Inleiding tot de farmacologie
1
,Inhoud
1. Hoofdstuk 1: Farmacologische fasen van een geneesmiddel .......................................... 3
1.1 Soorten ................................................................................................................... 4
1.2 Geneesmiddelenverstrekking................................................................................... 5
1.3 Indeling GM volgens terugbetaling ......................................................................... 7
1.3.1 Apotheker betalen ............................................................................................ 7
1.3.2 Overheidsmaatregelen om GM-kosten onder controle te houden ...................... 7
1.4 Farmacologische processen ..................................................................................... 8
1.4.1 Farmaceutiek ................................................................................................... 8
2. Farmacokinetiek .......................................................................................................... 11
2.1 Absorptie .............................................................................................................. 11
2.1.1 Mate van absorptie varieerd v medicijn tt medicijn ........................................ 12
2.1.2 Mate v absorptie thv darm ook beïnvloed door ............................................... 12
2.2 Distributie ............................................................................................................. 13
2.2.1 Mate v distributie hangt af v medicijn tt medicijn................................................ 14
2.3 Metabolisatie (biotransformatie)............................................................................ 15
2.3.1 Omzettingssnelheid w beinvloed do ............................................................... 15
2.4 Eliminatie ............................................................................................................. 16
3. Farmacodynamiek ....................................................................................................... 19
3.1 Wat betekent farmacodynamiek ............................................................................ 19
3.2 Doelwit van een geneesmiddel .............................................................................. 19
3.2.1 Receptoren ..................................................................................................... 19
3.2.2 Enzymen ........................................................................................................ 21
3.2.3 Ionkanalen ..................................................................................................... 22
3.2.4 Carriërs & pompen......................................................................................... 22
3.2.5 DNA .............................................................................................................. 22
3.3 Typevoorbeelden medicijn-cel interacties.............................................................. 23
3.4 OEFENINGEN ..................................................................................................... 23
3.5 Bijwerkingen GM & intoxicatieverschijnselen ...................................................... 24
3.5.1 Intoxicatieverschijnselen ................................................................................ 24
3.6 Farmacodynamische GM interacties ...................................................................... 25
2
,Farmacologie: de leer van geneesmiddelen in haar meest brede betekenis. Beschrijft de
herkomst / aanmaak, fysicochemische eigenschappen, werkingsmechanismen, kinetiek,
klinisch gebruik geneesmiddelen of farmaca
• Klinische farmacologie: Studie v geneesmiddelen vo menselijk gebruik
o Bestudeert ontwikkeling v nieuwe geneesmiddelen & gebruik v bestaande
geneesmiddelen
• Farmacotherapie: deel vd klinische farmacologie dat z bezighoudt met
oordeelkundig gebruik v geneesmiddelen ter primaire & secundaire preventie,
behandeling en diagnosestelling
o Fytotherapie: behandeling m medicinale plantenbestanddelen
o Allotherapie: behandeling m (semi-)synthetisch vervaardigde medicijnen
