Dit is een samenvatting van het vak inleiding tot het recht gegeven te Antwerpen in de Karel de Grote-hogeschool. Dit vak loopt over een periode van 12 weken waar verschillende aspecten van het algemeen recht aan bod komen.
1 KENMERKEN EN DEFINITIE VAN HET RECHT
1.1 Kenmerken van het recht
▪ De samenleving ordenen
▪ Opgelegd door de samenleving
▪ Afgedwongen door de samenleving
1.2 Soorten rechtsregels
▪ Gedragsregels
▪ Toepassingsregels en -structuren (rechtsbescherming)
▪ Regels voor maken en wijzigen van wetgevingen (wijzigingsregels)
1.3 Definitie
Recht = geheel van afdwingbare regels.
Afdwingbare regels die het menselijk handelen in de samenleving ordenen. Deze worden opgelegd
door de eigen vertegenwoordigers.
1.4 Objectief recht vs. Subjectief recht
Objectief recht = grootste groep regels, het geheel van alle weten en rechten.
Subjectief recht = regels die enkel van toepassing zijn op jou als persoon.
(vb. groeipakket voor ouders)
1.5 rechtssubject vs. Rechtsobject
Rechtssubject = de persoon of groep die potentieel drager zijn van subjectieve rechten. (natuurlijke
personen en rechtspersonen)
Subjectieve rechten:
▪ Politieke rechten
▪ Civiele rechten (burgerlijke rechten)
Rechtsobject = voorwerp waar de rechtssubject hun subjectieve rechten op uitoefenen.
1.6 Rechtsmisbruik
Rechtsmisbruik = de uitoefening van een recht op een wijze die kennelijk de grenzen te buiten gaat
van de normale uitoefening van dat recht door een voorzichtig en bezorgd persoon.
▪ Afwezigheid van belang
▪ Oogmerk tot schade
▪ Abnormale rechtsuitoefening
1
,Maxine Cauwenbergh 2021-2022
2 SUBJECTIEVE RECHTEN INGEDEELD
Politieke rechten = subjectieve rechten die de burgers hebben tegenover de overheid.
Politieke vrijheden = fundamentele vrijheden die aan ons zijn gegeven en die
niet mogen worden aangepast.
Participatierechten = Recht om deel te nemen aan het beleid, recht om op te
komen voor de verkiezingen.
Sociaaleconomische rechten = Vergoedingen die wij kunnen krijgen (vb RSZ)
Burgerlijke rechten = subjectieve rechten die de burgers tegenover elkaar hebben.
Extra-patrimoniaal recht ( Niet in geld uit te drukken)
Persoonlijkheidsrechten = Alleen van toepassing op jou (vb recht op privacy..)
Familierechten = Tussen jou en een andere persoon (vb recht op scheiden…)
Patrimoniaal recht ( wel in geld uit te drukken)
Zakelijke rechten = Zakelijk eigendom, heerschappij
Vorderingsrechten = Iets eisen van een ander persoon
Intellectuele rechten = Aanspraak op eigen idee of intellectuele creatie
3.1 Nationaal recht
3.1.1 Privaatrecht
Regelt relaties tussen de burgers onderling, bepaalt:
▪ Welke subjectieve rechten toegepast kunnen worden
▪ Hoe deze rechten worden verworven
▪ Hoe deze rechten worden afgedwongen
Bij privaatrecht gaan ze uit van het principe van contractsvrijheid
= bevoegdheid om vrij over zijn middelen te beschikken.
Aanvullend ( suppletief) recht: om jezelf te beschermen, het contract staat boven de wet.
afwijken mogelijk indien het duidelijk in de overeenkomst staat. (“tenzij anders overeengekomen”)
Dwingend (imperatief) recht: is ontstaan om bepaalde categorieën van mensen te beschermen, de
wet staat boven het contract. Geen afwijking mogelijk.
A Burgerlijk recht
▪ Regeling van relaties tussen burgers
▪ Burgerlijk Wetboek
▪ ‘gemeen recht’
B Handels- en economisch recht
▪ Regeling voor handelaars, die daden van koophandel stellen
▪ Wetboek van Koophandel + Wetboek van Economisch Recht
▪ Aanzien als: economisch recht, ondernemingsrecht, vennootschapsrecht
▪ Objectieve en subjectieve handelsdaden
Subjectieve handelsdaad = handelingen van persoon of eigenaar zelf
Objectieve handelsdaad = handelingen/wetten die in de algemene handelssector worden opgesteld
3
, Maxine Cauwenbergh 2021-2022
C arbeidsrecht
▪ Wettelijke regeling tussen werkgever en werknemer
▪ Individueel en collectief
▪ Onderdeel van Sociaal Recht
Individueel arbeidsrecht = geheel van regels die betrekking hebben op een individuele
arbeidsverhouding tussen werkgever en werknemer
Collectief arbeidsrecht = regels die van toepassing zijn op de werkgever en werknemer van een
bepaalde onderneming, sector of op nationaal niveau
D Privaatrechtelijk procesrecht
▪ Regels rond privaatrechtelijke rechtscolleges
▪ Privaatrechtelijke procedures
▪ Gerechtelijk Wetboek
3.1.2 Nationaal Publiekrecht
Regelt relaties tussen burgers en overheid. Bepaalt bevoegdheden en organisatie van de overheid.
Overheid heeft een bevoorrechte positie:
▪ Algemeen geldende regels en wetten uitvaardigen
▪ Beslissingen opdringen aan burgers
▪ Strafrechtelijke vervolging en vrijheidsberoving
! Overheid kan ook privaatrechtelijk optreden !
A Grondwettelijk recht
▪ Regeling voor organisatie van de staat
▪ Bevat fundamentele rechten en vrijheden van burgers
▪ Grondwet (1831)
B Administratief recht
▪ Regeling voor organisatie en werking van uitvoerende macht
▪ Wetten, Koninklijke en Ministeriële besluiten, regionale, provinciale en gemeentelijke
verordeningen,…
C Fiscaal recht
▪ Bevat de regeling rond directe en indirecte belastingen
Directe belastingen = belasting berekend op basis van het inkomen (personenbelasting)
Indirecte belastingen = belastingen geheven naar aanleiding van een juridische handeling
(kopen/verkopen) of een voorbijgaand feit (overlijden)
4
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur maxinecauwenbergh. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €10,00. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.