DOMEIN GEESTELIJKE GEZONDHEIDSZORG
De functie van een verpleegkundige in een team in de GGZ
Het interdisciplinair team
Interdisciplinair team: team bestaande uit verschillende disciplines, waarvan de zorgverleners zowel
eigen taken (bv. IM-inspuiting) als gedeelde taken hebben (creëren van leefklimaat dat veilig is voor
pte).
Specifiteit + comlementariteit van disciplines, het team heeft een gezamelijke opdracht
Opdracht wordt vertaald in zorgvisie
Wie? Verpleegkundig team, psychiater, psycholoog, kine,…
De functie van een verpleegkundige
Doel: hanteren van het systematisch psychiatrisch verpleegkundig handelen, in combinatie met het
opbouwen van die specifieke professionele hulpverleningsrelatie, door een deskundig
verpleegkundige, bij personen met een psychiatrische problematiek.
Het systematisch verpleegkundig handelen
SPVH = interactief en probleemoplossend verpleegproces
1. Fase 1: gegevensverzameling (anamnese, observatie & onderzoek)
2. Fase 2: Vaststellen probleem en gewenste doelstellingen
3. Fase 3: Vaststellen van interventies in een verpleegplan
4. Fase 4: Evalueren van interventies; nagaan of doelstellingen bereikt zijn
Respect voor integriteit en autonomie van de zorgvrager & stimuleert tot participatie.
DOEL: op systematische en geïndividualiseerde wijze doelstellingen binnen verpleegkundige zorg te
bereiken
Vaste doelstelling: interne krachten en externe steun van de zorgvrager te vergroten
De begeleidende functies
Patiënt wordt vanaf begin tot het einde toegewezen aan een verpleegkundige geen taakverpleging
of kamerverdeling
Indien afwezig: taak overgenomen door 2e verpleegkundige
Voordelen Nadelen
Vertrouwensband Geen klik
Doorlopen gehele proces Te sterke persoonlijke band
Sneller veranderlijk gedrag van pte opmerken Afwezigheid beide vpk
Meer voldoening Afhankelijkheid pte
Patiënttoewijzing: informatieve, preventieve, functie wordt niet enkel door gekoppelde vpk
uitgevoerd. Elke vpk heeft deze taak ook voor de andere patiënten.
Functies binnen begeleidende functie:
- Informatieve functie
Voorlichting & educatie over ziekte, symptomen, behandeling, voorloop opvolging
1
, Op professionele, objectieve en correcte wijze; aangepast aan pte
- Preventieve functie
Identificeren van potentiële problemen: gewoon gedrag van pte kennen om
veranderlijk gedrag te kunnen herkennen
Proactief handelen: indien veranderlijk gedrag, op tijd handelen zodat het niet volledig
escaleert.
Psycho-educatie: mensen
- Beveiligende functie
Toezicht-functie
Containment: chaotische gevoelens + sensaties van de pte opvangen, bewaren en
verteerbaar teruggeven
Risico op automutilatie, agressie, suïcide: balans zoeken tussen verantwoordelijkheid
geven en nemen
Verpleegkundige functie: presenteren zodat de zorgvrager, die zich op dat moment in psychische nood
bevindt, zich veilig voelt in een vreemde omgeving.
1. Presentiebenadering
= Aandachtig en toegewijd bij kwetsbare zorgvragers blijven en met steun, hulp en zorg
bijdragen aan een goed leven waarin zij gezien, gehoord en belangrijk zijn.
Basishouding: erkennend, waarderend, menslievend
Luisteren naar wat pte wilt
Doe ik wat goed is voor pte?
2. Good enough mothering - holding environment
= Ontstaan in moeder-kind relaties wat ervoor zorgt dat een kind zich goed kan ontwikkelen.
Hoe ouder het kind wordt, hoe meer ze moeten omgaan met lastige emoties. Zo kunnen deze
leren hoe ze met deze gegevens moeten omgaan.
Bv. Als pte in crisis komt op afdeling, kan dit vergeleken worden met een jong kind. Dit
kind wordt nog beschermd. Bij vragen gaat er meteen op ingegaan worden.
Ondersteunend, beschermend helpen. Wanneer deze langer op de afdeling is, gaat
hetzelfde principe worden toegepast. Zo gaat de pte leren op zichzelf te vertrouwen.
Stelselmatig wat meer ‘loslaten’.
3. Sociotherapie
= Methodisch hanteren van het leefklimaat van een groep pte, gericht op het creëren van een
omgeving waarin pte kunnen herstellen en/of leren omgaan met hun pathologie.
