Resume
Beleggen en financiële markten, Hans Buunk (6e druk) - Samenvatting H 1 t/m 7
- Cours
- Établissement
- Book
Samenvatting van Beleggen en financiële markten (6e druk). De samenvatting is van het volledige boek (hoofdstuk 1 t/m 7).
[Montrer plus]
Livre connecté
Titre de l’ouvrage:
Auteur(s):
- Édition:
- ISBN:
- Édition:
Plus de résumés pour
-
Beleggen en financiële markten H1 t/m H4,H6,H7 (Beleggen M3 FTA)
-
Samenvatting Beleggen en Financiële markten hoofdstuk 2 t/m 7
-
Samenvatting Beleggen en financiële markten van Hans Buunk
8 revues
Par: luc4sn0y0ns • 2 semaines de cela
Par: Bassie16 • 2 semaines de cela
Par: endrilonredjepi • 8 mois de cela
Par: wouteroudega25 • 1 année de cela
Par: svenmulder14 • 1 année de cela
Par: stefkaag • 1 année de cela
Par: TheThijs • 2 année de cela
Vendeur
S'abonnerWHM
Avis reçus
Aperçu du contenu
27HOOFDSTUK 1 BELEGGEN EN DE VERMOGENSMARKT
1.1.1 FINANCIERINGSSALDI
De vermogensmarkt is de markt waarop financiële titels worden verhandeld. De vermogensmarkt zorgt ervoor dat
overschotten aan financiële middelen terecht komen op plaatsen waar te korten aan financiële middelen bestaan. Er zijn 3
sectoren: bedrijven, gezinnen en overheid. Deze hebben allemaal verschillende kasstromen naar elkaar toe. Het verschil
tussen ontvangsten en uitgaven van een sector heet het financieringssaldo. Al heeft een sector ergens een te kort,
ontstaat er ergens anders een overschot. Alle financieringssaldo’s per sector bij elkaar is 0. Directe financiering is als
gezinnen direct aandelen kopen van een bedrijf. Indirecte financiering is als gezinnen het bijvoorbeeld via een fonds of via
banken doen.
1.1.2 FINANCIËLE TITELS
Financiële titels geven recht op toekomstig geld zoals bijvoorbeeld aandelen en obligaties. Worden op verschillende
manieren verdeeld:
-Effecten: verhandelbare waardepapieren zoals aandelen en obligaties.
-Boekvorderingen: een spaartegoed of een deposito.
Het verschil zit hem in de verhandelbaarheid.
Een tweede manier om financiële titels te verdelen is nominale en zakelijke financiële titels:
-Nominale titel: Geeft recht op een in geld vaststaand bedrag. Bijvoorbeeld een obligatie.
-Zakelijke titel: Geeft recht op een zakelijk actief, de waarde wordt bepaalde door de waarde van het zakelijk actief.
Bijvoorbeeld een aandeel. Hieronder een schema ter verduidelijking:
,Als laatste kan een financiële titel worden gekenmerkt als derivaat. Derivaten zijn afgeleide titels, wat wil zeggen dat het
gebaseerd is op andere titels. Bijvoorbeeld een optie.
1.1.3 FINANCIËLE MARKTEN
Financiële markten kunnen op verschillende criteria worden ingedeeld.
Op basis van looptijd:
-Geldmarkt: Financiële titels met een looptijd tot en met een jaar.
-Kapitaalmarkt: Financiële titels met een looptijd langer dan een jaar.
Op basis van openheid:
-Openbare markt: gemakkelijk toegankelijk en heeft doorgaans de vorm van een beurs.
-Onderhandse markt: Is meer besloten, bijvoorbeeld woninghypotheken.
Op basis van primaire en secundair:
Primaire markt: Markt voor nieuw uitgegeven financiële titels, bijvoorbeeld voor vermogenstekorten. Secundaire markt:
Markt waar bestaande vermogenstitels verhandeld worden.
1.1.4 BELEGGEN
Beleggen: het omzetten van geld in financiële titels en andere vermogensobjecten met als doel het behalen van
rendement. Rendement kan in twee categorieën worden verdeelt:
-Direct rendement: ontvangen opbrengsten als percentage van het belegde bedrag, zoals huur, rente en dividend.
-Indirect rendement: waardeverandering van het vermogensobject als percentage van het rendement, zoals verandering
in beurskoers of stijging van pandwaarde.
1.2 RENTE
Rente is de prijs die op de vermogensmarkt wordt betaald. Er worden een aantal rentes onderscheide:
-Geldmarktrente: dit is de driemaands euribor, ook wel benchmark rente genoemd.
, -Kapitaalmarktrente: Deze kent twee maatstaffen, het effectieve rendement op staatsleningen en de swaprente, dit is het
vaste tarief op renteswaps (hfst5).
1.2.1 V RAAG EN AANBOD OP DE MARKT
Op de vermogensmarkt leveren de sectoren met een overschot het aanbod . De vraag wordt uitgeoefend door de
sectoren met een financieringstekort. Overschot is meestal bij gezinnen. Twee soorten besparingen:
-Contractuele besparingen: Via premies aan levensverzekeraars en pensioenen. -Vrije besparingen: Bijvoorbeeld
sparingen via banken.
1.2.2 I NFLATIEVERWACHTINGEN
Inflatie: stijging van het prijspeil, heeft grote invloed op de rente. Beleggers ziet zijn vermogen in waarde dalen door
inflatie, wil daarom gecompenseerd worden met rente. Twee soorten rentes:
-Nominale rente: rente uitgedrukt in geld.
-Reële rente: rente die men ontvangt na correctie voor de waardedaling van het vermogen.
Reële rente is dus de nominale rente vermindert met de inflatie.
Fisher-relatie stelt dat beleggers bepaalde rente eisen als geëiste rente vermeerdert met de verwachte inflatie:
Geëiste nominale rente = geëiste reële rente + verwachte inflatie.
Drie factoren van invloed op inflatie:
-Kostenstijging
-Toename van bestedingen
-Geldgroei
1.2.3 B UITENLANDSE RENTE EN WISSELKOERSEN
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur WHM. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €6,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.
Peut-on faire confiance à Stuvia ?
4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)
80364 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours
Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans