THEMA 1 OVER HET HOOFD
1 WAT KWAM IK HIER OOK WEER DOEN?
Verhaalelementen 1. Ruimte
2. Tijd
3. Personages
4. Vertelperspectief
5. Genre
6. Hoofdthema
7. Spanning
a. Cliffhanger
b. Lugubere ruimte
c. Vertel(de) tijd
d. Chronologie
e. Flashbacks
f. Vertelperspectief(informatie
achterhouden of vrijgeven)
Grafische elementen 1. Materiaal
2. Kleuren (zwart wit= dreigend)
3. Grootte van de cellen
4. Perspectief
5. Details of juist niet?
Intertekstualiteit Een kunstenaar(heel breed) die bewust een
verwijzing legt naar een ander werk(film,
literatuur,...)
Linken leggen
Lichte maar duidelijke verwijzing voor zijn
publiek
Letterlijke overnamen(compositie, citaat,
parodie,...)
Van alle tijden en culturen
BEGRIPPEN
Antagonist Tegenspeler
Protangonist Hoofdrolspeler
Tritagonist Nevenfiguren
Hij zij verteller 1. Auctoriele= weet alles boven
personages en afloop=
alleswetende
2. Personele= vanuit personage
Ik verteller 1. Vertellende = verteld wat er
gebeurt is
2. Belevende= op dat moment
beleefd=weet geen afloop
Meervoudig vertelperspectief Combinatie van twee kollommen
hierboven
Flashback/ flashforward Niet chronologisch
Terug- en vooruitwijzing In een verhaal verwijzen naar het
verleden≠flashback omdat het wel
, chronologisch blijft
Vertraging Spanning opwekken, ruimte zeer
nauwkeurig schetsen
Isochronie Gelijktijdigheid vertel en vertelde
tijd( ze zijn gelijk)
Genre Soort/groep(horror, thriller, komedie,
strips,..)
Persiflage Parodie, nabootsen bestaand werk en
sommige dingen overdrijven
Doel : humor
Strip Zwart-wit personages(goed of slecht)
Geen verteller in strips
Dialogen, actie en gevechten
Manga Omgekeerd lezen
Kikkerperspectief
Visie op vrouwen uitdagend
Film-noir traditie Oudere man in café, lange regenjas
met hoed, cynisch, flashbacks
2 DE MAN DIE ZIJN VROUW VOOR EEN HOED HIELD
Eigenschappen Populair wet. Tekst( De Wet. Tekst (concentratie
verloren zeeman) en geheugenstoornissen
op jongvolwassen en
middelbare leeftijd)
Titel Fictie, populariserende Non-fictie , zakelijk
titel, romantiserend
Woordkeuze Weinig/ geen vaktaal, Veel vaktaal
begrijpelijk
Zinsconstructies Eenvoudig Complex
Structuur Doorlopende Onderzoekstructuur,
tekst/verhaal, spanning alinea’s
opwekken
Bronnen Geen wet. Traceerbare wet.
Bronvermelding Bronnen
Mate van abstractie Concreet Zeer abstract
Nauwkeurigheid Niet echt wet. Precisie, Zeer precies, zeer wet.
