Leerdoelen
• U kunt de kenmerkende eigenschappen en rechtsgevolgen van goederenrechtelijke rechten
noemen en kunt deze onderscheiden van verbintenisrechtelijke rechten.
• U kunt uitleggen hoe de Hoge Raad in het Texeira-de Mattosarest tot zijn oordeel is gekomen.
• U kunt begrippen als zaak, vermogensrecht, goed, beperkt recht, (blote) eigendom, recht op
naam, etc. omschrijven en toepassen.
• U kunt de leveringsformaliteiten voor zaken, registergoederen en vorderingen op naam.
Waar moeten wij het goederenrecht plaatsen?
- Publiek/privaat
- Personen/vermogen
- Goederen/verbintenissen
Wat is goederenrecht? Privaatrecht is burgers onderling en publiekrecht is burgers en overheid.
We zitten in het privaatrecht. Privaatrecht kun je in twee categorie verdelen het personenrecht
en het vermogensrecht. Wij gaan het hebben over vermogensrecht. Het personenrecht vind je in
boek 1, 2 en 4. Boek 1 en 4 gaat over natuurlijke personen over u en mij. Boek 2 gaat over
rechtspersonenrecht. Rechtspersonen gaat over een stuk papier een notaris richt een nv of een
bv op, dat is een stuk papier het is eigenlijk niks. Je doet alsof dat stukje papier een persoon is.
Ze worden op dezelfde manier behandeld als een persoon. Een rechtspersoon kan dan niet
trouwen maar wel fuseren. Een stuk papier krijgt dezelfde gelijkheid en te zorgen eigenaar te
worden van iets. Rechtspersonen worden vooral gebruikt om bedrijven onder te brengen. De
natuurlijke en rechtspersonen zijn dragers van rechten en plichten. Personen zijn dragers van
rechten en plichten fundamentele rechten dat het zelfs in boek 1 staat.
Wij houden ons bezig met het vermogensrecht. Vermogensrecht kan je verdelen in twee
categorieën in verbintenissenrecht en het goederenrecht. Verbintenissenrecht vind je in boek 6
en goederenrecht in boek 3 en 5. Wat is een verbintenis eigenlijk?
Verbintenissenrecht
Een verbintenis is een vermogensrechtelijke rechtsbetrekking tussen twee of meer personen
op grond waarvan de ene partij (schuldenaar) verplicht is tot een bepaalde prestatie, waartoe de
andere partij (schuldeiser) is gerechtigd.
A <—> B vermogensrechtelijke rechtsbetrekking. Je hebt een schuldenaar en een schuldeiser
dat is wat de vermogensrechtelijke rechtsbetrekking uitmaakt. De schuldenaar is verplicht een
prestatie te leveren en de schuldeiser is gerechtigd tot die prestatie. Er is een
koopovereenkomst tussen A en B. A is eigenaar van een mooie auto en A is verkoper van de
auto en B is de koper van de auto. Wij hebben nu die overeenkomst, maar dat is niet de
verbintenis. Die overeenkomst is de bron van de overeenkomst. Waartoe is de verkoper onder
een koopovereenkomst verplicht? Terug naar de definitie, is tot een verplichting. Wat is die
verplichting waartoe de verkoper verplicht is onder een koopovereenkomst? De verkoper is
verplicht de auto te leveren aan de koper staat in boek 7. Waar is daarmee het
corresponderende recht van de overeenkomst? Dat is het recht op leveren op. Vanuit
goederenrechtelijk perspectief kijken wij naar het recht en niet naar de verplichting. Diezelfde.
Vraag kun je beantwoorden voor de koper vonder de koopovereenkomst. Wat is de verplichting
die op de koper rust onder de koopovereenkomst? Het betalen van de auto. Recht op betalen
van de koopsom. A heeft recht op geld B is verplicht te betalen. A heeft vordering van 10.000 op
,B net als dat B vordering tot levering heeft. Wij zijn bezig met definitie van verbintenis. We
hebben gezien dat bron de overeenkomst is. Contract is bron van verbintenis. Maar tegelijkertijd
als je goederenrechtelijk analyseert, dat recht op betaling en recht op leveren is dat ook
goederenrechtelijk iets. Houd die gedachte vast. Bron van de verbintenis is de wet. Belangrijkste
wettelijke bron van verbintenissen is onrechtmatige daad. Als je iets sloopt van iemand anders
en je sloopt en is schade dat bestaat er recht op vergoeding van die schade. Tot nu toe hebben
we alleen over verbintenissenrecht gehad.
