Agogisch handelen, agogie &
agogiek
De begrippen Agogie & Agogiek
Pedagogie(k):
Ped Pais = kind
Agogie(k) Agogos, agein = begeleider, gids, opleiden, regeren, besturen
de wetenschap van het begeleiden van mensen in het algemeen, niet alleen kinderen
Agogie of agogisch handelen = het handelen, doen of praktijk
De intentionele, niet-wederkerige beïnvloeding door 1 of meerdere personen gericht op een
wenselijke geachte wijziging, door de cliënt ervaren als welzijnsbevordering (Ten Have)
Agogiek = theorie of de wetenschappelijke benadering
Een verzamelnaam voor de leer van het leiden, begeleiden van mensen ongeacht hun leeftijd,
op een beroepsmatige manier (Koffeman)
De leer die aanwijzingen en richtlijnen geeft voor de manier waarop individuele personen,
groepen, organisaties en samenlevingsverbanden kunnen worden begeleid in
veranderingsprocessen vanuit de situatie waarin de betrokkenen zich bevinden en dat zij
mogelijkheden krijgen aangereikt om zoveel mogelijk zelf te handelen teneinde tot de gewenste
verandering te komen (Winkelaar)
3 sleutelbegrippen van het agogisch handelen
Veranderen (of beïnvloeden)
Doel agogie = het handelen van mensen veranderen
Ideaalbeeld bestaat niet!
Iedereen moet blijven veranderen permanente educatie, altijd durend leren
Van handelen (=het aanzetten tot verantwoordelijk handelen op
psycho-sociaal vlak)
Handelen ≠ gedrag
Gedrag = zichtbaar en observeerbaar
Handelen = wat mensen bewust doen, ook minder zichtbare aspecten (gedachten, gevoelens)
Met emancipatie of empowerment als doel
Mensen leren om zichzelf te veranderen. Zo worden ze minder afhankelijk van anderen. Ze leren zelf
een mening vormen en maken uit van wat belangrijk is en staat zo sterker in het leven, meer power
Agogisch handelen = Een vrijwillige, gewenste verandering in het handelen op psycho-sociaal vlak
van (jong)volwassenen als individu, in groep, in een organisatie of als lid van een groter
samenlevingsverband op een systematische, bewust, doelgerichte en professionele manier en door
een herkenbaar agoog met emancipatie als doel
,Richtinggevende kenmerken van het agogisch handelen
Psychosociale verandering
Psyche = mentaal, alles wat je denkt of in je omgaat
Sociaal = onderlinge verhouding tussen mensen
beïnvloeden elkaar voortdurend
Doelgericht
= verandering is van tevoren bedacht en gepland
Systematisch
= stap-voor-stap via planmatige manier
Bewust
= goed nagedacht, bewust gekozen
Gewenst door de betrokkenen
Idealiter alle betrokkenen achter de verandering
Soms geeft hulpverlening dwang (dakloos, werkloos) verplicht om hulp te zoeken
Vrijwillige cliënten weinig gemotiveerd gedwongen door omgeving
Niet even wederzijds
Als hulpverlener heb je asymmetrische relaties (verschil in mandaat, je moet de cliënt ondersteunen)
De één stelt zich superieur op, de ander interieur
Beroepsmatig
= professioneel, soms ook vrijwilligerswerk
Waardegebonden
Descriptieve of beschrijvende wetenschappen = beschrijven situaties zonder oordeel te geven
Prescriptieve of voorschrijvende wetenschappen = beschrijven ideale situatie = waardegebonden
Agogiek = prescriptieve wetenschappen (laten ons leiden door onze eigen waarden en normen)
De professionalisering van het agogisch handelen
2 maatschappelijke veranderingen: ontwikkeling van wetenschap en techniek & stijgende
individualisering.
