1
, Psychodiagnostiek 2
Domeinspecifieke leerresultaten
De psychologisch consulent analyseert en toetst een psychologische aanmelding op
ontvankelijkheid
• De student kan gericht informatie inwinnen bij/over de cliënt (wie komt, met wat, net
nu, naar hier)
• De student kan informatie verschaffen omtrent de praktische werking van een
organisatie en de doelstellingen (werkwijze, afspraken,…)
• De student kan de aanmelding inhoudelijk toetsen (werkterrein, deskundigheid)
• De student kan de aanmelding toetsen aan deontologische en wettelijke criteria
• De student kan besluiten of de aanmelding ontvankelijk is en wat het vervolgtraject is
(‘go’: psychodiagnostisch proces versus ‘no go’: afronding/doorverwijzing)
• De student kan het besluit (go versus no go) bespreken met de cliënt en indien nodig
gericht doorverwijzen
2
,De psychologisch consulent verzamelt en analyseert intakegegevens over psychosociale
vraagstellingen
• De student kan exploratief, met een open visier, relevante informatie verzamelen over
de klachtendomeinen, sterktes, contextgegevens en andere anamnestische
gegevens van de cliënt, in functie van het analyseren van de vraagstelling
De student kan gericht, vanuit zijn/haar psychologische voorkennis
(hypothesegestuurd), relevante informatie verzamelen over de klachtendomeinen,
sterktes en contextgegevens van de cliënt, in functie van het analyseren van de
vraagstelling
De student kan beslissen welke (combinatie van) methoden (bv.
gesprekken/interviews, screeningsinstrumenten, observatie, dossierstudie) geschikt
zijn om informatie exploratief en hypothesegestuurd te verzamelen in intakefase
• De student kan afwegen en beslissen welke partners betrokken moeten worden om
informatie te verzamelen in functie van het analyseren van de vraagstelling
• De student kan een professionele relatie uitbouwen met de cliënt (en/of andere
partners)
• De student kan de geslecteerde methoden (bv. gesprekken/interviews,
screeningsinstrumenten, observatie, dossierstudie) passend bij de intakefase,
accuraat toepassen, scoren en interpreteren
De psychologisch consulent genereert toetsbare hypothesen over psychosociale
vraagstellingen
• De student kan de ingewonnen informatie clusteren in functie van het genereren van
toetsbare hypothesen (informatie ordenen, eventuele hiaten opmerken en
desgevallend verder exploreren)
• De student kan een voorlopig integratief beeld opstellen in functie van het genereren
van toetsbare hypothesen
• De student kan hypothesen afleiden uit het voorlopig integratief beeld
• De student kan voor elke hypothese nagaan of deze tijdens de intake of voorgaand
onderzoek reeds voldoende bertrouwbaar getoetst werden en kan besluiten of verder
aanvullend onderzoek noodzakelijk is, dan wel of er kan overgegaan worden tot
advies en rapportering (met indien nodig gerichte doorverwijzing)
De psychologisch consulent bepaalt een aanvullend onderzoekstraject en voert dit uit
• De student kan de nog niet voldoende getoetste hypothesen uit de intakefase
vertalen naar toetsbare onderzoekshypothesen
• De student kan voor het beantwoorden van de onderzoekshypothesen (een)
onderzoeksmethode(n) selecteren (bv. gesprek/interview, screeningsinstrument,
psychodiagnostische test, observatie) passend bij de fase van aanvullend onderzoek
• De student kan toetsingscriteria opstellen per onderzoekshypothesen
3
, • De student kan de geselecteerde methoden (bv. gesprek/interview,
screeningsinstrument ,psychodiagnostische test, observatie) passend bij de fase van
aanvullend onderzoek, accuraat toepassen, scoren en interpreteren
• De student kan besluiten welke hypothese(n) kan/kunnen worden weerhouden of
verworpen en/of welke bijgesteld moeten worden
De psychologisch consulent integreert diagnostische informatie en komt tot een
indicatiestelling
• De student kan een integratief beeld opstellen door alle getoetste informatie uit de
intakefase en de fase van aanvullend onderzoek samen te brengen
• De student kan mogelijke interventies oplijsten op basis van het getoetst integratief
beeld
• De student kan mogelijke interventies afwegen op basis van hun haalbaarheid voor
de cliënt en selecteren welke hij/zij kan voorleggen
De psychologisch consulent rapporteert en adviseert
• De student kan teamoverleg plegen in functie van het diagnostisch proces en de
besluitvorming
• De student kan mondeling rapporteren over de testresultaten, en/of het getoetst
integratief beeld en/of de indicatiestelling en kan samen tot een keuze voor
interventie komen
• De student kan schriftelijk rapporteren over de testresultaten, en/of het getoetst
integratief beeld en/of de indicatiestelling
De psychologisch consulent evalueert de gevolgde interventies
• De student kan zijn/haar interventies (proces en product) evalueren
• De student kan op basis van de evaluatie van de gevolgde interventies conclusies
trekken en indien nodig bijsturen
4