Verbintenissenrecht 2
Verbintenissen hebben dus ook een actieve zijde: een vorderingsrecht dat toekomt aan de
schuldeiser en dat een verplichting inhoudt voor de schuldenaar.
Bronnen van verbintenissen 1
- Artikel 6:1 BW
- Verbintenissen kunnen slechts ontstaan, indien dit uit de wet voortvloeit.
Bronnen van verbintenissen
Goederen
Goederen 2
Goederen zijn art. 3:1 BW
Goederenrecht gaat over zaken en vermogensrechten. Weten we nog steeds niet zoveel zijn
allemaal definities. Wat zijn zaken dan? Lid 2 zaken zijn stoffelijke objecten, dingen die je vast
kunt houden, stoffelijke objecten, gebouwen. Enkele twijfelgevallen zijn menselijke organen,
lucht is dat voor mensen vatbaar? Nee niet voor menselijke beheersing vatbaar. Dat soort
dingen lees het terug. Je kunt in het boek hierover teruglezen. Zaken kun je onderverdelen in
roerend en onroerend. Eerst andere categorie vermogensrecht. Want goederen vallen onder
zaken en vermogensrecht. Vermogensrecht staat in artikel 3:6 BW. Rechten die, hetzij
afzonderlijk hetzij tezamen met een ander recht, overdraagbaar zijn, of ertoe strekken de
rechthebbende stoffelijk voordeel te verschaffen, ofwel verkregen zijn in ruil voor verstrekt of in
het vooruitzicht gesteld stoffelijk voordeel, zijn vermogensrechten. Die gedachte hierachter als
het recht is en je betaalt ervoor dan zal het wel tot vermogensrecht behoren dan zal het
vermogensrechtelijke relevant zijn. Probleem van deze definitie is dat die heel ruim probeer te
zijn en eigenlijk probeert te voorspellen in de toekomst onder die categorie valt. bijv. Data of
data vermogensrechten zijn? Wat zijn nou vermogensrecht dat het toe doet? Wij gaan over de
categorie vorderingen op naam hebben. Het feit dat jij vordering hebt dat iemand jegens jou een
verplichting heeft op die ander rust een verbintenis. Je hebt recht van 10.000 of recht op levering
of komt schilderen. Als je daarvoor betaalt is het waarschijnlijk een vermogensrecht. Als jij met
jouw vriendin vraagt of hij ieder avond voor je voorleest. Is dat een afspraak waar het
vermogensrecht mee te maken heeft? Waarschijnlijk niet. Het valt net buiten de definitie omdat
het niet onder definitie stoffelijk te maken heeft. Iemand die slechtziend is en geeft je 12,50 per
uur dan wordt het waarschijnlijk wel vermogensrechtelijk. Die vorderingen uit koop
overeenkomst bijvoorbeeld is niet zo’n lastig, is categorie bij uitstek van vermogensrecht waar
wij het in deze vak over hebben.
Belangrijkste inzicht van dit vak. We hadden het over de vraag wat zijn goederen. Dat waren
zaken en vermogen. Zaken kun je overdragen. Zaken en vermogensrecht zijn gelijkgesteld.
Stapje wat moet je zetten is dat zaken zijn overdraagbaar en vermogensrechten in beginsel ook.
Dat betekent. C heeft vordering op B ik kijk. A en B hebben afgesproken om 10.000 op 1 oktober
,te betalen, A denkt ik moet dan te lang op mijn geld wachten. A kan dan die recht op 10.000
euro vordering tot betaling overdragen aan C die heeft bijv. 9,5 duizend euro voor betaalt. 500
euro is risico dat die niet betaald wordt en uitstel ben dat soort dingen. Dit is belangrijke inzicht
van dit vak. Heel veel van dit vermogensrecht is tot ontwikkeling gebracht onder de Romeinen.
Die twee partijen zitten als ketenen aan elkaar vast. Zo denken wij nog steeds bijv.