Ontstaan welzijnswerk, aanvankelijk vrijwilligerswerk
Ontwikkeling van wetenschap en techniek
Nieuwe technologieën, nieuwe inzichten, nieuwe kennis, …
volwassenen moeten hun handelen voortduren bijstellen. Ze moeten bijleren en veranderen om
goed te blijven functioneren
Stijgende individualisering
Voor industrialisatie kleine, besloten gemeenschappen met duidelijk voorgeschreven normen,
waarden en regels
Vaste kaders vallen weg en iedereen mag eigen keuzes maken en heeft z’n eigen
verantwoordelijkheid
,Vertrekpunt van agogisch handelen
Verschillende termen gebruikt om aanknopingspunt- of beginpunt van agogische interventie aan te
duiden
Exagogiek of curatief agogisch werk
Beginsituatie problematisch
Situatie proberen verbeteren
Opvangen van psycosociale nood (hulpverlening)
Vb: ‘buddy’ helpt aidspatiënt bij aanvaarden van ziekte
Anagogiek of positief agogisch werk
Beginsituatie normaal of standaard
Verdere ontwikkeling op gang brengen verbeteren
Vorming
Vb: training voor ‘buddies’
Katagogiek of preventief agogisch werk
Huidige situatie behouden
Preventie
Aidspreventieprogramma ‘vrij veilig’
Niveaus van veranderingsprocessen
= agogische beïnvloeding kan betrekking hebben op verschillende niveaus (individu, groep mensen,
organisatie of samenleving)
Microniveau
‘Klein’
Één persoon of kleine groep (individuele begeleiding)
Hulpverlening bij sociale, psychologische of lichamelijke problemen
Mesoniveau
‘Midden’
Hulpverlening of vorming aan een groep, organisatie of begeleiding van hulpverleners
Groep = verzameling van mensen die elkaar kennen (gezinnen, teams, klassen, …)
Organisatie = groter en anoniemer dan groepen
Niet alleen met cliënt werken, ook voor cliënt door ervoor te zorgen dat goede hulpverlening
mogelijk is
Vb: onveilig voelen in de buurt, klachten over hulpverleningsinstelling, problemen op werk, …
Macroniveau
‘Groot’
Beïnvloeding van (sectoren binnen) samenleving
= grotere, anonieme groep van mensen die één of ander gemeenschappelijk kenmerk hebben
(jeugd, allochtonen, …)
Signaalfunctie
Vb: alcoholgebruik onder jongeren neemt toe
, De valkuil van de (ped)agogisering
= toename van aantal professionele interventies op (ped)agogisch vlak
aantal gevolgen, waaronder pedagogisering
Pedagogisering kan ertoe leiden dat eigen positieve krachten van mensen miskend worden, vorming
of begeleiding wordt aangepraat, mensen zich onzeker voelen als ze over onderwerp geen cursus
hebben gevolgd, mensen niet meer durven zonder deskundige begeleider
afhankelijkheid (eventueel slecht tijdelijk)
Bijdragen om bovenstaande valkuil te vermijden:
Wederkerige relatie
Grotendeels meer invloed van agoog op cliënt, maar cliënten kunnen ook hulpverlener beïnvloeden.
Hulpverlener wil werkrelatie opbouwen met cliënt. Respect hebben voor eigenheid van cliënt en
openstaan voor z’n signalen steeds vorm van wederkerigheid
Uitgaan van de mogelijkheden
Blijven uitgaan van krachten en competenties van mensen en blijven zien dat mensen steeds
verantwoordelijkheid over hun verandering kunnen opnemen, hoe zwak en hulpbehoevend ze ook
zijn
Hulpverleners moeten waakzaam zijn dat ze zo weinig mogelijk verantwoordelijkheid uit handen van
de cliënten nemen meestal vanuit beste bedoelingen neemt hulpverlener het over, handelt in
plaats van cliënt als hulpverlener zoveel mogelijk vanuit gaan dat mensen vermogen hebben om
te veranderen
Mensen zijn ‘historische wezens’
Mensen hebben verhaal, ze doen nooit zomaar iets, steeds bepaald door achtergrond of
geschiedenis
vertrekken waar je cliënt ‘is’