Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting De kern van het ondernemingsrecht, ISBN: 9789013151800 Inleiding Ondernemings- En Faillissementsrecht €5,49   Ajouter au panier

Resume

Samenvatting De kern van het ondernemingsrecht, ISBN: 9789013151800 Inleiding Ondernemings- En Faillissementsrecht

1 vérifier
 69 vues  6 fois vendu
  • Cours
  • Établissement
  • Book

Samenvatting van het boek ''De kern van het ondernemingsrecht''. Alles wat in deze samenvatting is opgenomen, is relevant voor het tentamen van woensdag 20 oktober 2021. ISBN: 1800

Aperçu 4 sur 44  pages

  • Non
  • Alles dat relevant is voor het tentamen
  • 2 octobre 2021
  • 44
  • 2021/2022
  • Resume

1  vérifier

review-writer-avatar

Par: souhailaoulad • 2 année de cela

avatar-seller
Hoofdstuk 1: Ondernemingsvormen
1. BV
Art. 2:175 BW geeft een omschrijving van de bv. Kenmerkend voor een bv is onder andere
dat deze een in een of meer overdraagbare aandelen verdeeld kapitaal heeft. Men kan
slechts in een bv participeren via een aandeel in haar kapitaal. Om deze reden wordt de bv
gerekend tot de zogenaamde kapitaalassociaties; of ook wel genoemd
kapitaalvennootschappen. Er dient bij oprichting in ieder geval één aandeel te worden
uitgegeven. De eenpersoons-bv is in het Nederlandse recht een legaal verschijnsel.
Het aandeel kan een aantal belangrijke functies vervullen. In de eerste plaats zijn aandelen
voor de bv een middel om vermogen aan te trekken. De aandeelhouder brengt vermogen in
de bv in. Hij verkrijgt als tegenprestatie van de bv een of meer aandelen. Deze
inbrengverplichting houdt in dat de aandeelhouder vermogen aan de bv ter beschikking
moet stellen, in beginsel ter grootte van het nominale bedrag waarvoor hij aandelen neemt.
In de tweede plaats is aan het aandeel doorgaans stemrecht in de
aandeelhoudersvergadering verbonden (art. 2:228 BW). Met het aandeel kan zeggenschap
in de bv worden uitgeoefend. In beginsel levert ieder aandeel één stem op. Voor het aantal
in de aandeelhoudersvergadering uit te brengen stemmen is in beginsel de omvang van het
aandelenbezit doorslaggevend. Dit kan echter in de statuten van een bv anders worden
geregeld (art. 2:228 lid 4 BW). Zo zijn zelfs aandelen zonder stemrecht toegelaten, voor
zover de statuten dit regelen.
Ten slotte vervult het aandeel vaak een winstverdelingsfunctie: in beginsel geeft ieder
aandeel recht op een gedeelte van de winst (art. 2:216 BW). Men noemt de winstuitkering
op een aandeel ook wel dividend. Afwijkingen zijn mogelijk; zie art. 2:216 lid 6 en lid 7 BW.
De bv is besloten. Dit houdt in dat de door haar uitgegeven aandelen op naam staan en
overdracht ervan in beginsel niet vrijelijk kan plaatsvinden. Een aandeelhouder in een bv die
zijn aandelen wil overdragen dient in beginsel zijn over te dragen aandelen aan de
medeaandeelhouders aan te bieden (art. 2:195 lid 1 BW). De statuten mogen de
aandelenoverdracht vrijmaken. Blokkeringsregelingen hebben tot gevolg dat aandelen in
een bv niet zonder meer vrij verhandelbaar zijn. Opmerking verdient nog dat de overdracht
van aandelen in een bv slechts bij notariële akte kan plaatsvinden.
Een aandeelhouder is niet persoonlijk aansprakelijk voor hetgeen in naam van de
vennootschap wordt verricht en is niet gehouden boven het bedrag dat op zijn aandelen
behoort te worden gestort in de verliezen van de vennootschap bij te dragen (art. 2:175
BW).
Op een bv zijn naast de speciale bv-bepalingen (art. 2:175-274 BW) ook van toepassing de
algemene bepalingen van Boek 2 BW (art. 2:1 – 25 BW), de art. 2:308-333l BW (juridische
fusie), de art. 2:334a-334ii BW (juridische splitsing), de art. 2:335-359 BW (geschillenregeling
en het recht van enquête), de art. 2:360-446 BW (de jaarrekening en het bestuursverslag) en
voorts een aantal bijzondere wetten, zoals de Wet op de ondernemingsraden voor zover de

,bv een ondernemingsraad dient in te stellen en de Handelsregisterwet 2007. De bv wordt
geregeerd door haar statuten. Dit zijn door de oprichters/aandeelhouders van de bv zelf
opgestelde regels voor haar organisatie (art. 2:177 BW).
Het spreekt vanzelf dat voor bv’s ook de algemene leerstukken van het burgerlijk recht van
belang zijn.

