Samenvatting algemene didactiek
Hoofdstuk 3: waarnemen en observeren
“Zintuigen leveren de input voor leer- en denkprocessen.”
Tekenen, ondanks dat er 1 zintuig niet werkt kan je nog steeds leren / denken met
andere zintuigen
Waarnemen: zich bewust worden van dat wat de zintuigen beroert
Wat beroert onze zintuigen?
- Verandering van elektromagnetische golven (kijken)
- Verandering van mechanische aard (drukverschillen, luisteren, tast, pijn)
- Aanwezigheid chemische stofjes (proeven, ruiken)
Verschil tussen gewaarworden en waarnemen:
Gewaarworden: registratie van prikkels
Waarnemen: registratie van prikkels + interpretatie, bewust doel
Algemene voorbeelden:
- Rook ruiken
- Denken dat je covid hebt omdat je je ziek voelt
- Je ziet een grizzlybeer dus je vlucht
Onderwijs voorbeelden:
- Bel gaat of bel gaat niet
- Iemand passeert in de gang
- Dyslexie
- Braille
Verschil tussen observeren en waarnemen:
Observeren: focus, objectief, duurt langer, gericht waarnemen van gedrag
Waarnemen: minder focus, eerder subjectief, gebruikt minder zintuigen, opnemen van
prikkels d.m.v. zintuigen gekoppeld aan betekenisverlening
Algemene voorbeelden:
- Mensen bekijken vanop een terras
- Museum bezoeken, schilderijen observeren
- Er hangen te veel schilderijen
1. Onvolledigheid, we kunnen niet alles zien
2. We moeten niet zomaar wat kijken, maar gericht kijken (focussen op bepaalde
aspecten)
3. Observaties zijn subjectief gekleurd
4. De observator(en) beïnvloedt het geobserveerde, probeer best zo onopvallend
mogelijk te zijn
TRANSFER STAGE:
Jij als observator, achteraan in de klas, ziet niet hetzelfde als de leerling vooraan; ook
niet hetzelfde als de lesgever. Je buddy heeft nog een ander perspectief
Je ziet maar 5 lessen van een heel semester
Gelukkig is er je opdrachtenbundel, waarin 5 verschillende focussen uitgewerkt
worden
Je hebt zo’n medelijden met de lln, je mentor is zo streng…
De leerlingen kijken vaak achterom naar jou
Bij een digitale les via streaming zet jij – observerende stagiair – je camera en micro
uit
Vier grondregels voor een correcte observatie
1. Doelgericht
Vooraf bepalen wat er geobserveerd moet worden
2. Nauwkeurig
3. Objectief
= loskoppelen van persoonsgebonden houdingen, visies en emoties
Enkel feiten / gegevens weergeven, geen interpretatie (= subjectief)
4. Systematisch
Observatievraag formuleren => WIE – WAT – WAAR – WANNEER ?
+ gebruik een checklist / observatieschema
Hoe kan je gemakkelijk en sneller observeren?
- Lijst met observatievragen
o Hoe bouwt de leerkracht een schema op aan het bord?
o Hoe verloopt het contact tussen de verschillende leerlingen?
o Welke hulpmiddelen heeft een leerling nodig?
o Wie steekt veel zijn vinger op?
o Hoe spreken de leerlingen?
o Hoe en wat wordt er geëvalueerd?
- Observatieschema of checklist gebruiken
- Nota’s nemen, verkort noteren
- Camera inschakelen (indien mogelijk en wenselijk)
- Meerder observatoren
- …
2
, Hoofdstuk 3: waarnemen en observeren
Hoofdstuk 4: leren door ervaring en nadoen
1) Leren is niet: “het opnemen wat anderen bedacht hebben”.
+ eigen dingen leren/bedenken
- wetenschappelijke feiten kennen
2) Mensen leren veel en makkelijk van de voorbeelden van andere mensen.
+ beter inbeelden
- soms beter van eigen voorbeelden
3) Om iets te leren hoed je niet altijd na te denken
+ soms leer je dingen onbewust/door niet na te denken (bv. Fluiten, stappen)
- Cognitief blijft belangrijk!
Welke kenmerken horen bij welk fenomeen?
Het is complex gedrag. Instinct
Het is aangeboren, soort specifiek gedrag. Instinct
Het gaat om eenvoudig gedrag. Reflex
Het is de voorwaarde om bepaald gedrag Rijping
met leerprocessen te beïnvloeden.
Leren speelt geen rol. Instinct, reflex
Het is een aangeboren, automatische reactie Reflex
op een prikkel.
Je kan het mits inspanning bedwingen. Instinct
Hoe leer je lesgeven?
- Door observatie
- Uitproberen praktijk
- Goed voor te bereiden
- Les over krijgen
- Leren uit fouten
- Praten met leerkracht/studenten
- Microteaching
- Feedback
- Anticiperen
Leren is een verandering of aanpassing in het gedrag, kennis of waarden als gevolg van
ervaring. Ten grondslag aan het leren liggen nieuwe verbindingen tussen neuronen.
1) Veroorzaakt een relatief permanente verandering
2) Produceert nieuwe gedragsmogelijkheden en nieuwe kennis
3) De gevolgen – beloning of straf – spelen vaak een rol
4) Oefening speelt vrijwel altijd een rol
3
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur yonijanssens80. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €5,89. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.