119 oefenvragen met antwoorden over de stof uit alle onderwijsvormen van week 3 van gezonde en zieke cellen II. Inclusief overzichten bij zones prostaat, indeling ovariumcarcinoom en indeling testiscarcinoom.
Alle hoorcolleges van minor De Oncologische Cliënt
Samenvatting hoorcolleges Minor Oncologie
Tout pour ce livre (14)
École, étude et sujet
Universiteit Utrecht (UU)
Geneeskunde
Gezonde En Zieke Cellen II
Tous les documents sur ce sujet (28)
1
vérifier
Par: boorlieke • 1 année de cela
Vendeur
S'abonner
daanannaveld
Avis reçus
Aperçu du contenu
GZC II week 3 | vragen
Hoorcollege | Gynaecologische oncologie
1. Volgens welk systeem worden gynaecologische tumoren geclassificeerd?
2. Tot welke klachten leidt vulvacarcinoom?
3. Welk aanvullend onderzoek kan gedaan worden bij verdenking op vulvacarcinoom?
4. Bij een lokale radicale excisie van een vulvacarcinoom wordt een sentinel node procedure
(SNP) of liesklierdissectie beiderzijds gedaan.
a. Juist
b. Onjuist
5. Wanneer wordt bij een vulvacarcinoom gekozen voor een liesklierdissectie boven een
SNP?
6. Hoe kan een vulvacarcinoom behandeld worden?
£ Chemoradiatie
£ Chirurgie
£ Radiotherapie
7. Wat zijn specifieke complicaties van radiotherapie als behandeling van een
vulvacarcinoom?
8. Welk carcinoom is HPV-gerelateerd?
a. Cervixcarcinoom
b. Vulvacarcinoom
c. Ovariumcarcinoom
9. Wat is histologisch het eerste teken van het HPV?
10. Tot welke symptomen leidt het cervixcarcinoom?
11. Een cervixcarcinoom metastaseert naar de liezen.
a. Juist
b. Onjuist
12. Hoe kan een cervixcarcinoom behandeld worden?
£ Chemoradiatie
£ Chirurgie
£ Radiotherapie
GZC II | week 3 | 1
,13. Welk stadium cervixcarcinoom wordt behandeld met chemoradiatie?
a. Laag stadium
b. Hoog stadium
14. Wanneer is adjuvante therapie nodig na een radicale hysterectomie + pelviene
lymfadenectomie?
15. De meeste ovariumcarcinomen zijn …
a. epitheliaal
b. niet-epitheliaal
16. BRCA-mutaties zijn geassocieerd met ovariumcarcinoom.
a. Juist
b. Onjuist
17. Wat is de juiste therapie als een debulking laparotomie bij een epitheliaal
ovariumcarcinoom niet mogelijk is?
a. Intervaldebulking
b. Stadiëringslaparoscopie
c. Systeemtherapie
18. Waaruit bestaat primair de behandeling van vaginacarcinoom?
a. Chemotherapie
b. Chirurgie
c. Radiotherapie
E-module | Vulvacarcinoom
19. Vulvaire jeuk komt vrijwel alleen voor bij vrouwen ouder dan 50 jaar.
a. Juist
b. Onjuist
20. Koppel de kenmerken aan de juiste ziektebeelden:
1 candida A dunne wit verkleurde huid
2 lichen sclerosus B witte afscheiding
3 maligniteit C ulcus
4 eczeem/allergie D rode huid met krabeffecten
21. Wat zal de gynaecoloog aanvragen als aanvullend onderzoek om een maligniteit uit te
sluiten of aan te tonen?
a. Biopsie
b. SOA-test
c. Uitstrijkje
d. Vaginakweek
22. Weke benigne afwijking(en) kan of kunnen maligne ontaarden?
£ Lichen sclerosus
£ Vulvaire intra-epitheliale neoplasie (VIN)
GZC II | week 3 | 2
, 23. Lichen sclerosus komt alleen voor bij vrouwen van 40-60 jaar.
a. Juist
b. Onjuist
24. Welke vorm van VIN is geassocieerd met het HPV?
a. Usual of undifferentiated type
b. Differentiated type
25. Wanneer wordt bij een vulvacarcinoom een bilaterale SNP verricht?
E-module | Cervixcarcinoom
26. Wat zijn mogelijke symptomen van cervixcarcinomen?
27. Wat zijn de hoog-risico typen HPV?
a. 16 en 17
b. 16 en 18
c. 17 en 18
d. 17 en 19
28. Bij een 25-jarige vrouw met een onvervulde kinderwens wordt een cervixcarcinoom < 2
cm gevonden, FIGO-stadium IBI. Welke behandeling is geïndiceerd?
a. Chemoradiatie
b. Controle over 3 maanden
c. Radicale hysterectomie + pelviene klierdissectie
d. Radicale vaginale trachelectomie + pelviene klierdissectie
E-module | Ovariumcarcinoom
29. Van alle maligniteiten van de vrouwelijke voortplantingsorganen heeft het
cervixcarcinoom het hoogste sterftecijfer.
a. Juist
b. Onjuist
30. Welke genmutatie leidt tot een hogere kans op het ontwikkelen van een
ovariumcarcinoom?
a. BRCA-1
b. BRCA-2
31. De klachten bij ovariumcarcinoom zijn vaak aspecifieke symptomen.
a. Juist
b. Onjuist
32. Welke tumormarker kan worden gebruikt om patiënten met een epitheliaal
ovariumcarcinoom te vervolgen?
33. Een dysgerminoom is een kiemceltumor.
a. Juist
b. Onjuist
GZC II | week 3 | 3
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur daanannaveld. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €2,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.