Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting ontwikkelingspsychologie €7,49   Ajouter au panier

Resume

Samenvatting ontwikkelingspsychologie

5 revues
 320 vues  25 fois vendu

Volledig boek werd samengevat a.d.h.v. de ppt's

Aperçu 4 sur 43  pages

  • Oui
  • 20 décembre 2021
  • 43
  • 2021/2022
  • Resume
book image

Titre de l’ouvrage:

Auteur(s):

  • Édition:
  • ISBN:
  • Édition:
Tous les documents sur ce sujet (7)

5  revues

review-writer-avatar

Par: josefiengouwy1 • 7 mois de cela

review-writer-avatar

Par: yanena • 10 mois de cela

I found it a bit too short for a summary. Sometimes important things weren't there or something was too short so you didn't understand. De opsomming was soms verwarrend. Ik vind de prijs daarvoor dan ook wat te hoog, ik had meer verwacht.

reply-writer-avatar

Par: staceyhuysentruyt • 10 mois de cela

Traduit par Google

Hi Yanena, sorry you think this. Of course, everyone studied differently. The things that were considered important in the lesson or that I personally find important are covered. Everyone makes a summary in their own way. My prize remains as I put in the time and effort myself! Good luck!

review-writer-avatar

Par: sharidewaele • 11 mois de cela

review-writer-avatar

Par: katjaschipperheijn • 1 année de cela

review-writer-avatar

Par: eleenteneur • 2 année de cela

reply-writer-avatar

Par: staceyhuysentruyt • 2 année de cela

Traduit par Google

Réponse supprimé par l'utilisateur

avatar-seller
staceyhuysentruyt
Ontwikkelingspsychologie

1. Inleiding in de ontwikkelingspsychologie
1.1. Inleidende vragen & begrippen
 Wat is ontwikkelingspsychologie?
- Definitie: De studie die men probeert te begrijpen hoe een mens ontwikkelt van conceptie tot
dood
- Nature: Genetische eigenschappen en de daarbij horende rijping
- Nurture: Invloeden vanuit de omgeving, “men is zo geworden”
 Hebben kinderen dan zelf geen invloed op hun ontwikkeling?
- Het kind is in staat zijn eigen ontwikkeling te sturen
- Het actieve of creatieve kind
- Zelfbepaling en autonomie
- Neemt toe met de leeftijd
 Omgevingsinvloeden spelen een sterke rol wanneer ze extremer zijn en dit meestal in negatieve zin
Vb. pesten –> negatief zelfbeeld
Vb. weinig taal -> taalontwikkeling
 Gevoelige periode (sensitieve periode)
- Een kind is rijp om iets aan te leren
- Het is de ideale periode om iets aan te leren
 Bv. rond de leeftijd van 3 jaar zijn de hersenen klaar om een tweede taal aan te leren
 Waarom ontwikkelingspsychologie?
- Eerst moet je kennis opdoen rond de ontwikkelingspsychologie, daarna kan je al je kennis
toepassen in de opvoeding & onderwijs.




 Ontwikkeling is een complex samenspel van aanleg, milieu en zelfsturing
- Aanleg: Iets dat je meekrijgt van bij je geboorte
- Milieu: Iets dat je meekrijgt vanuit je omgeving
- Zelfsturing: leiden van je eigen gedrag
Examen: Factoren kunnen uitleggen: aanleg, milieu, zelfsturing
 De ontwikkeling van een kind evolueert geleidelijk aan, maar ook in stappen
- Kwalitatieve benadering:
 Zich stapsgewijs ontwikkelen
 In stadia
- Kwantitatieve benadering
 Geleidelijk veranderen (vloeiend)
 De perioden van het leven (blz. 26)
- Examen: benaming en leeftijden kennen

Benaming Periode Ontwikkelgebieden en onderzoeksvragen
Prenatale periode Voor de geboorte -Aandacht voor de lichamelijke ontw.
Babyperiode 0-18 maanden -Goede hechting
-Vroeg sociaal gedrag
-Ontwikkeling van motoriek = aandachtspunt
Peuterperiode 18 maanden- 3j -Taalontwikkeling & Denkontwikkeling staan centraal
-Sociale ontwikkeling, ontwikkeling van motoriek en
hechting van belang
Kleuterperiode 3-6 jaar -Taalontwikkeling = aandachtspunt
-Sociale ontwikkeling, ontwikkeling aanvankelijk
rekenen en het leren controleren van emoties
Lagere schoolperiode 6-12 jaar -Sterke focus op schoolse ontwikkeling
Adolescentieperiode 12-20 jaar -Sociale en emotionele ontw
-Ontw. Van identiteit

