Emoties: Wetenschappelijke En Klinische Aspecten (500851B6)
Resume
Samenvatting Emoties; klinische en wetenschappelijke aspecten (Tilburg Univeristy)
76 vues 1 fois vendu
Cours
Emoties: Wetenschappelijke En Klinische Aspecten (500851B6)
Établissement
Tilburg University (UVT)
Book
Understanding Emotions
Deze samenvatting bevat alle stof van de 8 hoorcolleges en online clips die gegeven zijn in het tweede jaar psychologie op Tilburg University in 2021/2022.
Het is een uitgebreide samenvatting met enkele plaatjes voor verduidelijking.
De hoofdstukken die behandeld worden in de colleges
16 décembre 2021
21 janvier 2022
42
2021/2022
Resume
Sujets
mindfulness
evolutionaire benadering
emotion focused therapy
matter of emotions
post traumatische stress
emotieregulatie
mentalization based treatment
Livre connecté
Titre de l’ouvrage:
Auteur(s):
Édition:
ISBN:
Édition:
Plus de résumés pour
Emotions: Scientific & Clinical Aspects - Summary, Tilburg University
emoties: Wetenschappelijke en klinische aspecten
Tout pour ce livre (3)
École, étude et sujet
Tilburg University (UVT)
Psychologie
Emoties: Wetenschappelijke En Klinische Aspecten (500851B6)
Tous les documents sur ce sujet (16)
Vendeur
S'abonner
kellyvhelvoirt
Avis reçus
Aperçu du contenu
Emoties, wetenschappelijk en klinische aspecten
Hoorcollege 1 | Evolutionaire benadering
Er zijn twee hoofdpunten over het boek “on the origin of species by means of natural
selection” van Charles Darwin.
1. Evolutie is de verklaring voor de diversiteit van het leven op de aarde.
2. Natuurlijke selectie is de drijvende kracht achter de adaptieve evolutie.
Darwin stelde zichzelf twee vragen:
1. Hoe worden emoties geuit in mensen en andere dieren?
2. Waar komen onze emoties vandaan?
Er zijn drie hoofdkenmerken van evolutie:
1. Overvloed: er is een overschot aan genetisch materiaal.
2. Variatie (in genetisch materiaal).
3. (Natuurlijke) selectie.
Natuurlijke selectie is de differentiële reproductie van kenmerken die zorgen voor een
betere overlevingskans en een betere adaptatie aan een bepaalde omgeving.
Een voorbeeld van natuurlijke selectie is bijvoorbeeld een voorkeur hebben voor een jong
partner, omdat je een vruchtbaar partner zoekt.
Epigenetica is het aan- of uitzetten van genen afhankelijk van de omgeving waarin je je
bevindt. Dit is niet zo fixed als was verwacht.
Survival of the fittest is je reproductie succes. Hierbij gaat het niet om individuen, maar om
de genen.
Er zijn twee verschillende strategieën:
1. De mannelijke strategie is vaak statistisch, omdat sperma vervangbaar is.
2. Vrouwen neigen meer naar investeren, omdat eitjes van de vrouw kostbaar zijn.
Er bestaat ook zoiets als seksuele selectie:
• Intraseksuele selectie: personen van een geslacht (vaak mannen) ontwikkelen
eigenschappen die hen in staat stellen om te concurreren met andere personen van
hetzelfde geslacht en paringskansen te winnen (door bijvoorbeeld bij dieren een
groot gewei te hebben en bij mannen veel spieren te hebben).
• Interseksuele selectie: individuen van het ene geslacht evolueren eigenschappen
(fysiek en gedragskenmerken) die in de smaak vallen van leden van het andere
geslacht. Dit wordt ook wel “partnerkeuze” genoemd en kan bij bijvoorbeeld vogels
bestaan uit mooie veren.