Overeenkomst tussen partijen. Die Romeinen zeiden die rechten kunnen niet overgedragen
worden is tussen twee partijen en blijft tussen twee partijen. Eigenlijk is er meer aan de hand.
Die rechten zou jij eigenlijk uit overeenkomst min of meer met zaken en die overdraagbaar zijn.
Dat inzicht en toepassen van dat inzicht heeft geleid tot verandering en economische groei.
Belangrijkste is dat je dat ziet en begrijpt dat hoewel zo’n vordering uit verbintenissenrecht
voortvloeit en verbintenissenrechtelijk in zekere zin positieve kant van verbintenis de verplichting
vordering tot recht. In eerste instantie goederenrechtelijk is, want het is een goed een goed
zaken en vermogen en ook in die zin gelijkstelt aan goederen en zijn die goederen
overdraagbaar. In beginsel antwoord ja, een vordering is overdraagbaar. Dat geldt ook voor
vordering op levering. Vordering op levering kunnen ook worden overgedragen bijv. Mensen die
een huis kopen en die huis meteen doorverkopen. A is eigenaar van een huis en verkoopt dat
aan B en B verkoopt het meteen door aan C. B. Krijgt onder die overeenkomst recht op levering
en A krijgt recht op die geldsom en B kan zijn recht op levering doorverkopen aan C en verkrijgt
dan van C recht op betaling. C kan rechtstreeks naar A om dat huis te krijgen. Heel vaak zie je
vorderingen op koopprijs dat zie in het bedrijfsleven vrij veel. Ondernemingen die spullen
verkopen aan klanten die debiteuren hebben. Het kan ook advocatenkantoren zijn die diensten
verrichten en wordt een factuur verstuurd voor diensten van die spullen. Veelvoorkomende
transactie overgedragen aan financiële. Die factuurbedrijf verdient dan door het iets minder voor
betalen. Het kan best zijn dat ondernemer een betalingstermijn van 6 maanden omdat die met
iemand anders in zee gaat. Als die vordering verkoopt kan maar iets minder voordeliger. Dit is
kerninzicht van dit vak.
Terug naar schema
We hebben gezien dat verbintenissenrecht en goederenrecht voortduren onderscheid te maken,
maar wat we hebben gezien aan die overeenkomst is dat ze voortdurend in elkaar overlopen.
Het sluiten van de overeenkomst is dat bij contractenrecht wordt behandeld bijv. wilsgebreken,
aanbod en aanvaarding en of je eronder uit kan dat soort vragen zie je bij contractenrecht.
Tegelijkertijd is de overeenkomst bron voor verbintenissen, die verbintenissen hebben actieve
zijden die actieve zijden leveren goederen op die overdraagbaar zijn in het goederenrecht.
Interessante vraag is wat als de overeenkomst gewijzigd wordt terwijl vordering is overgedragen.
Je kunt bij voorstellen dat je hoop dingen moet kunnen combineren.
Zaken en vermogensrechten
Zaken
Eigendom: art. 5:1 BW: meest omvattende recht;
Onderscheid: roerend en onroerend. Onroerend: Portacabin-arrest: bestemd om duurzaam ter
plaatse te blijven? Naar buiten toe kenbare bedoeling van de bouwer. (Lees het arrest)
Onroerend: (1) grond, (2) nog niet gewonnen delfstoffen, (3) met de grond verenigde beplanting,
en (4) gebouwen en werken die duurzaam met de grond verenigd zijn, hetzij rechtstreeks, hetzij
door vereniging met andere gebouwen en werken.
Zaken kun je verdelen in roerend en onroerend en de vraag is wanneer is het roerend en
wanneer onroerend is. Waarom is die vraag relevant. Onroerend dit gebouw is onroerend, je
laptop is bijv. roerend. Waarom is het nu relevant om te weten iets roerend of onroerend is?
