Inleiding
- Meer digitale goederen en diensten ipv fysieke, ‘paperless’
- Mensen in ruimte gescheiden, collaboreren via ICT
- Nieuwe technologieën, 4e industriële revolutie?
- Beleidsinformatica: jonge wetenschap gericht op bedrijfskundige en economische
toepassingen van de informatica. Hybride gebied tussen bk/ec en ICT
Klassieke perspectief: strategieën of doelen leidend, ict ondersteunend, vanaf begin van
de beleidsinformatica
Innoverend perspectief: vertrokken uit ICT en gezocht naar welke innovaties deze
technologie op bk en ec vlak mogelijk maakt
Klassiek/ondersteunend perspectief: doel, systemen bouwen die data tot informatie verwerken voor
bk/ec processen, beslissingen,… (hardware en software worden daarvoor gebruikt)
Innoverend perspectief:
Beleidsinformatica als brug tussen bk en ict: ontstaan beleidsinformatica door toenemend belang
aan ict in de bk, ook door grote kenniskloof. Bedrijfskundigen en programmeurs hadden elkaar nodig
omdat ze te weinig wisten van elkaars vakgebied. 50 jaar geleden kloof groot, nu minder groot. De
beleidsinformatica vormt de brug tussen de 2 domeinen.
Bouwen informatiesystemen: functioneel constructieve kloof:
F-laag/functionele laag: worden de functies en vereisten van te ontwerpen artefact beschreven,
‘wat’ moet artefact kunnen
C-laag/constructieve laag: ‘hoe’, structuur van het artefact
van F naar C laag is het ontwerp, vaak is dit zeer complex, vandaar dat er een kloof is
Kloof toepassen op beleidsinformatica:
F-laag: is de bk laag om de vereisten te bepalen van het informatiesysteem
C-laag: is de ICT (hardware, software, netwerken en andere) om aan deze vereisten te voldoen
beleidsinformatica: tussen F en C laag. Ontwerpkarakter zeer duidelijk: bouwen/ontwerpen van
informatiesystemen op basis van ict die voldoen aan bk vereisten
Systeemontwikkeling: om ontwerpprocessen voor informatiesystemen te maken, vergelijking met
bouwproces:
- project management: elk project opgevolgd worden qua timing en budget. Eerder bk dan technisch
- systeemanalyse: bk vereisten en functionaliteit moet gekend zijn. ‘samen bouwen’: tussen
beleidsinformaticus en bedrijfskundige specialist intensieve samenwerking
- systeemontwerp: na analyse behoeften zal beleidsinformaticus ontwerp maken. Vereisten bk
vertaald in ontwerp voor technici.
Uitdaging: hoge organisatorische en technische complexiteit, en snelle technologische evoluties
beleidsinformaticus: niet enkel vertaalfunctie, doorloopt gans ontwerpproces gebruik makend van
kennis van diverse ontwerpdomeinen
Managementaspecten van informatiesystemen: hoe geschikte condities voor bouwen kunnen
gecreëerd worden.
- IT governance: welke it strategie wordt er gevolgd in de organisatie? Welke processen, structuren
en mechanismen zijn nodig voor goed IT beheer
,- IT audit: voldoen informatiesystemen en geautomatiseerde processen aan regelgeving opgesteld
door d organisatie of opgelegd door overheid?
2 perspectieven IT-strategie:
- kostengebaseerd: weinig aandacht voor nieuwe, innovatieve mogelijkheden van de ICT, focus op
kostenefficiëntie. Vanuit F vertrekken. = ondersteunend perspectief
- innovatie perspectief: vanuit C vertrekken. Vraag is dan welke innovatieve bk concepten/
strategieën deze mogelijk maken
Multidisciplinair karakter beleidsinformatica: ict en bk maar ook vele andere domeinen.
Beleidsinformatica moeilijk af te scheiden als 1 domein
Primaire activiteiten: kern van organisatie uitmaken, rechtstreek betrekking op productieproces van
product of dienst van de organisatie.
Secundaire activiteiten: ondersteunend aan primaire. (accounting, hrm, logistiek,…)
In begin beleidsinformatica: focus op automatiseren secundaire activiteiten, ondersteunend. Na een
tijd ook de primaire activiteiten werden geautomatiseerd. Belang ict steeg snel omdat kern
organisatie automatisch werd. Zorgde voor efficiëntiewinsten zichtbaar voor externe partijen die
zorgde voor winst. ict kan strategisch ingezet worden.
Innovatieve perspectief: problematiek ligt anders:
- nieuwe technologieën andere manieren van ontwerpen en programmeren
- innovatief systeem eerst in experimentele fase een kleinschalig prototype gemaakt los van andere
informatiesystemen
daarna aanpassen om op grotere schaal in productie te gaan, problematiek van het schalen.
Oplossing is de cloud maar steeds uitdagingen qua bouw
Ook managementaspecten ligt problematiek anders
, Hoofdstuk 1: informatie en informatiesystemen
Rol informatie bij bk beslissingen: bk beslissingen afhankelijk van juiste informatie
DIKAR model: data informatie kennis actie resultaat
Wat is informatie?:
- data: ruwe feiten die bepaald fenomeen, concept of gebeurtenis beschrijven, feiten zonder
betekenis of interpretatie
- informatie: data die betekenis heeft in context
verschil is dus relatief
- kennis: begrijpen van bepaald onderwerp, onder meer door gebruik van bepaalde hoeveelheden
informatie, ervaring en expertise. Een know how
Informatie als model van de reële wereld: informatiesysteem is informatie-spiegel van de reële
wereld. Reële wereld presenteren dmv data en informatie
informatiesysteem: maakt model (=abstractie) van reële wereld. Daardoor partieel en minder
complex dan reële wereld. Uitgedrukt in tekens, symbolen (moeten syntactisch correct zijn)
Voordelen: sneller, efficiënter, preciezer
voorwaarde: kwaliteit informatie-spiegel moet goed zijn
Data representatie: 2 categorieën
- Gericht op mensen en verwerking door mensen.
- Gericht op verwerking door machines of computers. (QR codes, inscannen en binair
voorstellen) onderscheid hier tussen gestructureerde, ongestructureerde en semi
gestructureerde data
Gestructureerde data: enkelvoudige datatypes zoals getallen, strings alsook geaggregeerde
datatypes zoals arrays en records
enkelvoudige datatypes: integer (geheel getal), real (rationeel, kommagetal), datum, string
(tekenreeks)
lijsten/arrays: meerdere enkelvoudige data weergeven, alle waarden moeten van zelfde
enkelvoudige datatype zijn. Lijsten kunnen 1 of meerdere dimensies hebben
records: gegevens opslaan die niet hetzelfde enkelvoudige datatype hebben, voorstellen als
steekkaart
array van records: meerdere records weergeven
relationele databanken: data representatie op basis van tabellen (=array van records) kolommen
geven aan welke gegevens in elk record moeten worden opgeslagen = attributen. Rijen geven
verschillende records weer. Sleutel gebruikt om naar bepaald record te verwijzen.
Tabellen kunnen in isolatie van elkaar gebruiken of verwijzen naar records in andere tabel
Opgeslagen data homogeen
horizontale homogeniteit: elk record van bepaald type steeds zelfde attributen
verticale homogeniteit: elk veld bevat voor alle records zelfde type informatie
Boomstructuur: ook voor meerdere enkelvoudige gegevens te representeren. Elementen
boomstructuur zijn knopen. Ouder, wortel, kind, broer/zus, bladeren