HOOFDSTUK 1 ONDERNEMING
1.1 WAT IS EEN ONDERNEMING
Een organisatie is een groep mensen die samenwerkt om een bepaald doel te bereiken. Hier zijn mensen en
middelen voor nodig.
De middelen die hiervoor nodig zijn noem je de productiefactoren.
Waar de organisatie voor staat, noemen we de missie.
Wie zijn wij?
Waarom bestaan wij?
Wat kunnen wij voor onze belanghebbenden doen?
Wat zijn onze waarden, normen en overtuigingen?
Wat willen we bereiken (visie)?
Een aansprekend toekomstbeeld is een visie. Hierin staat het doel van de organisatie. Bij een visie gaat het om
het maken van verschil voor klanten en de maatschappij.
In een scenario staat hoe de mensen betrokken zijn bij de missie, de visie, de keuzes die er zijn en welke voor-
en nadelen er aan die keuzes zitten. Een organisatie werkt met verschillende scenario’s.
Economisch zelfstandig = als een organisatie zelf voldoende inkomsten kan verwerven om alle uitgaven te
doen.
Als je van de overheid een subsidie nodig hebt om te kunnen bestaan ben je dat dus niet.
Bedrijf = economisch zelfstandige organisatie die zich richt op de productie van goederen en diensten.
Onderneming = bedrijf dat naar winst streeft en naar voortbestaan op de lange termijn.
1.2 DOELEN
Naast winst maken hebben ondernemingen ook andere doelen.
Bij duurzaam ondernemen gaat het vaak om ‘Triple P’. dat zijn de drie P’s van People, Planet en Profit.
Dus personeel, milieu en winst.
Op milieugebied (Planet) is het belangrijk dat ondernemingen met zorg omgaan met energie en natuurlijke
hulpbronnen, recyclen en hun afvalgassen en -water zuiveren.
Op sociaal vlak (People) gaat het om het welzijn van het personeel. Geen kinderarbeid en geen gevaarlijke
situaties bij productie.
(Profit) Winst maken betekent inkomen voor de eigenaars. Maar ook voor alle andere belanghebbende van
een onderneming vinden het voortbestaan van de onderneming belangrijk.
1.3 BELANGHEBBENDEN
Veel groepen hebben er belang bij dat het goed gaat met een onderneming. Elke groep heeft een eigen doel
dat nagestreefd wordt. Deze groepen zijn belanghebbenden van een onderneming.
Werknemers
Arbeid is hun inbreng. In ruil daarvoor krijgen ze een inkomen.
Er zijn mogelijkheden om opleidingen te volgen. Je nuttig voelen, jezelf ontplooien en zekerheid voor je bestaan
zijn ook belangrijk.
Leidinggevenden
, Arbeid en ondernemerscapaciteiten zijn hun inbreng. In ruil daarvoor krijgen zij een inkomen, maar ook vaak
een extra beloning als ze een minimumresultaat of target bereiken. Status en zelfontplooiing spelen mee.
Uitzendbureaus
Ondernemingen kunnen op korte termijn werknemers inhuren voor een bepaalde periode.
Vakbonden
Vakbonden treden namens de werknemers op. Zij zorgen ervoor dat allerlei zaken rondom arbeid goed
geregeld zijn en onderhandelen met de onderneming over arbeidsvoorwaarden en werkgelegenheid.
Vermogensverschaffers
Geven een onderneming de mogelijkheid projecten te financieren. Als beloning ontvangen de eigenaren een
deel van de winst en zeggenschap.
Banken en beleggers met obligaties (verschaffers van vreemd vermogen) ontvangen rente en in bijzondere
gevallen ook zeggenschap.
Leveranciers
Leveren grondstoffen en duurzame productiemiddelen. Maar ook verzekering, transport, advies etc.
Overheid
Zorgt voor randvoorwaarden zoals veiligheid, infrastructuur, regelgeving en wetgeving.
Zij ontvangen ook een deel van de winst in de vorm van belasting.
Afnemers
Zorgen ervoor dat de onderneming haar producten en diensten kan verkopen.
Ondernemingen moeten inspelen op de eisen van de afnemers.
Je kan niet altijd alle belanghebbenden tevreden maken.
- Vaste werknemers ontslaan en meer met uitzendbureaus gaan werken.
- Goedkopere grondstoffen gebruiken die meer afval veroorzaken.
- Hogere lonen, waardoor er minder winst is voor de aandeelhouders.
- Strengere milieueisen waardoor de productie duurder of onmogelijk wordt.
1.4 WERKTERREIN
Produceren is waarde toevoegen. Goederen leggen vaak een lange weg af, telkens zijn er bedrijven die iets met
het product doen waardoor het meer waard wordt.
Als je dit proces weergeeft in een schema noemen we dat een bedrijfskolom.
Er zijn 4 productiesectoren.
Primaire sector
Bedrijven winnen hun producten uit de natuur.
- Mijnbouw
- Landbouw
- Veeteelt
- Bosbouw
- Visserij
Secundaire sector
Bedrijven verwerken de grondstoffen en natuurproducten uit de primaire sector en maken daar eindproducten
en halffabricaten van.
- Worstmakerijen
- Meubelfabrieken
- Olieraffinaderijen
- Margarinefabrieken
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur bellemondria. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €3,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.