,Om de overlevingskansen van de genen in ons sociale dieren te vergroten, ontstonden er
sterke sociale motivaties:
1. Hechting (voor bescherming)
a. Hieruit komt het evolueren naar romantische banden later uit voort.
2. Hiërarchie (machtsmotivatie)
a. Statushiërarchien: inclusief het verzorgen van die lager in de hiërarchie/ het
stoppen van conflicten tussen groepsleden door alfa’s (dit komt vaker voor bij
niet menselijke wezens).
b. Concurrentie!
3. Aansluiting/ affiliatie (het deel uitmaken van een moederorganisatie)
a. Zorg dragen voor elkaar en samenwerking. Dit kan minder emotioneel zijn
dan hechting.
b. Coöperatie!
4. In-groepvoorkeur
a. Antisociaal naar outgroups toe. Een voorkeur voor individuen die op jezelf
lijken.
Er zijn verschillende methoden om evolutionaire psychologie en emoties te bestuderen
Dit kan door:
• Zoölogie: onze naaste verwanten, chimpansees en bonobo’s te bestuderen.
• Archeologie: onze menselijke voorouders.
• Antropologie: hedendaagse samenlevingen in een vroeger stadium van ontwikkeling.
Emoties zijn manieren van functioneren, die fysiologische, cognitieve, motiverende,
gedragsmatige en subjectieve reacties coördineren in patronen. Het vermogen vergroten om
de adaptieve uitdagingen van situaties aan te gaan die zijn teruggekeerd in de loop van de
evolutionaire tijd.
Bijvoorbeeld: als je een roofvogel wilt vermijden moet je gelijktijdig ingrijpen:
1. Emotionele programma’s detecteren evolutionair betrouwbare aanwijzingen dat er
een bepaalde situatie bestaat (fysiologisch).
2. Wanneer deze worden geactiveerd, nemen ze een specifieke set van
subprogramma’s mee voor het oplossen van problemen die zich voordoen in een
voorouderlijke omgeving (gedragsmatig).
3. Bijgevolg: het hele systeem werkt harmonieus (fight-or-flight).
Wat heb je hiervoor allemaal nodig?
Om te kunnen voldoen aan een evolutionaire terugkerende situatie of aandoening: het
adaptieve probleem, dat je nodig hebt:
1. Aanwijzingen die de aanwezigheid van de situatie aangeven.
2. Situatie-detectie-algoritmen
a. Algoritmen die monitoren voor situatie-bepalende aanwijzingen (sensorische
detectie, drempel/vergelijkingsalgoritme).
3. Algoritmen die prioriteiten stellen.
4. Een intern communicatiesysteem.
5. à Georkestreerde respons: reactie waarbij alle verschillende onderdelen van het
lichaam en brein meedoen. (Bijvoorbeeld bij het fight-or-flight systeem werken
lichaam en brein samen om te vluchten of te vechten).
2
,Onderzoek naar emotie
Meestal proximaal (nabijheidsonderzoek):
1. Wat is het en hoe werkt het?
2. Hoe ontwikkelt het zich in een individu?
Even belangrijk zijn de evolutionaire vragen:
3. Hoe heeft de eigenschap zich in de loop van de tijd ontwikkeld in de geschiedenis van
de soort?
4. Welke evolutionaire factoren hebben de eigenschappen gevormd?
Evolutionair genetica-perspectief (“de egoïstische genen”): onze genen hebben de leiding.
Ze gebruiken ons om gereproduceerd te worden door onze kenmerken, inclusief emoties.
Invloed van taal. Dit is ongeveer 200.000 jaar geleden ontstaan.
1. Ontwikkeling van de Theory of Mind (het kunnen verplaatsen in wat de ander
denkt/voelt).
2. Verbreding van het repertoire van de emotie-expressie (ook verbaal i.p.v. alleen non-
verbaal).