Farmacotherapeutische behandeling:
• Causale therapie: uitschakeling / onderdrukking oorzakelijk agens vd ziekte,
resulterend in een betere uitkomst
Vb. Antibiotica bij bacteriële infecties
• Symptomatische behandeling: symptomen vd ziekte weg te nemen of te verzachten
zonder impact op het beloop of uitkomst vd ziekte
Vb. Pijnstillers, hoestsiroop, anti-emetica
• Substitutie: Medicijn vervangt aangeboren of verworven tekort aan een humaan
bestanddeel tgv genetische aandoening / ziekte
Vb. Insuline bij diabetes
Hoe werkzamer het geneesmiddel, hoe meer kans op nevenwerkingen
1. Hoofdstuk 1: Farmacologische fasen van een geneesmiddel
Geneesmiddel: Elk (samengesteld) middel, aangewend omwille v therapeutische of
profylactische eigenschappen m betrekking tt ziekten bij de mens
Doel:
- Fysiologische functies herstellen, verbeteren of wijzigen do immunologisch /
metabolisch effect te bewerkstelligen (Secundaire preventie)
- Medische diagnose te stellen (Diagnostica)
- Therapeutische werking
o Oorzakelijk
o Symptomatisch
- Profylactische werking
Geneesmiddelpreparaten: Lokaal (= 1 plaats) / Systemisch (= Hele lichaam)
• Hoe meer gelokaliseerd, hoe minder nevenwerkingen
• Toedieningswijzen: enteraal (darm) / parenteraal (buiten)
Toedieningsvormen
Poeder
3
, Comprimé
Siroop
Suppo
Pleister
Bestaat uit
1. Werkzame stof / farmacon
a. Natuurlijk
b. Synthetisch
2. Hulpstoffen (excipientia)
a. Vulstoffen
b. Smaak- & kleurstoffen
c. Bewaarmiddel
d. Smeer- & glijmiddel
e. Granuleerstoffen, coating
1.1 Soorten
Magistrale Gecommercialiseerde Placebo
geneesmiddelen / geneesmiddelen / specialiteiten
bereidingen
= Merkgeneesmiddelen = Niet-actieve stof die na
= “Witte” geneesmiddelen toediening de klachten ve patiënt
(geneesmiddelen die ontstaan na doen verminderen, omdat de
verloop van patent) patiënt dit vh middel verwacht
- Andere verpakking - Opgewekt do hersenen
- Andere naam - Lichamelijke effecten z
- 30% goedkoper meetbaar
- Zelfde werkzame Nocebo-effect: Bijwerkingen vh
bestanddelen placeboeffect
- Ongeveer dezelfde
biologische beschikbaarheid
- Mogelijk gebruik v andere
hulpstoffen
Homeopathie Kruidengeneesmiddelen
= Geneesmiddel gemaakt volgens principes - Poedervorm / extract
vd homeopathie: - Bevatten werkzame stoffen
- Ziekte w betreden do middel toe te - Sterkte hangt af v bewaring
dienen dat in hoge dosering - INTERFEREREN M KLASSIEKE
vergelijkbare klachten zou geven, GM
maar deze in lagere dosering
- Hoe sterker de verdunning, hoe
sterker de werking
4
, 1.2 Geneesmiddelenverstrekking
3 groepen:
Geneesmiddelen Geneesmiddelen op Geneesmiddelen op schriftelijk verzoek
zonder voorschrift voorschrift
(OTC)
Voorschrift geldig vo
terugbetaling tt einde 3e
kalendermaand volgend op:
o Datum voorschrijven
o Datum waarop arts
voorschrift wenst
afgeleverd te zien
Verdovende middelen:
- Handgeschreven
- Dosis voluit geschreven
5
,Voorbeeld:
6
, 1.3 Indeling GM volgens terugbetaling
Voorbeelden Remgeld= zelf te betalen
GENEESMIDDELEN Gewoon verzekerde Verzekerde
verhoogde tegemoetk.
CATEGORIE A = levensnoodzakelijke geneesmiddelen
Middelen tegen kanker, Geen remgeld Geen remgeld
diabetes, epilepsie
CATEGORIE B = sterk aangewezen geneesmiddelen (bij gepaste indicatie)
Antibiotica, middelen tegen 25% van de kostprijs, 15% van de kostprijs,
astma, hoge BD max. kl. 11,80/gr. 14,70 eur max. kl. 7,80/gr. 9,70 euro
CATEGORIE C = beperkt aangewezen geneesmiddelen (bij gepaste indicatie)
Slijmoplossers, maagzuur 50% van de kostprijs, maximum 14,70 50% van de kostprijs,
remmers vr. kortst. gebruik euro maximum 9,70 euro
CATEGORIE Cs
Griepvaccin, anti-allergica 60% van de kostprijs 60% van de kostprijs
CATEGORIE Cx
Anticonceptiepil 80% van kostprijs 80% van kostprijs
1.3.1 Apotheker betalen
Derde betalersregeling: Patiënt betaalt enkel persoonlijke tussenkomst (= remgeld),
apotheker vordert rest terug van RIZIV
- Rechtsgeldig voorschrift
- Inorde m ziekteverzekering
- eID
Geen eID bij
- Patiënt betaalt volledige bedrag
- Document v contante betaling
- Terugbetaling in ziekenfonds
1.3.2 Overheidsmaatregelen om GM-kosten onder controle te houden
Referentieterugbetaling: De terugbetalingsbasis ve originele specialiteit w m 30%
verminderd als er een goedkopere specialiteit beschikbaar is
7