OMI les 4: psychodynamisch
ontwikkelingsmodel van
Dosen
Anton Dosen
Nederlandse kinderpsychiater die werkt met de doelgroep ‘verstandelijke beperking +
psychiatrische problematiek’
Stelde vast dat veel personen met een verstandelijke beperking kans hebben tot het
ontwikkelen v gedrags -en psychiatrische problemen hierbij schieten de klassieke
diagnostische instrumenten tekort
‘Hoe kunnen wij onze zorg voor die doelgroep verbeteren’ want klassieke diagnostische
instrumenten (bv. DSM5) zijn niet toereikend genoeg voor deze doelgroep
Integratieve benadering
= verschillende wetenschappen betrokken bij het samenstellen v zijn model
Hij stelt een multidisciplinaire aanpak voor om tegemoet te komen aan de complexiteit v
gedrags -en psychiatrische problemen bij personen met een verstandelijke beperking
4 dimensies van een persoon:
o Biologische dimensie
o Sociale dimensie
o Ontwikkelingsdimensie
o Psychologische dimensie
o een verandering in 1 dimensie, kan een kettingreactie veroorzaken met
veranderingen in de andere 3 dimensies
Sociaal emotionele ontwikkeling (kern!):
o Neuro-psychologie
o Psychiatrie
o Genetica
o Biologie
o Neurologie
,Ontwikkelingsdynamisch model
Dosen probeert psychische stoornissen bij mensen met een verstandelijke beperking vooral
te begrijpen vanuit de ontwikkeling van de persoon; zicht hebben op het ontwikkelingsaspect
wordt gezien als een belangrijk hulpmiddel in het stellen ve diagnose en het opzetten ve
behandeling
Vooral de ontwikkelingsfasen in de eerste 3 levensjaren vd normale ontwikkeling nemen een
centrale plaats in
De ontwikkeling ve mens duurt levenslang, maar de vroege ontwikkeling is het belangrijkst!
(= de basis, de wortels)
Het meten vd emotionele ontwikkeling v personen met een verstandelijke beperking via
de Schaal Emotionele Ontwikkeling (SEO)
Op deze manier ontstond de ontwikkelingsdynamische benadering in de psychiatrische
diagnostiek
Doelgroepoverschrijdend
Universeel erkend
Steeds meer toegepast bij kwetsbare doelgroepen:
o In psychiatrische instellingen
o In de jeugdzorg
o In scholen
o Bij ouderen
Ontstaan van emotionele problemen en
psychische stoornissen
Weegschaal aankunnen-kunnen belangrijk om niet enkel te weten wat iemand kan, maar
ook wat iemand aankan!
hier zicht op krijgen= weten wat iemand nodig heeft om
zich goed te voelen-, hoe dichtbij/veraf we moeten staan
ve cliënt-, welke structuur en grenzen hij nodig heeft
hier zicht op krijgen door kijken nr de betekenis v gedrag
o Kunnen: cognitieve ontwikkeling
Schools vlak
Verbaal
Motorisch
, …
o Aankunnen: sociaal emotionele ontwikkeling
Stagnatie/blokkade
Regressie
…
Ontwikkeling van emoties… hoe?
Sensitieve responsiviteit (belangrijk bij de ontwikkeling v emoties!):
o Gevoelig (‘sensitief’) zijn vr de signalen die het kind geeft, door goed te kijken naar
het kind en te proberen begrijpen wat het bedoelt
o Adequaat reageren (‘responsief’) door op de juiste manier in te spelen op de signalen
vh kind
o Sensitieve responsiviteit: vergelijken met ‘antennes’ op het hoofd vd zorgfiguur;
het opmerken en juist interpreteren vd signalen vh kind én het snel, consistent en
adequaat reageren op deze signalen -> geeft een gevoel v veiligheid en het
basisvertrouwen in anderen en de omgeving om zich verder te ontwikkelen
Sensitieve responsiviteit onder druk:
o Niet evident wanneer je ouder wordt ve kind met een beperking; ouders gaan door
een rouwproces en het is voor hen niet zo evident om zich volledig open te stellen en
af te stemmen op de signalen v hun kind
o Moeilijkheid: verminderde afleesbaarheid vd signalen = moeilijker juist interpreteren
o Volgens onderzoek: dit 1 vd oorzaken voor het vaker voorkomen van bijkomende
gedrags -of emotionele problemen bij deze doelgroep
Ontstaan van geestelijke gezondheidsproblemen:
o Vooral daar wanneer er een discrepantie/verschil bestaat tussen de socio-
emotionele ontwikkeling en de cognitieve ontwikkeling. Vooral de sociaal-
emotionele ontwikkeling kan stagneren of blokkeren
o Dynamisch gegeven: het kan best zijn dat iemand goed functioneert en er harmonie
is tussen het cognitief en sociaal-emotioneel functioneren, maar dat er door
gebeurtenissen (stress, verlieservaringen,…) een terugval of regressie is naar een
lager ontwikkelingsniveau; we spreken alleen over geestelijke
gezondheidsproblemen wanneer een terugval zich niet meer herstelt. Een tijdelijke
terugval is normaal!