3. Uitbreiding van de focus van het gedrag van het huidige moment naar de toekomst.
4. Uitbreiding van de mogelijkheden tot samenwerking.
5. Nuanceren (ik ben een klein beetje boos vs. ik ben heel boos).
Classificatie van emotie:
Valentie (de aangenaamheid van een emotie) wordt het vaakst gebruikt voor
classificatiesystemen. Is de emotie die je voelt aangenaam of niet aangenaam? Maar:
• Er zijn geen strikte grenzen tussen emoties, omdat;
• De interne staat (emotie) is een gevolg van specifieke soorten situaties
o Daar zijn er veel van.
o Overlappen soms in karakteristieken.
• Misschien een multidimensionale ruimte met potentieel een oneindig aantal
overlappende emoties.
• Valentie mag dan wel rijgedrag zijn, maar meer fundamenteel voor adaptatie.
Functies:
• ‘Positieve’ emoties: motiveer organisme om gebruik te maken van kansen;
o Bijvoorbeeld: je ziet iets lekkers, krijgt er zin in en beweegt om ernaar toe te
gaan.
• ‘Negatieve’ emoties: motiveer organisme om tegenslag te voorkomen door te
ontsnappen aan een aanval en zo interne schade te voorkomen die verlies of schade
herstelt.
• Vraag:
o Kan een emotie verschillende functies hebben? à Ja!
o Kan een functie worden gediend door verschillende emoties? à Ja!
“Better be safe than sorry” Principe:
Een lager frequentie-grote kans op schade situatie moet worden gereageerd op ten koste
van veel valse alarmen! (Liever alarm uitslaan uit angst voor onnuttige reden, dan te laat
zijn).
3
, • Vaak worden emoties opgewekt in situaties waarin ze nutteloos zijn.
• Negatieve interpretatie vooringenomenheid zeer vaak (liever reageren op een tak,
denkend dat het een slang is dan het laten liggen terwijl het wel een slang blijkt te
zijn).
• Beoordeling (appraisal) belangrijk.
Er worden twee dingen gecommuniceerd door emotionele expressies:
• Dat het bijbehorende emotieprogramma in het individu is geactiveerd;
• De identiteit van de evolutionaire terugkerende situatie die wordt geconfronteerd.
Soms heilzaam (bijvoorbeeld geluid maken om te laten horen dat er een roofvogel is)
en soms schadelijk (angst laten zien tijdens een conflict waardoor de ander zich
sterker voelt).
Vandaar: sommige emoties hebben een meer automatische weergave (verdriet), maar er
bestaat een veel grotere set emoties zonder automatische weergave (jaloezie,
schuldgevoelens, verveling) à dit zijn vaak ook de emoties die pas later worden ontwikkeld.
Depressie
• Evolutionair perspectief: lage gemoedstoestand heeft voordelen in bepaalde
situaties;
• Functies kunnen zijn:
o Schreeuw om hulp, zorg krijgen van anderen;
o Het loslaten van investeringen in onvruchtbare inspanningen (inclusief
onderdanigheid: machteloosheid gaat vaak gepaard met depressie);
o (Her)vestigen van nabijheid/hechting aan iemand.
Maar hoe zit het met major depressive disorder en waarom duurt het zo lang?
Evolutionaire theorieën van depressie:
• Hechtingstheorie: depressie als poging om hechting te herstellen;
• Sociale vergelijkingstheorie: submissiviteit (onderdanigheid) als zelfbescherming
(tegen ostracisme, agressie), gefaciliteerd door depressieve stemming;
• Psychische pijnhypothese: depressie als geestelijk signaal om zichzelf te beschermen
(postnatale depressie à minder zorgen voor nakomelingen, vooral in sociaal
zwakkeren).
Kritische gedachten
à Waarom zou machteloosheid (niet onnodig energie verspillen aan iets wat vruchteloos is)
zich beperken tot de sociale context (in de sociale vergelijkingstheorie)?
4
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur kellyvhelvoirt. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €3,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.