hypothetisch overkomen
Controleerbaarheid van Geen bron dus je kan Wel bronnen, andere
gegevens niet controleren, geen referenties, je kan
wet. Onderzoek in de controleren
tekst
4 EEN LITERAIRE STRIJD
Hersenschimmen Bernlef
Thema: dementie en afasie(taalprobleem ten gevolge van een
geheugenstoornis)
Verklaring titel: zijn hersenen/geest wordt vager door de dementie= schimmig
2
,Gestameld liedboek Moedergetijden Erwin Mortier
Soort boek: samenvoeging proza en poezie
Genre: epiek en lyriek
Cover: Dementerende moeder=> onduidelijk beeld, vaag en warrig
Verklaring titel: Stamelen= niet uit je woorden geraken= afasie
Lied=lyriek en boek=epiek
Moedergetijden= op en af gaan, soms gaat dementie beter en dan weer
slechter, mensen met dementie hebben vaste routine nodig
4.1 HOUD JIJ DE KLOK EVEN IN DE GATEN+ 4.3 SAMEN STERK
Hersenschimmen Gestameld liedboek: moedergetijden
Belevende ik: heel moedig van Vertellende ik: omdat hij niet in haar
schrijver want je weet niet wat er in stanpunt kan duiken omdat haar
het hoofd van een persoon met gedachten zo vaag zijn( geschreven
dementie omgaat wanneer moeder dood was)
Desorientatie in tijd, afasie, stoornis op Herhaling/ door elkaar halen van
het vlak van uitvoerende functies, simpele alledaagse acties, angstige
geheugenverlies gevoelens,( afasie en tijdsbesef komt
niet aan bod)
Vertelstijl: korte simpele zinnen, geen Moeilijke woorden, vergelijkingen, veel
alinea’s vragende zinnen , lange zinsbouw,
poetisch , beschrijvend,
confronterende wordt goed
weergegeven
Impliciet: pshychiatrie Impliciet: thuis
Psychologische roman Autobiografische roman(over zijn eigen
leven)/ requimroman en
egodocument= verslag over zichzelf of
iemand heel dichtbij
Op het einde losse woorden, geen Preciese beschrrijving, volwaardige
volwaardige zinnen, geen verhaal wel zinnen, wel verhaal
niet 100% realisctisch voor zo’n ver
stadium van dementie om zoveel
symbolen te gebruiken
Simpele zinsbouw: geeft dementie Complexe zinsbouw: maakt perspectief
weer vanuit demente persoon duidelijk voor omstaanders, poetisch
maar punctueel= het lijkt een verslag
5. DE GROTE CANNONQUIZ
Parlando Spreekstijl die soms in gedichten wordt
gebruikt
Natureingang Korte beschrijving van de ontluikende
natuur in de lente als weerspiegeling
van de stemming van een personage
of als contrast
3
, Verteltijd De tijd die je nodig hebt om een
verhaal te lezen, uitgedrukt in een
aantal minuten, of een aantal pagina’s
of regels
Mate De zelfbeheersing die een hoofse
ridder moet tonen
Hyperbool Sterke overdrijving als stijlfiguur
Alliteratie Herhaling vn de beginmedeklinkers van
opeenvolgende beklemtoonde
lettergrepen of woorden in een gedicht
Epitaaf Grafschrift, ook een kort gedicht over
een al dan niet bestaande dode
Leidmotief Element dat herhaaldelijk terugkeert in
een literaire tekst, met een
symbolische betekenis
Auctoriële Ander woord voor alwetende verteller
Ellips Weglating van woorden die syntactisch
gezien noodzakelijk lijken
Belangrijke literaire genres middeleeuwen: dierenverhalen(van den vos
reynaerde), vanf 15de 16de eeuw Rederijkers: liederen en vanaf 1100
ridderverhalen(karelroman en arthurroman)
Dichtvorm: Sonnet tijdens rennaisance 17de eeuw
Daarna barok verbonden met roomskatholiek kerk gebruikt gedichten tegen
protestanten
Daarna Avant-gade imponeren door grootsheid en praal
Deze periode: P.C. Hooft en Joost van Den Vondel
19de eeuw drie verschillende stromingen: Romantiek(Consience en Gezelle),
Impresionisme(Willem kloos en frederik van eeden verenigden zich in de
tachtigers) en het realisme
6 PSYCHOLINGUÏSTIEK
6.1 DE TAAL VAN DE GRIJZE CELLEN
Onderzoeksstructuur: Wat? Door wie? Hoe? Wanneer? Waar? Opzet? Resulaten?
Conclusie?
Tekst betrouwbaar of niet? Bron Ku leuven, taalgebruik( taalfouten?), recent of
niet?, auteur
Wat?: woordassociaties van Nederlandse woorden en de werking van ons brein
Wie?Simon de Deyne en Gert storms van KU leuven
4