Bv. Pte met persoonlijkheidsstoornis
Dagelijkse omgeving wordt behandelingsinstrument of therapeutisch middel.
Via holistische mensvisie
Iedereen gelijkwaardig (enkel professionele ongelijkheid)
Gestructureerde leefrgels
Geen betutteling, overbezorgdheid
4. De therapeutische relatie
= Creëren van persoonlijke, emotionele band tussen zorgverlener en zorgvrager. Afhankelijk
van dat proces moet er overeenstemming komen over de taken en de doelen in de
behandeling.
Basishouding
2
, Zorg op maat, veiligheid, steun, supportief klimaat
Presentie, aanwezigheid
Balans afstand-nabijheid, duidelijke grenzen
Zelfkennis
5. Gronden/stabiliseren
= Groundingtechnieken: Hiermee help je de pte in het hier-en-nu te blijven of om daarin terug
te komen.
Bv. Letten op ademhaling,…
De verzorgende en verplegende functie
Taken:
- Verpleegtechnische handelingen
- Hygiënische zorgverlening, hulp bij voeding (bv. Bij delirium, fixatie,…)
- Dagelijkse opvolging hygiëne, zelfzorg, voeding en uitscheiding
- Huishoudelijke taken
Belangrijk om de zorgvrager hierbij zoveel mogelijk te betrekken
Bv. Medicatie uit blister en zo aan mensen geven. Andere afdeling, gewoonte om te komen
halen in verpleegafdeling, in blister om zelf open te doen. Denken dat dit niet gaat lukken bij
ouderen, terwijl dit wel degelijk lukte.
Coördinerende functie
Afdelingsgebeuren en patiëntenzorg
Essentieel in interdisciplinair team, als vpk vaak het woord in interdisciplinaire vergadering.
Als vpk ben je advocaat van pte
De verantwoordelijkheid als teamlid
- Openheid & veiligheid
- Reken op elkaars professionaliteit
- Begrip voor elkaars kwetsbaarheden
Als vpk in GGZ ben je verantwoordelijk voor het eigen functioneren, maar ook voor het functioneren
van het team
Als je collega iets ‘fout’ ziet doen, moet je constructieve feedback kunnen geven tegen
collega’s
Zelfzorg
- Belang zelfreflectie
- Bewust omgaan met eigen referentiekader
- Bewust omgaan met projectie, overdracht en tegenoverdracht
- Gezond evenwicht behouden
- Belang intervisie
Professionele ontwikkeling
Ontwikkelen van eigen visie
- Beroep
- Zorg
- Afdelingswerking + beslissingen die genomen worden
Professionele kennis op peil houden om de beste zorg te kunnen verlenen
3
, - Praktijkgericht
- Zelfstudie
- Studiedagen + congressen
SPVH: Systematisch Psychiatrisch Verpleegkundig Handelen
Verpleegproces
Eerste fase: verpleegkundige verzamelt informatie om basis van een anamnese + observatie +
onderzoek
Op basis van de informatie wordt probleem vastgesteld + wenselijke doelstellingen
Vaststellen van interventies in verpleegplan geëvalueerd om bepalen of doelen bereikt
zijn
Het verpleegproces respecteert integriteit + autonomie van zorgvrager en stimuleert tot participatie
6 fasen binnen verpleegproces
1. Verpleegkundige anamnese
2. Verpleegdiagnoses
3. Verpleegdoelen
4. Verpleegplan
5. Implementatie van interventies
6. Evaluatie
7. Reflectie
Verpleegkundige anamnese
= Doelgericht & systematisch vergaren van gegevens in functie van het verpleegproces.
Belangrijke elementen:
- Voorgeschiedenis
- Middelen en medicatiegebruik/misbruik
- Huidige & gewenste gezondheidstoestand
- Zorgmogelijkheden en zorgbehoeften
- Hulpvraag
- Psychosociale context
Gegevensverzameling = continue proces
Gegevensverzameling
Te raadplegen bronnen:
- Zorgvrager
Objectieve gegevens: observatie en onderzoek
Bv. PM, wat je ziet (geen linken leggen met gevoelens)
Subjectief gegevens: anamnese
Bv. Gevoelens pte, stukje eigen interpretatie, wat pte voelt/ervaart/denkt
- Belangrijke derden
Objectieve gegevens: observatie
Bv. Mensen die vaak langskomen
Subjectieve gegevens: hetero-anamnese
Bv. Vragen stellen aan familieleden omdat het niet lukt bij de pte zelf
informatie te krijgen
4