OVERHEIDSMANAGEMENT
Hoofdstuk 1: Overheid, management en omgeving
Public administration:
- 19 tot eind 20e eeuw
- Traditioneel
- Hiërarchisch
- Bureaucratie
- Professionele bureaucratie
o goed getrainde, anonieme, neutrale
ambtenaar
- Regels en procedures
- Politiek gescheiden van ambtelijk
- Algemeen belang
Public management:
- Sinds 20e eeuw
- Resultaten bereiken
- Verantwoordelijkheid
- Meer flexibel
- Meer gericht op de burgers
- Focus op zuinigheid, efficiëntie, effectiviteit, kwaliteit
- Beleidsevaluaties
Budgettaire druk, vermarkting en decentralisatie, automatisering en ICT,
internationale agenda → druk op overheid stijgt → Public management
➔ Post-NPM, Neo-Weberiaans model, New governance
,Micro-organisatorisch perspectief: (Perry & Kraemer)
- Focus op individuele overheidsorganisaties: overheid doet het goed als
alle onderdelen ook goed functioneren
- Traditioneel model wordt in vraag gesteld
- Functionele private managementprincipes worden overgenomen:
doelen, objectieven, plannen, beslissen, evalueren, personeel trainen en
motiveren, resultaten meten, auditeren
- Vb. stad Leuven
- Beperkingen : moet in geheel bekeken worden, horizontaal en verticaal
Geclusterd organisatieperspectief: (Metcalfe & Richards)
- Netwerk: multi-organisationeel, collectief, relaties en coördinatie
- Inter-organisationele acties
- Groeiende wisselwerking politiek-administratie
Maatschappelijk stakeholderperspectief: (Pierre)
- Relatie overheid-samenleving: input en output
- Outsourcing en co productie
- Publiek private en publiek publieke samenwerkingen
- Gedeelde verantwoordelijkheid
,Normen en waarden als suprastructureel perspectief: (Clarke & Newman)
- Nieuwe management ideeën
- Ideologie
- Transparantie, algemeen belang, verantwoordelijkheid, samenwerking
Systemisch perspectief: (König)
- Overheid als deel van een sociaal systeem
- Eigen principes en waarden
- Afhankelijk van een complexe en veranderende samenleving
- Machtsverhoudingen
- Aandacht voor differentiatie
, Hoofdstuk 2: Management in een politieke omgeving
Overheid neemt veranderende rol
→ sinds 90’s: verschuiving van management naar samenwerking
➔ Zie assen!
Ambtelijk speelveld:
In bureaucratisch organisatiemodel (Max Weber) staan de 3 R’s:
- Rechtmatigheid: geldende regels
- Rechtszekerheid: standaarden worden nageleefd
- Rechtsgelijkheid: gelijke behandeling voor iedereen
New public management (jaren 80) : 3 E’s
- Efficiëntie: resultaten maximaliseren
- Effectiviteit: doelstellingen bereiken
- Economy/zuinigheid: best mogelijke kost
Evenwicht van deze 3 R’s en E’s door 4 basisprocessen:
- Sturing: LT plannen ontwerpen, optimaliseren en doelen bereiken
- Beheersing: maatregelen om doelen niet te vertragen
- Toezicht: controle
- Verantwoording: resultaten toelichten aan belanghebbenden