2. NV
Een nv kent een in aandelen verdeeld maatschappelijk kapitaal (art. 2:64 BW). Daarmee
wijkt de nv af van de bv. Voor de bv is het maatschappelijke kapitaal facultatief. Voor de bv
kan bovendien volstaan worden met de uitgifte van één enkel aandeel.
Net als de bv is de nv een kapitaalassociatie. Het aandeel vervult bij een nv dezelfde functies
als bij een bv. Zie art. 2:80 jo. 2:105 jo. 2:118 BW.
Bij een nv behoeven aandelen niet op naam te luiden. Een nv mag ook aandelen aan toonder
uitgeven. De namen van houders van toonderaandelen worden niet in een
aandeelhoudersregister opgenomen. Als gevolg hiervan kan bij een nv gemakkelijk de
situatie bestaan dat zij niet weet wie haar aandeelhouders zijn. Vandaar de benaming
naamloze vennootschap.
Op de nv zijn de specifieke nv-bepalingen van toepassing die in Boek 2 BW zijn te vinden (art.
2:64-164 BW). Daarnaast gelden de meeste van de in paragraaf 1 genoemde, op de bv
toepasselijke bepalingen ook voor de nv.

7. Rechtspersoon
Rechtspersonen zijn onder andere de bv, de nv en de coöperatie (art. 2:3 BW).
Personenvennootschappen zijn geen rechtspersonen, maar bijzondere typen van
overeenkomsten.
Rechtspersoonlijkheid heeft als belangrijkste gevolg dat de rechtspersoon zelf drager van
rechten en plichten kan zijn. Een rechtspersoon is rechtssubject. In dit opzicht staat de
rechtspersoon met een natuurlijk persoon gelijk (art. 2:5 BW). De leden/aandeelhouders
hebben niet de rechten die de rechtspersoon toebehoren en dragen in beginsel niet de
plichten die op de rechtspersoon rusten. Het vermogen van een rechtspersoon is zijn eigen
vermogen. Dat is uitsluitend verhaalsobject voor de schuldeisers van de rechtspersoon.
De rechtspersoon bestaat omdat de wet (art. 2:1-3 BW) bepaalt dat hij er is. Voor zijn
handelen is de rechtspersoon echter steeds afhankelijk van mensen van vlees en bloed. De
rechtspersoon kan slechts in het maatschappelijke leven optreden, wanneer andere
personen als vertegenwoordiger voor hem optreden.
De wetgever stelt in art. 2:1-3 BW vast welke lichamen rechtspersonen zijn: het staat
partijen niet vrij om andere typen rechtspersonen op te richten dan die in Boek 2 BW zijn
genoemd. Wij kennen dus een gesloten systeem van rechtspersonen. Op een rechtspersoon
zijn de algemene bepalingen van Boek 2 BW van toepassing (art. 2:1-25 BW).

,8. Eenmanszaak
Een natuurlijk persoon drijft zijn eigen onderneming en is aansprakelijk voor de schulden die
namens of door hem zijn aangegaan. Er is in dat geval geen onderscheid tussen
privéschulden en zakelijke schulden, zoals we bij een eenpersoons-bv wel kunnen maken.
Een eenmanszaak dient in het handelsregister te worden ingeschreven (art. 5 onder b Hrgw
2007). Bij een eenmanszaak kunnen werknemers werkzaam zijn.

9. Vereniging en stichting
De vereniging en de stichting zijn minder geschikt als ondernemingsvorm omdat ze geen
winstuitkeringen mogen doen aan de leden respectievelijk aan hun oprichters en personen
die van hun organen deel uitmaken (art. 2:26 lid 3 BW respectievelijk art. 2:285 lid 3 BW).
Voor een stichting geldt nog een aanvullend bijzonder voorschrift: deze mag slechts
uitkeringen doen aan anderen dan haar oprichters en degenen die deel uitmaken van haar
organen, voor zover deze uitkeringen een ideële strekking hebben.
Het bovenstaande sluit niet uit dat een onderneming in een vereniging of stichting wordt
ondergebracht. De opbrengsten die met behulp van een onderneming worden behaald,
dienen in zo’n geval te worden aangewend ten behoeve van het in de statuten omschreven
doel dat de vereniging of stichting nastreeft.
Het voordeel van een stichting boven een vereniging is dat de stichting geen leden en dus
ook geen ledenvergadering kent. Voor de stichting geldt een ledenverbod (art. 2:285 lid 1
BW). De vereniging kent een ledenvergadering.
Op verzoek van het openbaar ministerie of een belanghebbende kan de rechtbank de
desbetreffende vereniging of stichting ontbinden (art. 2:21 lid 3 BW). De vereniging of
stichting overtreedt in zo’n geval een voor haar in de wet gesteld verbod.

