Dit document geeft een volledige, bondige samenvatting van het van Praktisch Staatsrecht, evenals een uitwerking van de hoorcolleges van week 1 tot en met 4.
Hoofdstuk 1
We spreken van een staat als er een gemeenschap is van mensen op een bepaald grondgebied,
waarover een organisatie het hoogste gezag uitoefent. Een staat kan twee betekenissen hebben,
namelijk een land of het gezag in het land, de overheid.
Grondgebied: dit zijn de grenzen van een staat.
Gemeenschap: deze wordt gevormd door mensen die daartoe behoren vanwege hun afstamming of
die op eigen verzoek de nationaliteit van de staten hebben verkregen.
Gezag: het hoogste gezag van de staat is gericht op het scheppen en handhaven van orde en recht.
Geweldsmonopolie: alleen het hoogste gezag mag geweld gebruiken.
Soevereiniteit: de staat is een zelfstandige en ondeelbare eenheid. De staat is ook een
rechtspersoon, omdat ze een drager van rechten en plichten is.
Een vierde element van een staat is erkenning. Erkenning is niet per se nodig om aan het begrip
‘staat’ te voldoen, maar wel handig om handel te drijven en goed contact te onderhouden met
andere landen.
Algemeen belang: datgene wat in belang is van de meeste burgers en de staat als geheel.
Het Koninkrijk der Nederlanden
De Nederlandse koloniën waren Nederlands-Indië, Suriname en de zes eilanden van de (toenmalige)
Nederlandse Antillen: Aruba, Bonaire, Curaçao, Saba, Sint Eustatius en Sint Maarten.
Sinds 1986 bestond het Koninkrijk uit een staatsrechtelijk samenwerkingsverband tussen drie landen:
Aruba, de Nederlandse Antillen en Nederland.
De Nederlandse Antillen zijn op 10-10-10 opgeheven.
Zelfstandige staten binnen het koninkrijk: Curaçao, Sint Maarten en Aruba.
Openbare lichamen: Bonaire, Sint Eustatius en Saba (BES-eilanden).
Aan het Nederlanderschap zitten bepaalde gevolgen, waaronder:
Exterritoriale bescherming. Als een Nederlander buiten de grenzen om een misdrijf pleegt, is
het Wetboek van Strafrecht grotendeels van toepassing op de persoon.
Diplomatieke bescherming. Als een Nederlander door het buitenland gevangen wordt
genomen, krijgt hij bescherming van de regering. Zij zorgt ervoor dat de buitenlandse
regering de persoon goed behandeld en probeert de Nederlander in sommige gevallen in
Nederland zijn straf uit te zitten.
Vreemdeling: hij die de Nederlandse nationaliteit niet bezit.
Derde generatie: kinderen van wie de niet-Nederlandse ouders ook in Nederland zijn geboren en
minderjarigen die zijn geadopteerd.
Tweede generatie: niet-Nederlandse jongeren tussen de 18 en de 25 die sinds hun geboorte in
Nederland hebben gewoond. Zij moeten wel een optieverklaring afleggen.
, Staatsrecht Samenvatting + hoorcolleges
Naturalisatieverzoek: vreemdelingen die 5 jaar legaal in Nederland hebben gewoond of 3 jaar zijn
getrouwd met een Nederlandse partner en ouder zijn dan 18 jaar, kunnen zo’n verzoek indienen en
het Nederlanderschap verkrijgen.
Koppelingsbeginsel: de rechten van een vreemdeling zijn gekoppeld aan zijn rechtmatig verblijf.
Visum: Nederland verleent toestemming aan een vreemdeling om in Nederland te verblijven.
Machtiging tot voorlopig verblijf: dit is hetzelfde als een visum, maar dan voor een langere periode.
Dit wordt in eigen land aangevraagd.
Verblijfsvergunning regulier: deze kan de persoon in kwestie aanvragen na de machtiging tot
voorlopig verblijf in Nederland. Deze vergunning is persoonsgebonden.
Verblijfsvergunning asiel: asielzoekers moeten zo’n vergunning aanvragen in een Nederlands
aanmeldcentrum.
Verdragsvluchteling: de asielzoeker die een gegronde vrees heeft dat hij in zijn eigen land wordt
vervolgd wegens zijn ras, godsdienst, nationaliteit, politieke overtuiging of omdat hij tot een
bepaalde sociale groep behoort.
Een verblijfsvergunning wordt alleen verleend o.g.v. art. 13 Vw als:
Nederland hiertoe verplicht is o.g.v. het Vluchtelingenverdrag;
Met de aanwezigheid van de vreemdeling een wezenlijk Nederlands belang is gediend;
Er klemmende redenen zijn van humanitaire aard.
Bronnen van staatsrecht:
Het Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden
De Grondwet
(Organieke) wetten en besluiten, reglementen
Gewoonterecht
Verdragen en Europese maatregelen
Jurisprudentie
Staatsregeling: de rechtsregels die het staatsgezag en de organisatie van de staat vastleggen. Deze
regeling is te vinden in de Grondwet.
Statuut: regelt de organisatie van het Koninkrijk en de onderlinge verhoudingen en de samenwerking
tussen Nederland en overzeese delen van het Koninkrijk.
De Grondwet: regelt de inrichting en het functioneren van de Nederlandse staat en de staatsorganen
en de verdeling van de staatsmacht.
Wetten in formele zin: wetten gemaakt door de formele wetgever, de regering en de Staten-
Generaal.
Organieke wet: als de Grondwet bepaalt dat iets nader geregeld moet worden in een wet in formele
zin.
Reglementen: regelen onder andere de gang van zaken bij vergaderingen en andere
werkzaamheden.
Gewoonterecht: dit zijn (ongeschreven) regels.
Van een gewoonte is sprake als een bepaald gebruik waarvan men vindt dat het juridisch gezien zo
hoort, een zekere tijd voortduurt.
Jurisprudentie: bepaalde uitspraken van rechters.
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur riannedevries2. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €11,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.