Fasen in de emotionele ontwikkeling:
o 1e fase (0-6mnd): Adaptatiefase
o 2e fase (6-18mnd): Eerste socialisatiefase
o 3e fase (18-36mnd): Eerste individuatiefase
o 4e fase (3-7jr): Identificatiefase
o 5e fase (7-12jr): Realiteitsbewustwordingsfase
, o wordt uitgegaan ve fasisch verloop -> kritiek: simplificatie v complexe materie
o toch gekozen voor fasische benadering omdat: bepaalde stadia zich
onderscheiden v elkaar door verschillende fysiologische en psychologie kenmerken
+ indeling in fasen maakt het overzichtelijker -en makkelijker begrijpbaar
o gemaakt voor praktische doeleinden, nl. onderzoek en diagnostiek bij mensen
met een verstandelijke beperking (drm oorspronkelijk tot leeftijd 12jr)
o kind met verstandelijke beperking maakt dezelfde fasen door, maar de mate en
tijd waarin verwerking en inprenting v ervaringen plaatsvindt is anders
Persoonlijkheidsstructuur gekenmerkt door ‘gedragstrekken’:
o 1e fase: Psychofysiologische homeostase
o 2e fase: Hechting (iets neg. gebeurd in deze fase kan leiden tot moeilijkere hechting)
o 3e fase: Zelf-Ander differentiatie
o 4e fase: Ego-vorming (morele ontwikkeling)
o 5e fase: Ego-differentiatie (moreel ego)
o persoonlijkheidsstructuur zorgt voor een nieuwe aanpassing (adaptatie) aan de
omgeving op een hoger niveau
o iedere nieuwe ontwikkelingsfase heeft tot gevolg dat er een nieuwe
persoonlijkheidsstructuur of een nieuwe laag toegevoegd wordt
o in ongunstige situaties ook trekken van maladaptief gedrag= kwantitatief anders
dan de trekken vh adaptief gedrag: door de hoge intensiteit vd maladaptieve
trekken kan de persoon zich niet aanpassen aan de omstandigheden en kan hij zich
niet verder adequaat psychosociaal ontwikkelen
SEO-R² (Schaal voor Emotionele Ontwikkeling v mensen met een verst. bep. – Revised):
o 13 rubrieken met betrekking tot het emotioneel en sociaal functioneren,
onderverdeeld in 5 ontwikkelingsfasen
o Doel= vaststellen in welke sociaal-emotionele ontwikkelingsfase een cliënt zich
ongeveer (!) bevindt; dit mondt uit in omgangs -en behandelingsadvies
o Vermindert de machteloosheid (+):
o Sterkt het team als team (+):
o Handvaten (+):
o Niet eenvoudig te scoren (-):
o Tijdrovend (-):
SEO-V (Schaal vr Emotionele Ontw. v mensen met een verst. bep. – Verkort):
o Verkorte versie van de SEO-R² en biedt een snel inzicht in de psychosociale
problematiek v cliënten, daar waar de SEO-R² eerder gezien kan worden als een
diepgaand discussie en assessmentinstrument
o Snelle screening vd EO (+):
o Eenvoudig te scoren (+):
, o Minder diepgaand (minder zicht op noden/motivaties) (-):
o Zet minder aan tot discussie in team (-):
1. Adaptatiefase-homeostase
Mensen in deze fase worden constant heen en weer geslingerd tussen homeostase en
disregulatie; men is nog volop bezig met zich fysiek aan te passen aan de buitenwereld. Ze
zijn erg gevoelig voor alle zintuiglijke prikkels die op hen afkomen + er is sprake van hypo -of
hyperarousal (ontregeling innerlijk spanningsniveau)
Mensen met een diep verstandelijke beperking functioneren meestal binnen deze sociaal-
emotionele-ontwikkelingsfase
Van 0-6mnd – (diep verst. bep. (IQ <20)):
o Fysiologische aanpassing (geborgen in buik -> echte buitenwereld, bv. leren drinken)
o Sensorische integratie via zintuigen (zien, horen, ruiken,…)
o Ontdekken van structuren van ruimte, tijd en personen (bv. dag en nacht ontdekken)
o Bereiken van ‘homeostase’ (= evenwicht gevonden)
Link Timmers Huigens: lichaamsgebonden ervaringsordening
+ Streven nr een evenwicht tssn inspanning en ontspanning
Op zoek naar de betekenis van gedrag (wenen), fase 1:
o Help me…
Ik ben zo moe!
Er is hier teveel lawaai!
Ik heb tandpijn!
…
Adaptatie (‘normaal’) vs dysregulatie:
, o Super-gevoelig
o Heel snel té (veel/weinig)
o Prikkelgevoelig
o Fysiologische (dys)regulatie
o Functioneren volgens innerlijk spanningsniveau
o Meedeinen op/volledig overnemen van spanning en emoties van omgeving
o Snel vermoeid, alleen door alles te verwerken, zich aan te passen
o Lust – onlust
o Inwisselbare andere
o Beginnend hechtingsgedrag
o Aanpak gebaseerd op aanspreekbaarheid
o Opbouwen van ritme en regelmaat
o Evenwicht rust-actie
o …
o NORMAAL GEDRAG!
Verstoring id adaptatiefase maladaptief gedrag:
o Verlies v alle structuren in tijd en ruimte
o Onrust, (existentiële) angst, zelfverwondend gedrag, verstoring vh dag -en
nachtritme, agressieve en extreme teruggetrokkenheid, passiviteit (depressie)
o Mogelijke diagnoses: psychose, ernstige autistische beelden, schizofrene problemen,
…
2. Eerste socialisatiefase
Wordt ook wel de gehechtheidsfase genoemd; vertrouwen vs wantrouwen is het grote
thema. De mensen hier zitten nog in symbiose, ze hebben nog geen eigen ‘ik’ en kunnen niet
functioneren zonder een ander (ouder/begeleider/verzorger). Ook doen ze aan ‘testgedrag’=
het aftasten, het toetsen van de relatie met de ander dit is normaal in deze fase!
Mensen met een ernstig verstandelijke beperking functioneren meestal binnen deze sociaal-
emotionele-ontwikkelingsfase
Hechting en basale veiligheid: 6-18mnd – (ernstig verst. bep. (IQ 25-35)):
o Fase vd symbiose (symbiose= samensmelten met iemand; de mama)
o Angst vr vreemden, seperatieangst
o Hechting aan transitionele objecten (= belangrijke thuisobjecten, bv. dekentje)
o Objectpermanentie (object/persoon in geheugen opslaan)
o Onderzoekt de omgeving
, Link Timmers Huigens: lichaamsgebonden ervaringsordening blijft de hoofdordening, begin
v associatief ordenen
-> te vergaand= symbiotische relatie; relatie werkt verstikkend+vormt valkuil
+ betrouwbaarheid:
-Holding: emotionele omgeving
-Containment: projecteren v ondraaglijke
+ cliënten kunnen erg sociaal wenselijk praten en veel vragen stellen gevoelens in moeder; moeder containt deze
gevoelens en speelt deze terug in een
gemodificeerde en behelsde vorm zodat het
+ niet overschatten op basis van hun verbale mogelijkheden kind dit kan ontwoekeren en re-integreren
als zijn eigen gevoel
+ waarschuwing voor overschatting
+ tijdig ingrijpen en niet laten escaleren
Op zoek naar de betekenis van gedrag (wenen), fase 2:
o Blijf bij me!
o Ik heb schrik van die nieuwe meester
o Waar is mijn knuffel?
o …
Vertrouwen vs wantrouwen is het grote thema!
o Gehechtheid
o ‘Samen’
o ‘Plakken’, symbiose
o Basis(on)veiligheid
o Afhankelijk v Belangrijke Anderen (BA)
o Ambivalentie (bv. aantrekken-afstoten)
o Gedeelde aandacht (joint attention)
o Separatie-angst en angst voor afwijzing
o Nabijheid en verbondenheid
o Betrouwbaarheid van BA, geen confrontatie of straf
o Herstel en herbeginnen
o …
o NORMAAL GEDRAG
Verstoring id socialisatiefase maladaptief gedrag:
o Angst!
o Protestgedrag, onrust, apathie, agressiviteit tov hechtingsfiguur, snelle
stemmingswisselingen, zelfverwondend gedrag bij hoge frustratie,…