Waarom is het überhaupt relevant om te weten dat het een zaak of een vermogensrecht is? Je
, zegt net dat het allebei overdraagbaar is. Hypotheek of pandrecht. Roerend en onroerend zaken
worden anders behandeld. Een van de manier dat ze anders worden behandeld recht dat erop
gevestigd wordt bij roerende zaken pandrecht op gevestigd en onroerende zaken hypotheek
recht vestigen. Het is een concreet antwoord. Iets abstracter gaat breder gaat naar de vraag als
iets wil overdragen mijn laptop wat zijn dan formaliteit en die verschillen als het roerend of
onroerend is. Categorie is dat of het registergoed is of niet, maar dat doet het op dit moment niet
toe. Die formaliteiten van een overdracht noem je de levering. Levering is verrichten van
formaliteiten een overdracht. Zolang een goed onder een andere categorie valt geldt een andere
leveringsformaliteit voor. Voor vermogensrechten gelden andere levering formaliteiten dan voor
zaken bij roerende zaken gelden andere leveringsformaliteiten voor dan bij onroerend zaken.
Waar staan die leveringsformaliteiten? Artikel 3:84 BW staat overdracht in het algemeen.
Levering, geldige titel en beschikkingsbevoegde van vervreemden. Deze eisen gelden ongeacht
of je een zaak of goed of een roerend goed of onroerende zaken deze vereisten van overdracht
gelden altijd. We gaan nu kijken hoe die leveringsformaliteiten verschillen van deze, staan iets
verder dan 3:84 BW, maar wel in de buurt. Art. 3:89 BW loopt door tot art. 3:95 BW.
Registergoederen, onroerende zaken leveren, 93 recht aan toonder. De helft van de vragen gaat
over overdracht en de nadere invulling zijn ook in de wet terug te vinden. De
leveringsformaliteiten is van belang hoe je een goed kwalificeert en ook hoe je een zaak
kwalificeert roerend of onroerend. Terug naar inhoudelijke vraag wat verschil is tussen roerend
en onroerende zaak.
Onroerend: (1) grond, (2) nog niet gewonnen delfstoffen, (3) met de grond verenigde beplanting,
en (4) gebouwen en werken die duurzaam met de grond verenigd zijn, hetzij rechtstreeks, hetzij
door vereniging met andere gebouwen en werken. Roerend alle zaken dat niet onroerend is de
rest is roerend. De grond is onroerend, de grond is basis van alles. Eigendom is ontwikkelt toen.
Iemand stuk hek onder grond zetten en zei is van mij. Hoezo zou de eerst die dat heeft gezegd,
komt door politieke opvatting. Kern van ons vermogensrecht dat iets van jou is jou de
bevoegdheid geeft om tegen de rest van de wereld zeggen wegwezen dit is van mij. Nog niet
gewonnen delfstoffen de olie etc. Met de grond verenigde beplantingen bloemen en gebouwen
en werken is een interessante categorie die duurzaam met de grond verenigd zijn. Evident dat
het onroerend zijn evident dat je notariële akte en register voor nodig hebt. Toen hier gebouwd
werd die hadden bouwketen bij zich met airco en koffie konden drinken. Wat is dat? Is een soort
bouwwerk is een ander bouwwerk dan dit echte gebouw. Roept de vraag op is zo’n
bouwcontainer lokwel Poracabin genaamd is het dan roerend of onroerend? Belangrijke arrest
van de Hoge Raad was precies deze casus. Het was geen bouwkeet maar een kantoorgebouw.
Die dingen kunnen aangesloten zijn aan riool soms zelf verdiepingen die tijdelijk als kantoor
gebouwd worden. Soms. Bestaat die dingen van 5 tot 10 jaar. De vraag is het duurzaam met de
grond verenigd. Leest het arrest. De vraag aan de orde of kantoorgebouw, container onroerend
het maakte uit naar wie opbrengst van dat ding heen ging. Op het tentamen moet je beter weten
dan dit, omdat het vergemakkelijkt bij het studeren.
Gebouwen en werken
HR Portacabin, NJ 1998,97
1. Een gebouw kan duurzaam met de grond zijn verenigd doordat het naar aard en inrichting
bedoeld is duurzaam ter plaatste te blijven.
2. Daarbij kan tevens worden gekeken naar de bedoeling van de bouwer, maar alleen voor
zover die naar buiten toe blijkt.
3. De verkeersopvatting vormt geen zelfstandige maatstaf wanneer het gaat om de vraag of een
zaak roerend of onroerend is.
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur lawstudent96. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €5,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.