Markt en overheid
Hoofdstuk 1. De telefoniemarkt
De EU voert regels in om ervoor te zorgen dat er niet 1 ondernemer is die alle macht heeft en er
concurrentie is.
Als een product als hetzelfde wordt gezien is het product homogeen. Als iedereen dit product aan
mag bieden zullen er veel aanbieders ontstaan. Omdat er niet altijd veel van dit product gekocht
hoeft te worden, daalt de prijs. Zo’n markt is een markt van volkomen concurrentie. Er zijn 4
kenmerken:
Veel aanbieders
Er zijn veel aanbieders die geen invloed op de prijs hebben.
Homogeen product
Het maakt voor de consument niet uit wie het product heeft gemaakt. In de ogen van de consument
zijn alle producten hetzelfde. Het gaat niet alleen om het product zelf maar ook om de service en het
imago.
Transparante markt
De vragers en aanbieders zijn op de hoogte van de markthoeveelheid. Er is maar 1 prijs mogelijk, de
laagste.
Vrije toe- en uittreding
De ondernemer kan beginnen en stoppen met aanbieden wanner hij dat wil.
De marktvorm volkomen concurrentie komt in de praktijk niet voor.
Marktmechanisme
Als er winst wordt gemaakt in een bepaalde markt is toetreden erg aantrekkelijk. Er zullen meer
aanbieders komen waardoor de prijs daalt. Hierdoor is toetreden niet meer aantrekkelijk.
Als men wilt weten hoe sterk de vraag reageert op een prijsverandering, berekenen we de
prijselasticiteit. % van de vraag : % verandering prijs
Kleiner dan 1 Elastisch
Tussen 0 en -1 Inelastisch
Precies 1 Iso-elastich
Precies 0 Geen verband
Het spel van vraag en aanbod noemen we het marktmechanisme. Er wordt precies zoveel
geproduceerd als dat de consument vraagt. Als de vraag toeneemt stijgt de prijs en zou er meer
worden geproduceerd. Bij een afnemende vraag daalt de prijs en wordt er minder geproduceerd. Als
er geen vraag meer is kan het zijn dat bedrijven of delen van bedrijven sluiten. Bedrijven die
goederen produceren waar juist wel vraag naar is zullen uitbreiden.
Winst
Om de winst van een bedrijf te kunnen bepalen moet de prijs, de afzet, de variabele kosten en de
constante kosten bekend zijn.
Variabele kosten
Kosten die toenemen als de productie toeneemt. TVK is proportioneel variabel. De kosten stijgen dan
recht evenredig. De variabele kosten per product noemen we de gemiddelde variabele kosten GVK.
Constante kosten
Veranderen niet bij toename van de productie. Een vast bedrag elke periode. De gemiddelde
constante kosten GCK zijn de totale constante kosten TCK gedeeld door het aantal producten,
GCK=TCK : q.
, Totale kosten
De variabele kosten en de constante kosten zijn samen de totale kosten, TK=TVK + TCK. De
gemiddelde variabele kosten en de gemiddelde constante kosten zijn samen de gemiddelde totale
kosten, GTK=GVK + GCK.
Marginale kosten
De kosten die het bedrijf extra maakt als er een extra product wordt geproduceerd. Bij proportioneel
variabele kosten zijn de marginale kosten gelijk aan de gemiddelde variabele kosten
Totale winst
Ondernemingen willen weten welke afzet ze moeten hebben om geen verlies te maken, de break-
even afzet. De winst stijgt als de marginale opbrengst MO groter is dan de marginale kosten MK. Bij
volledige mededinging ligt de prijs vast, MO is gelijk aan de prijs. De prijs wordt ook wel de
gemiddelde opbrengst GO genoemd. Er geldt dus MO=GO=P. Zolang er geldt MO>MK wordt er extra
winst gemaakt. Bij MO=MK wordt er totale winst gemaakt. TW=TO-TK.
Hoofdstuk 2. Van volledige mededinging naar monopolie
Monopolie
Er is 1 aanbieder. Deze aanbieder kan de prijs bepalen maar is wel afhankelijk van de
betalingsbereidheid van de consument. Deze betalingsbereidheid is af te leiden uit een collectieve
vraaglijn. Hierin kan de monopolist zien hoeveel producten hij kan verkopen voor een bepaalde prijs.
Deze lijn is daarom ook de prijsafzetlijn van de monopolist. Er geldt dan ook GO=P en MO is niet
gelijk aan GO. Dit komt omdat de prijs niet gegeven is.
De uitbreiging van de productie levert meer op dan dat het kost als MO>MK. De totale winst neemt
weer af als MO<MK. De winst is dus maximaal bij MO=MK.
De monopolie zou ook kunnen streven naar een zo hoog mogelijke afzet, de break-even.
Prijsdiscriminatie
Als een bedrijf verschillende prijzen hanteert voor verschillende groepen is er sprake van
prijsdiscriminatie. Dit is alleen mogelijk als de zogenaamde deelmarkten echt gescheiden zijn.
Privatisering
Als de overheid een taak afstoot en deze door een particulier bedrijf laat uitvoeren, noemen we dat
privatisering. Er kan nu, door onderlinge concurrentie, een beter prijs-kwaliteitverhouding ontstaan.
Er zijn voor en nadelen voor de consument:
Voordelen Nadelen
Lagere prijzen Bedrijven kunnen risico’s nemen
Bedrijven moeten innoveren Winststreven kan ten koste gaan van
prijs en kwaliteit
Consument kan kiezen -
Hoofdstuk 3. Oligopolie en monopolistische concurrentie
Oligopolie
Veel producten die we dagelijks gebruiken worden aangeboden op oligopolistische markten. Er is een
beperkt aantal aanbieders actief of enkele aanbieders hebben een relatief groot marktaandeel. Het
beperkt aantal aanbieders heeft te maken met het feit dat het moeilijk is voor nieuwkomers om toe
te treden. Er is vaak sprake van toetredingsbarrières.
Schaalvoordelen
Een belangrijke oorzaak voor het ontstaan van een oligopolie. Producten kunnen alleen winst
opleveren als er veel wordt geproduceerd. De benodigde investeringen brengen hoge constante
kosten met zich mee.
Verzonken kosten
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur veerleg1. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €3,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.