mensen vestigden zich op gunstige plaatsen naast rivieren die jaarlijkse overstroomde zoals de Nijl.
Zij maakten gebruik van het vruchtbare slib waar ze hun graan in zaaiden.
De Egyptenaren bewerkten de bodem met sikkels en ploegen.
Ze verbouwden graan en bakten met de klei uit de rivier potten en bouwden er ook hutten en huizen mee.
BEGRIPPEN
In Egypte staan de koningen of farao’s aan het hoofd van het land.
Hij had alle macht en middelen voor het bestuur van de staat.
Bij hem moesten de belastingen ingediend worden.
Wanneer de farao stierf werd hij gemummificeerd.
Al zijn organen werden verwijderd en de lege holtes werden gewassen en opgevuld.
Hierna werd het lichaam in linnendoeken gewikkeld.
Voordat de mummie werd begraven in de sarcofaag werd hij in zijn houten kist nog versierd met vele sieraden en
werd er op het hoofd van de mummie een goud masker gedaan.
Deze kist werd dan in een sarcofaag gelegd, dat was een grote stenen kist in de vorm van een mens.
Hiërogliefen is het Egyptische schrift.
Het is één van de belangrijkste uitvindingen van de geschiedenis.
Het zijn geen letters, maar tekeningen.
GRIEKEN EN ROMEINEN
, BEGRIPPEN
De Acropolis is het hoogste punt van de stad.
Een heerbaan was de weg die de Romeinen gebruikte.
De mensen verplaatste zich te voet, te paard of met de kar.
Het waren verharde en rechte wegen en er lopen er duizenden doorheen het Romeinse rijk.
Belgica was een Gallische streek, maar werd overmeesterd door Julius Caesar (leider/generaal/politicus).
Hij leefde in de 1ste eeuw v.C. tot hij werd vermoord met een messteek.
Belgica werd het een Romeinse provincie.
Er werden heerbanen aangelegd en er ontstonden steden.
In onze streken was Tongeren een versterkte stad.
Ambiorix leidde in de 1ste eeuw v.C. de opstand van de Galliërs tegen het Romeinse Rijk.
Een Amfitheater is een ovaal open gebouw dat werd gebruikt voor gladiatorengevechten en dierengevechten.
In het gebouw waren verschillende tribunes en deze werden ingedeeld naar sociale status.
De beste plaatsen vooraan waren voor de hoogwaardigheidsbekleders, daarboven kwamen de zitplaatsen voor de
gegoede stand en weer daarboven voor het gewone volk.
Het bekendste amfitheater is het Colosseum in Rome.
Circus Maximus was een groot stadion in het centrum van Rome.
Het werd vooral gebruikt voor de populaire wagenrennen.
Hier mochten vrouwen en mannen gewoon naast elkaar plaatsnemen, iets wat zeker niet gebruikelijk was.
PROBLEMEN OUDE ROMEN EN NU
Meer dan 1 miljoen Romeinen binnen één stadsmuur zorgde voor heel wat problemen die we nu ook kennen.
Afval, verkeersopstoppingen en werkloosheid.