, Periode van vroege volwassenheid 20-30 jaar -Verdere verfijning van denkvaardigheden & sociale
mogelijkheden
Periode van de volwassenheid 30-60 jaar -Focus op werk en gezin
Periode van latere volwassenheid Ouder dan 60 J -Onderzoek naar verminderen van cognitieve &
motorische vaardigheden
1.2. Periodes en leeftijden
 Tijd is belangrijk om te ordenen in de ontwikkelingspsychologie
 Bepaalde periodes vallen samen met andere belangrijke periodes:
- Van babytijd naar peutertijd met eventueel de instapklas (tussen 2.5-3 jaar)
- Overgang van instapklas naar de kleuterklas
- Overgang van kleuterklas naar lagere school
- Overgang van lagere school naar middelbare school
 Afgebakende periodes markeren typische onderzoeksvragen en eigenschappen of vaardigheden die bij
een kind aanwezig zijn
 Voorbeeld: wanneer een kind niet de mogelijkheden heeft gehad om zich veilig te hechten,
dan is er een kans dat de verdere emotionele ontwikkeling in de adolescentie moeilijker
verloopt of verstoord is (bv. niet in staat zijn om vriendschappen aan te gaan, vermijden van
duurzame relaties)
 Spreekt voor zich dat kinderen ondersteund moeten worden

Tabel: opvoedingstaken

Leeftijden Voorbeelden van ontwikkelingsopgaven Voorbeelden van opvoedingstaken
0-2 jaar -Controle krijgen over het eigen lichaam -Een veilige omgeving bieden
-Exploreren -Exploratie aanmoedigen
-Leren spreken -Bepaalde mate van autonomie
-Leren lopen -Praten met het kind
2-6 jaar -Herinneringen proberen vasthouden -Op speelse wijze het kind cognitief stimuleren en
-Leren omgaan met leeftijdsgenootjes ondersteunen
-Leren wat goed is en wat fout -Omgang met anderen toelaten
-Op een gepaste wijze straf en beloning gebruiken
6-12 jaar -Leren lezen, schrijven en rekenen -Schoolse presentaties waarderen
-Contact met leeftijdsgenoten zoeken -Omgang met anderen aanmoedigen
-Fysieke behendigheid ondersteunen -Spelen aanmoedigen
12-16 jaar -Eigen lichaam leren accepteren -Adolescenten toelaten te experimenteren in functie
-Emotioneel afhankelijk worden van het zoeken naar hun identiteit
-De eigen identiteit verder ontwikkelen -Steun bieden

1.3. Een aantal visies op de ontwikkeling van kinderen
 Verschillende visies op ontwikkeling
 Verschillende tijdstadiums
1.3.1. Psychodynamisch
 Begin van de 20ste eeuw
 Invloed van het gezin op de ontwikkeling van het kind
 Ervaringen of trauma’s in kindertijd van cruciaal belang
 Freud: psychoseksuele persoonlijkheidsontwikkeling
 Erikson: psychosociale persoonlijkheidsontwikkeling
- Voorbeeld: stel dat een kind snel woorden moet verzinnen omtrent het woord ‘liefde’ en het
aarzelt of geeft ongewone associaties zoals verdriet en verlies, dan kan dat een aanzet zijn om
hierover de therapie of het gesprek verder uit te bouwen
1.3.2. Behaviorisme
 Geeft invloed op hoe men gedrag kan aanleren
 = een leertheorie (andere benaming)
 Aandacht voor waarneembaar gedrag
 Straffen en belonen zijn belangrijk in opvoeding
 Klassieke conditionering
- Het kind leert een toekomstige toekomst voorspellen
 Bv: Pavlov heeft een hond leren kwijlen als de bel gaat. Normaal gaat een hond niet kwijlen als
de bel gaat. Het dier maakt na een tijd de associatie met de bel. Hierop moet je wel oefenen
dit lukt niet na 1x.

