Aardrijkskunde samenvatting hoofdstuk 3 en 4
hoofdstuk 3 par1
kenmerken die een stad maken zijn te verdelen in drie groepen: 1 het zichtbare uiterlijk, 2
bewonerskenmerken, 3 de taken van de stad. Een vormkenmerk is de grootte van een plaats. In
Nederland word de mate van stedelijkheid niet bepaald door het aantal inwoners, maar door de
adressendichtheid, dat wil zeggen het aantal adressen per vierkante kilometer. Hoe meer adressen
hoe meer er te doen is. Vaak hebben centrale steden omringende dorpen opgeslokt of zijn vast
gegroeid aan andere steden. Zo’n stedelijk gebied wordt een agglomeratie genoemd. Andere
vormkenmerken zijn de hoogte ne de dichtheid van de bebouwing en de maaswijdte van het
wegennet. De mensen in de stad hebben een grotere sociale verscheidenheid. Dat komt doordat er
minder sociale controle is. Ook door grote en gevarieerde woningvoorraad. In steden is de tertiaire
sector sterk ontwikkeld. Elke bevolkingsconcentratie vormt een koopkrachtige afzetmarkt voor zowel
commerciële diensten als voor non-profitsector, dus het onderwijs, de zorgsector en het openbaar
bestuur. De vier grote Nederlandse steden vormen de centra van economische, politieke en culturele
macht. In Amsterdam klopt het financiële hart van Nederland. In Den Haag word een groot deel van
de landelijke overheid aangeboden. Groot-Rotterdam dankt haar ontwikkeling vooral aan de
havenfunctie van wereldbetekenis. Utrecht profiteert als verkeersknooppunt van autowegen en
spoorlijnen. Een centrale plaats is een nederzetting die niet alleen diensten levert aan bedrijven en
bewoners in die plaats maar ook voor het gebied er omheen. Dit word het verzorgingsgebied
genoemd. De reikwijdte is de afstand waar de klant voor bereid is om te rijden. Het totale aantal
mensen dat binnen de reikwijdte in het verzorgingsgebied woont, vormt het draagvlak. De
drempelwaarde is de minimumaantal klanten dat nodig is om de voorziening draaiende te houden.
De maaswijdte betekent de afstand tot de meest nabije zelfde soort voorziening in het netwerk.
Wanneer meerdere gelijksoortige bedrijven of activiteiten bij elkaar gaan zitten, spreekt men van
clustering. Een gebied met een hecht netwerk van veel betrekkingen tussen een of enkele centrale
steden en hun verzorgingsgebied noemen we een stadsgewest. Wanneer er sprake is van een
netwerk van relaties tussen meerdere centrale steden die op korte afstand van elkaar liggen en hun
verzorgingsgebieden, spreek je van een stedelijke zone of stedelijk netwerk.
par 2
De bereikbaarheid van een stad is erg belangrijk. De enorme industrialisatie en de razendsnelle groei
van de dienstensector maakten een demografisch concentratieproces van ongekende omvang
mogelijk. In het begin van de twintigste eeuw begonnen welgestelde stadsbewoners weg te trekken
uit de paar grote steden. Wat maakte deze grootschalige suburbanisatie mogelijk.
De welvaart nam sterk toe.
De bevolking kreeg meer vrijetijd
De toename van het autobezit.
Er waren ook nadelen voor veel mensen: het ontstaan van enorme verkeersstromen, met een spits in
de ochtenduren en een wat meer uitgesmeerde piek aan het einde van de werkdag. Ook was
verstening een probleem de groene plekken werden volgebouwd. De rijksoverheid probeerde de
ruimtelijke nadelen van de suburbanisatie te verminderen door nieuwe steden te gaan bouwen. De
regering schreef hiervoor een speciaal plan de Tweede Nota over de ruimtelijke ordening. Om het
groene hart te sparen werden ze aan de buitenrand van de Randstad geprojecteerd. De groeikernen
werden vervolgens in hoog tempo uit de grond gestampt. Ze stelde regels op die de vrije vestiging in
de dorpen en stadjes in het landelijke gebied inperkten. Vertrek uit de grote stad was niet verboden,
maar de migratie naar het platteland werd gestuurd door alleen vestiging in groeikernen mogelijk te
maken. Zo’n aanpak heet gebundelde deconcentratie. Het idee van gebundelde deconcentratie hield
in dat honderdduizenden mensen betrekkelijk ver van de centrale stad neerstreken in nieuwe
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur judithvanhulten3. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €3,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.