Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting vooruitgeschoven examen Nederlands. (Grammatica) €4,39   Ajouter au panier

Notes de cours

Samenvatting vooruitgeschoven examen Nederlands. (Grammatica)

 13 vues  0 achat

Samenvatting voor het vooruitgeschoven examen Nederlands (Grammatica) in december, COM1.

Aperçu 2 sur 6  pages

  • 7 janvier 2022
  • 6
  • 2021/2022
  • Notes de cours
  • Elke rötgens
  • Toutes les classes
book image

Titre de l’ouvrage:

Auteur(s):

  • Édition:
  • ISBN:
  • Édition:
Tous les documents sur ce sujet (32)
avatar-seller
myrthedegraeve
Nederlands vooruitgeschoven examen december: Grammatica

1. Woordsoorten
A. Het lidwoord:
Nederlands kent 3 lidwoorden: de, het (bepaald), een (onbepaald).
Het is altijd onzijdig en komt voor bij:
- Verkleinwoorden
- Gesubstantiveerde werkwoorden
- Namen van talen, windrichtingen, metalen en sporttakken
- Woorden die eindigen op -isme, -ment, -sel & -sum.

Aantal substantieven kunnen zowel met de als met het.
(Geen betekenisverschil):
De/het lesrooster
De/het parfum
De/het cluster
De/het commentaar


(Wel betekenisverschil):
In het stof bijten./Ken je de (leer)stof?
De portier opende de deur./ Het portier van de auto was beschadigd.


B. Het zelfstandig naamwoord of substantief:
Soortnamen: Gewone zelfstandige naamwoorden
Eigennamen: Specifiek voor namen, personen, dieren of zaken. Herkenbaar aan
hoofdletters.

C. Het werkwoord:
o Zelfstandige werkwoorden, KWW, HWW:
Zelfstandig WW: Kunnen de betekeniskern van de zin uitmaken, ze kunnen als enig
WW voorkomen in een zin.
Bv. Wouter spiekt.
Wanneer in een zin 2 WW voorkomen, is het WW dat niet de PV is, het ZWW.
Bv. Wouter heeft gespiekt.
Komt een zin voor in het voltooid deelwoord, dan is dat het ZWW.
Bv. Wouter zou wel eens gespiekt kunnen hebben
Koppel WW: ZWOBBELS.
Moeten gekoppeld zijn aan naamwoordelijk deel om betekenis te hebben.
Bv. Hij zou een goed journalist zijn.
Hulp WW: Hebben geen betekenis zonder andere werkwoorden. Ze hebben dus
altijd een werkwoordelijk deel nodig.
Bv. Ik wil dit academiejaar zeker slagen.

o Wederkerend en niet-wederkerende WW:
Wederkerende WW hebben in de zin een wederkerend VNW (me, je, zich, ons)
Bij niet-wederkerende WW is dat niet zo.
Bv. Joris haastte zich naar buiten.
Waarom stellen zij zich zo altijd zo aan?

, o De vervoeging van het werkwoord:
Vervoeging betekent dat het ww aangepast wordt aan:
- Het grammaticaal getal v/h onderwerp (enkv, meerv).
- De grammaticale persoon van het onderwerp (1 ste, 2e, 3e)
- De bedoelde tijd.

o Het bijvoeglijk naamwoord of adjectief:
Zegt iets over het substantief.
Bv. De ijverige marketeer, de marketeer is ijverig.
Sommige adjectieven duiden een eigenschap aan die versterkt kan worden.
Bv. Jan is groot. Piet is groter. Joris is het grootst.
Een adjectief kan ook een zelfstandig gebruikt worden.
Bv. De groenen zijn tegen elke vorm van kernenergie.

o Het bijwoord:
Zeggen iets meer over elementen in de zin dat geen zelfstandige naamwoorden zijn.
Bv. Marieke kan vlot lezen (vlot zegt iets over lezen)
Bijwoorden kunnen ingedeeld worden analoog aan de bijwoordelijke bepalingen:
Bijwoorden van plaats of richting (daar, ergens, opzij, bergop, …)
Bijwoorden van tijd (wanneer, hoelang, pas, vandaag, …)
Bijwoorden van frequentie (soms, dikwijls, telkens, doorgaans, …)
Bijwoorden van graad (nogal, enigszins, zeer, uitermate, …)
Bijwoorden van kwantiteit (bijna, volkomen, helemaal, vrijwel, …)
Bijwoorden van wijze (zo, aldus, hoe, anders, graag, …)
Bijwoorden van modaliteit (misschien, helaas, inderdaad, weliswaar, …)
Bijwoorden van ontkenning (niet, geen)
Bv. Die cursus moet hier ergens liggen
Wanneer begin je aan je nieuwe job?
Doorgaans komt hij altijd op tijd.

o Het voornaamwoord:
Een voornaamwoord is een woord dat verwijst naar iets anders. Dat is vaak een
zelfstandig naamwoord of een volledige zin.
Bv. Hij loopt over straat.
Ik heb dat nooit gezegd.
Het persoonlijk voornaamwoord: Het persoonlijk voornaamwoord kan de plaats
van het onderwerp, lijdend voorwerp en meewerkend voorwerp innemen.
Bv. Gitte is geslaagd & Gitte is blij  Gitte is geslaagd en ze is blij.
Het tijdschrift ligt op tafel  Het ligt op tafel.
Gitte & tijdschrift zijn antecedenten.
Het bezittelijk voornaamwoord: Geeft de relatie weer tussen een persoon, dier of
zaak en een zelfstandig NW.
Bv. Het eindwerk van hem  Persoonlijk voornaamwoord
Zijn eindwerk  Bezittelijk voornaamwoord
Soms kan het bezittelijk voornaamwoord ook zelfstandig gebruikt worden.
Bv. De onzen hebben de wedstrijd gewonnen.
Het aanwijzend voornaamwoord: wijst personen, dieren of zaken aan.
Bv. Is Griet er al? Die is doorgaans stipt op tijd.
Dit boek is van mij en dat is van hem.

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur myrthedegraeve. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €4,39. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

73314 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€4,39
  • (0)
  Ajouter