12. Verschillende typen nv’s en bv’s
Allereerst kennen wij het gewone regime van de nv en de bv. Onder dit regime berust het
recht om bestuurders te benoemen en te ontslaan bij de algemene vergadering (art.
2:132/242 BW respectievelijk art. 2:134/244 BW). De raad van commissarissen is bij zo’n
gewone nv of bv geen verplicht orgaan. Wanneer een nv of een bv echter aan bepaalde
grootte-criteria (art. 2:153/263 BW) voldoet, geldt bij vervulling van een aantal nadere
voorwaarden een bijzonder regime voor de organisatie van de nv en de bv. Men noemt dit
regime het structuurregime. De raad van commissarissen is dan een verplicht orgaan.
Belangrijke bevoegdheden die onder het gewone regime aan de aandeelhoudersvergadering
toebehoren, zijn dan aan de raad van commissarissen toebedeeld.
Een ander bijzonder type nv of bv is de zogenaamde eenpersoons-nv of bv. Dit is een bv of
een bv waarin één persoon alle aandelen houdt. Voor zo’n eenpersoonsvennootschap
gelden enkele bijzondere regels. Zo wordt verlangd dat de naam van de enig aandeelhouder
in het handelsregister wordt opgenomen. Ook moet daar de woonplaats van de
betrokkene(n) te vinden zijn.

, Een andere bijzondere regel voor de eenpersoonsvennootschap is art. 2:137/247 BW. Dit
artikel eist dat transacties tussen de nv of de bv en de enig aandeelhouder op straffe van
vernietigbaarheid schriftelijk worden vastgelegd. De eis van schriftelijke vastlegging geldt
niet als de desbetreffende transacties tot de gewone bedrijfsvoering van de vennootschap
behoren.
Bv’s en nv’s worden ook verschillend behandeld op grond van grootte. Zo kent het
jaarrekeningenrecht uiteenlopende inrichtings- en openbaarmakingsregimes al naar gelang
de grootte van de rechtspersonen die onder titel 9 van Boek 2 BW vallen (art. 2:395a-398
BW).

13. Belangenpluralisme
De Nederlands wetgeving en rechtspraak gaan ervan uit dat een nv of bv bij haar handelen
het belang van alle bij de vennootschap betrokkenen in aanmerking dient te nemen. Tot die
betrokkenen worden aandeelhouders, werknemers en schuldeisers van de vennootschap
gerekend. Een Nederlandse vennootschap mag bij haar handelen dus niet uitsluitend het
belang van de aandeelhouders behartigen, zij dient telkens een pluraliteit van belangen in
aanmerking te nemen. Dit kenmerk maakt het nemen van besluiten in de vennootschap
soms tot een gecompliceerde aangelegenheid.

Hoofdstuk 2: Oprichting
1. Nv en bv
De nv en de bv worden bij notariële akte opgericht. Zij kunnen worden opgericht door een of
meer personen (art. 2:64/175 lid 2 BW). Bij de oprichting van een nv of een bv speelt de
notaris een centrale rol.
In de door de notaris te verlijden akte van oprichting moeten de eerste statuten van de nv of
de bv worden vastgelegd. Deze statuten dienen onder andere de naam van de vennootschap
en de zetel te bevatten (art. 2:66/177 BW). In de akte van oprichting wordt de nv of de bv
niet alleen opgericht, maar dus ook met statuten ‘aangekleed’. Art. 2:93/203 lid 4 BW maakt
het mogelijk in de akte van oprichting aandelen te plaatsen bij in deze akte aangeduide
personen en ook bestuurders aan te stellen.
Men noemt het in de akte van oprichting creëren van verplichtingen voor de op te richten nv
of bv directe binding. De nv of de bv wordt immers bij akte van oprichting direct aan
bepaalde verplichtingen gebonden. Directe binding is slechts beperkt mogelijk, namelijk
alleen voor de verplichtingen die art. 2:93/203 lid 4 BW uitdrukkelijk noemt. De notariële
akte van oprichting vermeldt dus achtereenvolgens: de namen van de oprichters, de
oprichtingshandeling, de statuten en de verplichtingen waaraan de nv of de bv na haar
oprichting direct is gebonden. Iedere oprichter en een ieder die volgens de akte een of meer
aandelen neemt, moet de akte tekenen.
Bij de oprichting van een nv of een bv dient de notaris op een reeks van zaken te letten. Zo
moet hij bewaken dat de statuten in overeenstemming zijn met de wet. Bij de oprichting van
een nv moet hij erop letten dat voldaan is aan het minimumkapitaalvereiste van art. 2:67 lid

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur JustASmallTownGirl. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €5,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

80364 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€5,49  6x  vendu
  • (1)
  Ajouter