,  Bv. een reclamemakers tonen vaak een mooi beeld dat aangename gevoelens oproept en
koppelen het aan een bepaald product door ze samen te tonen. Op een bepaald moment
roept het zien van het product in de winkel (zonder het aangename beeld) een aangenaam
gevoel op en ga je het sneller kopen
- Controversiële proef: hoe angst creëren voor bepaalde dieren?
 Een 11 maand oude jongen liet men herhaaldelijk een luid en onaangenaam geluid horen.
Tegelijkertijd lieten ze hem een rat zien. Van de rat was hij eerst niet bang, maar na een aantal
ervaringen met het helse lawaai vermeed het kind de rat en ontstond er zelf een angst voor
de rat. Later werd er vastgesteld dat het kind ook een angst had ontwikkeld voor andere
kleine dieren.
 Operante conditionering
- Die het gedrag van mensen en dieren kan verklaren
- Men leert dat gedrag aanleiding geeft tot een bepaald gevolg
 Enkele begrippen uit de leerpsychologie:
- Bekrachtigen:
 Positieve bekrachtigers
o Een beloning en versterkt altijd het gedrag
o Als je een kind beloond met een snoepje omdat het kind flink was, dan word het
gedrag positief bekrachtigd door een snoepje
 Negatieve bekrachtigers
o Iets onaangenaams verdwijnt of wordt weggenomen
o Stel dat je een kind een opmerking geeft omdat het zijn jas niet aan de kapstok hing.
De dag nadien doet het kind dit nu wel om een nieuwe berisping te vermijden.
- Telkens of af en toe bekrachtigen
 Beloningen moet niet altijd worden gegeven wanneer we gedrag willen aanmoedigen.
Aangeleerd gedrag zal door het af en toe bekrachtigen bijvoorbeeld minder snel uitdoven.
- Primaire bekrachtigen
 De beloning is een beloning op zichzelf, zoals snoep, drinken, ..
- Secundaire bekrachtigers
 De beloning is iets aangeleerds, zoals geld of punten op een rapport
- Straf
 Straf vermindert gedrag.
 Straf kan bestaan uit het toedienen van iets onaangenaams zoals even aan de kant staan, ..
- Gewenning of habituatie
 Een respons verdwijnt bij het herhaaldelijk aanbieden van de veroorzakende prikkel.
 Bv. de trein in je achtertuin zal je na verloop niet meer horen.
- Uitdoving en negeren
 Gedrag dat niet meer wordt gevolgd door het gewenste effect, zal afnemen of uitdoven.
Bijvoorbeeld: als men geen aandacht meer krijgt van anderen als men iemand pest
 Sociaal leren (Bandura)
- Leren gebeurt ook door observeren en imiteren
- Imiteren kan leiden tot beloning
- Imiteren kan op zich reeds voldoening geven
- Belang van besef van onze voorbeeldfunctie
1.3.3. Cognitief-wetenschappelijke benadering
 Richt zich vooral op hoe mensen denken, waarnemen en informatie verwerken
 Heeft inzicht in de verwerkingsprocessen die in het menselijke brein plaatsvinden
 Aandacht blijkt een rol te spelen bij het doorsturen van informatie naar de verschillende geheugens
 Het cognitivisme -> belangrijke bijdrage geleverd aan onze kennis over het verwerven en integreren van
informatie en van toepassing ervan
 Begrippen:
- Kort sensorisch geheugen (KSG)
- Korte termijngeheugen (KTG)
- Lange termijngeheugen (LTG)
- Werkgeheugen (WG)
 Belang voor onderwijs: hoe verder opbouwen van (bestaande) kennis?
- Nadenken over hoe we het best les geven, instructies geven en hoe we feedback geven.
- Rekening houden met de mentale capaciteiten van het kind: zijn verwerkingssnelheid,
voorstellingsvermogen, redeneervermogen, geheugen enz.

, 1.3.4. Systeembenaderingen
 Het bio-ecologisch model van bronfenbrenner




Een korte beschrijving van deze vijf lagen, van binnen naar buiten
- Microsysteem
 Staat het dichtst bij het kind
 Omvat de directe invloeden van gezinsleden, vrienden, leerkracht, …
- Mesosysteem
 Gaat om de relaties tussen verschillende microsystemen en hoe die relaties een invloed
kunnen hebben op het kind. Hoe reageren ouders op de vrienden van het kind?
 Deze relaties moeten elkaar ondersteunen.
- Exosysteem
 Invloeden afkomstig van maatschappelijke systemen
 Voorbeelden: de vriendenkring van de ouders, de gemeente, de werkomgeving van de ouders.
- Macrosysteem
 Invloeden van wetten, waarden en normen die heersen in de maatschappij
 Ook politieke en religieuze normen horen hierbij
 Mode, een economische crisis, jeugdcultuur, vrije tijd plaats je hier ook
- Chronosysteem
 Buitenste laag
 Minst directe invloed op het kind
 Invloed van tijd op de ontwikkeling
 Oudere kinderen zullen gebeurtenissen anders interpreteren dan jongere kinderen (bv.
scheiding van de ouders)
 Dynamische systeemtheorie (DST)
- Wordt vooral binnen het domein van de motoriek en denkontwikkeling beschreven
- Belangrijk begrip bij DST is zelforganisatie
 Voorbeeld: 2 kleuters zijn samen in de bouwhoek een blokkentoren aan het bouwen. Kleuren
worden kriskras door elkaar gebruikt, maar de kleuters hebben ontdekt dat de grootte van de
blokken ertoe doet. Een te grote blok plaatsen op een te kleine blok moet worden
gecompenseerd door opnieuw een kleine blok. Soms moeten blokken worden weggenomen
omdat de toren wankelt. Op een bepaald moment ontstaat er toch een toren, die is
opgebouwd van breed onderaan en smal bovenaan. Dit proces is duidelijk ontstaan door
zelforganisatie en is niet het resultaat van een vooraf uitgestippeld plan: het is dynamisch,
iteratief en zelf organiserend.
1.3.5. Neurowetenschappelijke benadering
 Gedrag wordt bepaald door de werking van de hersenen (neurale en biochemische factoren) -> er wordt
gezocht naar verbanden tussen functies van de hersenen en gedrag
- Kind zal pas lopen als het er niet alleen lichamelijk maar ook neutraal klaar voor is
- Kind zal pas leren schrijven als de hersenen er rijp voor zijn
 Opdracht: 5 tekstjes, in elk tekstje wordt Lena bekeken vanuit een bepaalde benadering.

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur staceyhuysentruyt. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €7,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

80364 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€7,49  25x  vendu
  • (5)
  Ajouter